-
21 democracy
n. demokratie (een regime waar de verkozen meerderheid bepaald en waar het mensenrecht behouden wordt)[ dimmokrəsie] 〈meervoud: democracies〉♦voorbeelden: -
22 first-past-the-post
first-past-the-post♦voorbeelden:¶ 〈 voornamelijk Brits-Engels〉 a first-past-the-post election • verkiezing bij betrekkelijke meerderheid van stemmen -
23 in the majority
in the majority -
24 its
pron. van het1 zijn/haar ⇒ ervan♦voorbeelden:the government has lost its majority • de regering is haar meerderheid kwijtits strength frightens me • de kracht ervan maakt mij bang -
25 landslide
n. aardverschuiving; lawine; verpletterende overwinning; grote meerderheid (in verkiezingen enz.)--------v. Als een aardverschuiving; een verpletterende overwinninglandslide1♦voorbeelden:————————landslide2♦voorbeelden: -
26 major
adj. groot; grootste, hoofd-; majoor; majeur--------n. meerderjarige; majoor (mil.); hoofdvak (v. studie); hoofdvakstudent (AE)--------v. als hoofdvak studerenmajor1[ meedzjə] 〈 zelfstandig naamwoord〉5 〈 meervoud〉 de American League en de National League ⇒ 〈 ongeveer〉 hoogste klassen 〈 van beroepshonkballers〉————————major21 groot/groter ⇒ voornaamste♦voorbeelden:1 the ten major authors • de tien grootste/belangrijkste schrijversthe major part of • de meerderheid vanmajor road • hoofdweg, voorrangsweg2 major operation • zware/ernstige operatiemajor third • grote terts♦voorbeelden: -
27 majority verdict
-
28 man advantage
man advantage1 manvoordeel ⇒ numerieke meerderheid, man meer op het ijs -
29 marginal seat
zetel in het parlement door kleine meerderheid verkregen, onzekere zetel -
30 narrow
adj. smal, nauw; klein--------n. engte (bij vallei of bergpas); smalle doorgang--------v. vernauwen; verminderen; inkrimpennarrow1[ næroo] 〈zelfstandig naamwoord; vaak meervoud〉1 engte ⇒ zee-engte, bergengte————————narrow2〈bijvoeglijk naamwoord; narrowness〉1 smal ⇒ nauw, eng2 beperkt ⇒ gering, krap♦voorbeelden:1 by a narrow margin • nog net, op het nippertjeit was a narrow escape/ 〈 informeel〉 a narrow shave/squeak/sqeeze • het was op het nippertje, op het kantje af; het had maar een haar gescheeldnarrow gauge • smalspoorwalk a very narrow line • spitsroeden lopenin the narrowest sense • strikt genomenthe narrow way • het smalle pad (der deugd)————————narrow3〈 werkwoord〉♦voorbeelden: -
31 no
adj. nee; in het geheel niet; geen--------adv. niet; geen--------n. geen; "nee" (tegenstemmen), ergens niet mee eens zijnno1[ noo] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: noes〉♦voorbeelden:I won't take no for an answer • ik sta erop, je kunt niet weigeren————————no2〈 bijwoord〉1 nee(n)2 niet ⇒ geenszins, in geen enkel opzicht♦voorbeelden:1 oh no! • 't is niet waar!did you tell her? no I didn't • heb je het haar gezegd? neenno! • neen toch!he told her in no uncertain terms • hij zei het haar in duidelijke bewoordingentell me whether or no you are coming • zeg me of je komt of nietthe mayor himself, no less • niemand minder dan de burgemeester zelf————————no3〈 determinator〉1 geen ⇒ geen enkele, helemaal geen2 haast geen ⇒ bijna geen, heel weinig, een minimum van♦voorbeelden:there's no milk • er is geen melk in huisI'm no philosopher • ik ben geen filosoofthere was no talking sense with her • er viel niet met haar te pratenin no time • in een (mini)mum van tijd→ no-one no-one/ -
32 overwhelming
adj. beslissend; drukkend; ontzettend; adem ontnemend[ oovəwelming]♦voorbeelden: -
33 part
adj. gedeelte; rol; stem; steek--------adv. gedeeltelijk--------n. gedeelte, deel; stuk; gedeelte v.e land, gebied; gedeelte bij een overeenkomst; taak--------v. delen; verdelen; scheiden; afscheid nemenpart1[ pa:t]♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 play a part • een rol spelen, veinzen〈 figuurlijk〉 play a part in • een rol spelen bij/in→ private private/2 aandeel ⇒ part, functie♦voorbeelden:the better/best/greater/most part • de meerderheid, het overgrote deelthe dreadful part of it • het verschrikkelijke ervanpart by part • stuk voor stukhave a part in • iets te maken hebben mettake part in • deelnemen aan, betrokken zijn bijfor my part • wat mij betreftin part(s) • gedeeltelijk, ten deleon the part of • van de kant vanfor the most part • meestal, in de meeste gevallen; vooral♦voorbeelden:IV 〈 meervoud〉1 streek ⇒ gebied, gewest♦voorbeelden:2 a man of good/many parts • een erg bekwaam/begaafd man————————part21 van/uit elkaar gaan ⇒ scheiden♦voorbeelden:part (as) friends • als vrienden uit elkaar gaanII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 scheiden ⇒ (ver)delen, breken3 een scheiding kammen/leggen in 〈 haar〉♦voorbeelden:he wouldn't be parted from his money • hij wilde niet betalen————————part3〈 bijwoord〉1 deels ⇒ gedeeltelijk, voor een deel -
34 predominate
v. overheersen; bovenaan staan; in voordeel staan; in meerderheid zijn[ priddomminneet]2 overheersen ⇒ de overhand hebben, beheersen♦voorbeelden:2 in her dreams the wish to become an actress predominates • de wens om actrice te worden beheerst haar dromen -
35 silent
adj. stil; rustig; stom; zonder geluid, geluidloos (film); verlamd; niet spraakzaam--------n. stomme film[ sajlənt]1 stil ⇒ (stil)zwijgend, zwijgzaam; onuitgesproken, stom; rustig♦voorbeelden:a silent film • een stomme filmsilent as the grave • doodstilthe k in ‘know’ is a silent letter • de k in ‘know’ is een stomme letterthe silent majority • de zwijgende meerderheidthe silent screen • de stomme filmkeep silent • rustig/stil blijventhe report is silent (up)on the incident • het rapport zegt niets over het incident -
36 simple majority of votes
-
37 simple
adj. eenvoudig, enkelvoudig; simpel; onnozel--------n. Zwakzinnig, simpel, onnozel; geneeskundige plant/ kruid[ simpl]2 eenvoudig ⇒ ongekunsteld, eerlijk3 simpel ⇒ eenvoudig, gewoon5 eenvoudig ⇒ gemakkelijk, simpel♦voorbeelden:1 simple forms of life • eenvoudige/primaire levensvormenthe simple life • het ongekunstelde/natuurlijke leventhe simple truth • de nuchtere/zuivere waarheiddeceit pure and simple • regelrecht bedrog -
38 the ayes have it
de voorstemmers zijn in het merendeel (uitroep na tellen van de stemmen) -
39 the better/best/greater/most part
the better/best/greater/most partde meerderheid, het overgrote deelEnglish-Dutch dictionary > the better/best/greater/most part
-
40 the government has lost its majority
English-Dutch dictionary > the government has lost its majority
См. также в других словарях:
Vlaams Belang — Infobox Belgian Political Party party name=Vlaams Belang party logo= party wikicolourid=Vlaams Belang leader=Bruno Valkeniers foundation=2004 ideology=Nationalism, Separatism, National conservatism, Right wing populism international= none… … Wikipedia
Ronald Plasterk — Infobox Politician name = Ronald Plasterk caption = small office = Minister of Education, Culture and Science term start = February 22, 2007 term end = present predecessor = Maria van der Hoeven successor = Incumbent constituency = majority =… … Wikipedia
Camping Cosmos — Données clés Titre original Camping Cosmos Réalisation Jan Bucquoy Pays d’origine Belgique … Wikipédia en Français
Eurabia — Pour l’article homonyme, voir Eurabia (revue). Islam en Europe[1] … Wikipédia en Français
Eurabia (politique) — Eurabia Pour l’article homonyme, voir Eurabia (revue). Eurabia est un néologisme politique (mot valise de Europe et Arabia, Arabie en anglais) désignant l Europe absorbée par le monde arabe, à cause de trahison des élites européennes… … Wikipédia en Français
Eurabie — Eurabia Pour l’article homonyme, voir Eurabia (revue). Eurabia est un néologisme politique (mot valise de Europe et Arabia, Arabie en anglais) désignant l Europe absorbée par le monde arabe, à cause de trahison des élites européennes… … Wikipédia en Français
Dutch Senate election, 2011 — Netherlands This article is part of the series: Politics and government of the Netherlands … Wikipedia
mehr — mehr: Mhd. mēr (mēre), ahd. mēr (mēro), got. mais (maizō), engl. more, schwed. mer (mera) beruhen auf einer Komparativbildung zu der unter ↑ Märchen dargestellten idg. Wurzel *mē »groß, ansehnlich«. – Abl.: mehren (mhd. mēren, ahd. mērōn … Das Herkunftswörterbuch
mehren — mehr: Mhd. mēr (mēre), ahd. mēr (mēro), got. mais (maizō), engl. more, schwed. mer (mera) beruhen auf einer Komparativbildung zu der unter ↑ Märchen dargestellten idg. Wurzel *mē »groß, ansehnlich«. – Abl.: mehren (mhd. mēren, ahd. mērōn … Das Herkunftswörterbuch
Vermehrung — mehr: Mhd. mēr (mēre), ahd. mēr (mēro), got. mais (maizō), engl. more, schwed. mer (mera) beruhen auf einer Komparativbildung zu der unter ↑ Märchen dargestellten idg. Wurzel *mē »groß, ansehnlich«. – Abl.: mehren (mhd. mēren, ahd. mērōn … Das Herkunftswörterbuch
mehrfach — mehr: Mhd. mēr (mēre), ahd. mēr (mēro), got. mais (maizō), engl. more, schwed. mer (mera) beruhen auf einer Komparativbildung zu der unter ↑ Märchen dargestellten idg. Wurzel *mē »groß, ansehnlich«. – Abl.: mehren (mhd. mēren, ahd. mērōn … Das Herkunftswörterbuch