-
101 normaal
normaal1〈de〉3 [meteorologie] normal4 [benzine] regular————————normaal21 [gewoon] normal♦voorbeelden:1 de normale weg bewandelen • follow the normal/usual coursegedraag je, doe normaal! • don't make a fool of yourself!normaal gesproken • generally speakingniet normaal zijn • be abnormalnormaal ben ik al thuis om deze tijd • I am normally/usually home by this timehet behoort tot de normale gang van zaken • it's common practiceII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉♦voorbeelden: -
102 onbenul
-
103 onnozel
♦voorbeelden:zie ik er zo onnozel uit? • what kind of fool do you take me for? -
104 onsterfelijk
♦voorbeelden:1 onsterfelijke dichters/helden • immortal poets/heroeszich onsterfelijk belachelijk maken • make an absolute fool of oneselfzich onsterfelijk maken • make oneself immortalonsterfelijk maken • immortalize -
105 publiekelijk
1 publicly♦voorbeelden:hij werd publiekelijk voor schut gezet • he was made to look a fool in public -
106 realiteit
1 reality♦voorbeelden:we moeten de realiteit onder ogen zien • we must face facts/realityde realiteit niet onder ogen willen zien • live in a fool's paradisede realiteit van alledag • day-to-day reality -
107 rotzooien
〈 informeel〉1 [knoeien] mess2 [te keer gaan] mess about ⇒ horse about/around4 [zich ontuchtig gedragen] fool around♦voorbeelden: -
108 rund
4 [biologisch geslacht] bovine animal♦voorbeelden: -
109 schei nu maar uit met die grappenmakerij
schei nu maar uit met die grappenmakerijVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > schei nu maar uit met die grappenmakerij
-
110 stom
2 [geen geluid gevend; onbeklemtoond] silent4 [op toeval berustend] accidental♦voorbeelden:II 〈 bijvoeglijk naamwoord, bijwoord〉♦voorbeelden:1 door je eigen stomme schuld! • it's all your own stupid fault!ik voelde me zo stom • I felt such a foolze was zo stom om toe te stemmen • she was stupid enough to agreedat was zo stom nog niet van haar (om dat te kopen) • she could have done worse (than buy that)iets stoms doen • do something stupid(wat) stom van hem! • how stupid of him!1 [in samenstellingen] [in hoge mate] awfully, terribly -
111 stomme hond
stomme hondstupid fool/idiot -
112 stommeling dat je bent!
stommeling dat je bent!you stupid fool!Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > stommeling dat je bent!
-
113 stommeling
-
114 stommerik
-
115 uil
-
116 uithangen
1 [naar buiten hangen] hang out2 [zich bevinden] be ⇒ hang out♦voorbeelden:1 de vlag hangt uit • the flag is hanging out/has been struck2 waar heb jij uitgehangen? • where have you been (hanging out)?, what have you been up to?II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [naar buiten hangen] hang/put out2 [in zijn volle lengte ophangen] hang out♦voorbeelden:de idioot uithangen • act/play the foolde grote meneer uithangen • play the big shot -
117 vernachelen
〈 informeel〉1 〈 beetnemen〉 bamboozle, take in, take for a ride; 〈 voor de gek houden〉 make a fool of; 〈 bedriegen〉 swindle -
118 verslijten
2 [doorbrengen] spend3 [+ voor] [houden voor] take someone for♦voorbeelden:iets vlug verslijten • go through something fast1 [slijten] wear out/away -
119 voor Piet Snot staan
voor Piet Snot staanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > voor Piet Snot staan
-
120 voor schut staan
voor schut staanlook (like) a fool/an idiotVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > voor schut staan
См. также в других словарях:
Fool — Fool, n. [OE. fol, n. & adj., F. fol, fou, foolish, mad; a fool, prob. fr. L. follis a bellows, wind bag, an inflated ball; perh. akin to E. bellows. Cf. {Folly}, {Follicle}.] 1. One destitute of reason, or of the common powers of understanding;… … The Collaborative International Dictionary of English
fool — Ⅰ. fool [1] ► NOUN 1) a person who acts unwisely. 2) historical a jester or clown. ► VERB 1) trick or deceive. 2) (fool about/around) act in a joking or frivolous way. 3) … English terms dictionary
fool — fool1 [fo͞ol] n. [ME fol < OFr (Fr fou) < LL follis < L, windbag, bellows: see FOLLICLE] 1. a) a person with little or no judgment, common sense, wisdom, etc.; silly or stupid person; simpleton b) Obs. a mentally retarded person 2. a man … English World dictionary
Fool — steht für: Fool (Süßspeise) April Fool, ein Segelboot The Fool, eine Designergruppe Fool (Roman), Roman von Christopher Moore FOOL steht für: Flughafen Libreville Leon M ba in Gabun (ICAO Code) … Deutsch Wikipedia
Fool — Saltar a navegación, búsqueda Fool Single por Shakira Lanzado 2003 Grabado 2001 Género Rock Duración … Wikipedia Español
Fool — Fool, v. t. 1. To infatuate; to make foolish. Shak. [1913 Webster] For, fooled with hope, men favor the deceit. Dryden. [1913 Webster] 2. To use as a fool; to deceive in a shameful or mortifying manner; to impose upon; to cheat by inspiring… … The Collaborative International Dictionary of English
fool — fool, idiot, imbecile, moron, simpleton, natural are often used popularly and interchangeably of one regarded as lacking sense or good judgment but each can be more precisely applied to someone mentally deficient in a given degree. Fool, the most … New Dictionary of Synonyms
Fool — Fool, n. [Cf. F. fouler to tread, crush. Cf. 1st {Foil}.] A compound of gooseberries scalded and crushed, with cream; commonly called gooseberry fool. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
Fool — Fool, v. i. [imp. & p. p. {Fooled}; p. pr. & vb. n. {Fooling}.] To play the fool; to trifle; to toy; to spend time in idle sport or mirth. [1913 Webster] Is this a time for fooling? Dryden. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
fool — [n] stupid or ridiculous person ass, birdbrain*, blockhead*, bonehead*, boob*, bore, buffoon, clod*, clown, cretin*, dimwit*, dolt*, dope*, dumb ox*, dunce, dunderhead*, easy mark*, fair game*, fathead*, goose*, halfwit, idiot, ignoramus,… … New thesaurus
fool — index bilk, deceive, defraud, delude, dupe, ensnare, entrap, evade (deceive), illude … Law dictionary