-
61 erkennen
♦voorbeelden:naar hij zelf erkent • by his own admission2 iets niet erkennen • disown something 〈 verantwoordelijkheid, natuurlijk kind〉; 〈 juridisch〉 reject/disallow something 〈 vordering〉een natuurlijk kind erkennen • acknowledge a natural childeen regering erkennen • recognize a governmenthet vaderschap niet erkennen • deny paternityeen vordering erkennen • admit/recognize a claim 〈 bij faillissement〉een document als echt erkennen • recognize a document as genuineiemand als zijn meerdere erkennen • acknowledge someone as one's superior3 genoten weldaden erkennen • acknowledge/recognize benefits enjoyed -
62 getuigen
1 [verklaring afleggen] give evidence/testimony ⇒ testify (to)2 [spreken in het nadeel/voordeel van] speak♦voorbeelden:naar waarheid getuigen • truthfully saygetuigen tegen/voor iemand • give evidence against/for someonevan iets kunnen getuigen • be able to testify to something2 alles getuigt voor/tegen haar • everything speaks in her favour/against herhet zou van slechte smaak/weinig kennis 〈enz.〉 getuigen als • it would be bad taste/it would be a sign of ignorance if …II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:getuigen dat men iets gezien heeft • testify to having seen something -
63 gevoelen
gevoelen1〈 het〉 〈 voornamelijk formeel〉♦voorbeelden:zijn gevoelens opkroppen • bottle up one's feelingszijn gevoelens tonen • show one's feelingszijn diepste gevoelens uiten • (lay) bare one's soulzijn boek werd met gemengde gevoelens ontvangen • his book met with a mixed receptioniemands gevoelens delen met betrekking tot/omtrent • share someone's sentiments on————————gevoelen2→ link=voelen voelen -
64 gewillig
-
65 harmonisch
1 [blijk gevend van harmonie] harmonic2 [kalm] harmonious♦voorbeelden:een harmonisch geheel vormen • blend (in)/go well (together)harmonische tonen • harmonics, harmonic tonesharmonisch met iemand samenwerken • work in harmony with someone -
66 interesse
1 interest♦voorbeelden:allerlei/weinig interesses hebben • have many/few interestshet heeft haar interesse niet • it does not interest herinteresse tonen voor iemand • show interest in someonezijn interesse voor iets verliezen • lose interest (in something)iemands interesse weten te wekken voor iets • arouse someone's interest in somethingvol interesse zijn • be highly interested -
67 karakter
4 [het kenmerkende van iets] character♦voorbeelden:hij heeft een slap karakter • he is spinelessiemand met een sterk karakter • someone with (great) strength of character2 karakter tonen • show character/spiritzonder karakter • without character/backbone3 van een tijdelijk/blijvend karakter zijn • be temporary/permanent (in nature)een nieuwbouwwijk zonder karakter • a new housing estate with no characterChinese karakters • Chinese characters -
68 ontlokken
♦voorbeelden:hij wist de baby een glimlach te ontlokken • he coaxed a smile from the baby -
69 opgewassen
♦voorbeelden:tegen de situatie opgewassen zijn • be able to cope with the situationergens niet tegen opgewassen zijn • 〈 ook〉 be unable to cope/deal with somethingtegen elkaar opgewassen zijn • be well-matchedzich tegen de moeilijkheden opgewassen tonen • rise to the occasionhij bleek niet opgewassen tegen die taak • the task proved beyond him/too much for him -
70 respect
♦voorbeelden:respect inboezemen • evoke respectvoor iets/iemand respect tonen • show respect for something/someone(het zij) met alle respect (gezegd) • with all (due) respect (it should be said)uit respect voor haar • out of consideration/respect for herdaar heb ik respect voor • I respect that -
71 rood
rood1〈 het〉1 [kleur(stof); ook als symbool; ook politiek] red3 [metselsteen] red brick4 [plantenziekte] rust♦voorbeelden:in het rood (gekleed) • dressed in red————————rood2♦voorbeelden:het rode gevaar • the red perilmet een rood hoofd van de inspanning • flushed with exertiondoor rood (licht) rijden • jump the lightshet Rode Plein • Red Squareeen hokje rood maken • cast one's votetot achter de oren rood worden • blush to the roots of one's hairrood worden • go red/scarlet, flush, blushhet licht sprong op rood • the light changed to red -
72 waardering
1 [het op prijs stellen] appreciation3 [het bepalen van de waarde] assessment ⇒ 〈met betrekking tot schoolwerk/examens〉 Bmarking, Agrading, 〈 met betrekking tot geldswaarde〉 appraisal♦voorbeelden:1 als blijk van waardering • as a token of one's appreciation/esteemwaardering voor iets hebben/tonen/kunnen opbrengen • appreciate something, show/express appreciation of somethingmet waardering over iets/iemand spreken • speak appreciatively/highly of something/someonemet alle waardering voor deze prestatie meen ik toch … • while fully appreciating this result, I nevertheless think …uit waardering voor • in appreciation/recognition of2 waardering ondervinden • meet with appreciation, win the esteem/regard (of)4 dat levert de volgende waardering op • that results in the following score/rating -
73 Fleisch
〈o.; Fleisch(e)s〉♦voorbeelden:1 Fleisch fressende Pflanzen, Tiere • vleesetende planten, dierenviel Fleisch auf der Bühne zeigen • veel bloot op het toneel tonen〈 informeel〉 vom Fleisch(e) fallen • afvallen, vermagerenzu Fleische kommen • aankomen, bijkomen〈 formeel〉 sein (eigen(es)) Fleisch und Blut • zijn eigen vlees en bloed, zijn eigen kind(eren) -
74 Interesse
Interesse〈o.; Interesses, Interessen〉♦voorbeelden:1 jemandem, etwas Interesse entgegenbringen, widmen • belangstelling voor iemand, iets tonensein besonderes Interesse gilt der Malerei • zijn belangstelling gaat vooral naar de schilderkunst uitjemandes Interessen vertreten, wahren • iemands belangen behartigenetwas liegt in jemandes Interesse • iets is in iemands belang -
75 erzeigen
-
76 zurückhalten
zurückhalten1 niet tonen, onderdrukken♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 achter-, terughouden ⇒ niet teruggeven2 tegen-, weerhouden♦voorbeelden:1 zich inhouden, beheersen♦voorbeelden:
Страницы
См. также в других словарях:
Thür — 1. A breite Thür herein ün a schmale heraus. (Jüd. deutsch. Warschau.) Von anscheinend lockenden Geschäften, die uns später viel Sorge machen. 2. An der Thür des vollen Gewölbes drängen sich Freunde und Verwandte, aber die kalte Küche ist leer. 3 … Deutsches Sprichwörter-Lexikon