-
1 das Alter hat den Vortritt
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > das Alter hat den Vortritt
-
2 das Parlament hat den Antrag beschlossen
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > das Parlament hat den Antrag beschlossen
-
3 er hat den Teufel im Leib
er hat den Teufel im LeibWörterbuch Deutsch-Niederländisch > er hat den Teufel im Leib
-
4 wer hat den Streit angefangen
wer hat den Streit angefangen?wie is de twist begonnen?Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > wer hat den Streit angefangen
-
5 bei den Nachbarn hat es geknallt
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > bei den Nachbarn hat es geknallt
-
6 er hat gegen den Angestellten angetobt
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > er hat gegen den Angestellten angetobt
-
7 er hat nichts auf den Rippen
er hat nichts auf den RippenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > er hat nichts auf den Rippen
-
8 Teufel
Teufel〈m.; Teufels, Teufel〉♦voorbeelden:armer Teufel! • arme drommel, stakker(d)!da hat der Teufel seine Hand im Spiel • het is of de duivel ermee speeltder Teufel soll dich holen! • de duivel hale je!sich 〈 3e naamval〉 den Teufel auf den Hals laden • zichzelf in de moeilijkheden, nesten werkenda ist der Teufel los • het gaat (er) daar woest aan toeden Teufel an die Wand malen • het noodlot uitdagenjemanden reitet der Teufel • iemand is van de duivel bezetendes Teufels sein • helemaal gek zijnder Teufel steckt im Detail • het venijn zit in de details〈 informeel〉 ich werde den Teufel tun! • dat doe ik om de dooie dood niet!das weiß der Teufel • dat mag Joost wetenkein Teufel • geen kip, hondauf Teufel komm raus • maar raak, tegen de klippen oper hat den Teufel im Leib • hij is van de duivel bezetenzum Teufel! • verdorie!zum Teufel mit dir! • loop naar de pomp!eine Sache geht zum Teufel • iets gaat eraan, om zeepjemanden zum Teufel jagen, schicken • iemand naar de duivel, hel laten lopensich zum Teufel scheren • naar de duivel lopenzum Teufel sein • naar de bliksem, maan, om zeep zijnsich den Teufel um etwas kümmern • zich geen lor, bal van iets aantrekkenTeufel noch mal! • verdorie (nog aan toe)!hinter einer Sache her sein wie der Teufel hinter der armen Seele • bij iets (steeds) als de kippen bij zijner fährt wie der Teufel • hij rijdt als een gekpfui Teufel! • bah!, jakkes! -
9 Schalk
〈m.; Schalk(e)s, Schalke of Schälke〉 〈 verouderd〉1 schalk, guit, grappenmaker♦voorbeelden:ihm sitzt der Schalk im Nacken, er hat den Schalk im Nacken • hij is een schalk¶ 〈 spreekwoord〉 der Fuchs ändert den Balg und behält den Schalk • een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken -
10 Alter
Alte(r)〈bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord; m.〉————————Alter〈o.; Alters, Alter〉3 oude mensen, ouden van dagen♦voorbeelden:im gleichen Alter sein, stehen • van dezelfde leeftijd zijnim Alter von 65 Jahren • op de leeftijd van 65 jaar2 die Beschwerden des Alters • de ongemakken, gebreken van de oude dag -
11 Stimmwechsel
-
12 anfangen
anfangenI 〈onovergankelijk werkwoord; haben〉1 beginnen, aanvangen (te spreken)♦voorbeelden:1 wer fängt an? • wie begint?zu eifrig, hitzig anfangen • te hard van stapel lopen〈 ironisch〉 das fängt ja gut, schön an! • dat begint al goed, mooi!fang nicht wieder damit an! • begin er niet weer over!angefangen von … • te beginnen met …von klein auf anfangen • van onderen op beginnenvon vorn anfangen • van voren af aan beginnenII 〈overgankelijk werkwoord; haben〉1 beginnen, aanvangen2 aanvangen, beginnen ⇒ doen, uitrichten♦voorbeelden:〈 informeel〉 wer hat den Streit angefangen? • wie is de twist begonnen?2 was soll er damit anfangen? • wat moet hij daarmee?nichts mit sich anzufangen wissen • met zichzelf niets weten aan te vangen3 etwas anders, falsch anfangen • iets anders, verkeerd aanpakken -
13 beschließen
beschließen1 besluiten (tot) ⇒ beslissen, aannemen♦voorbeelden:das ist beschlossene Sache • dat is een uitgemaakte zaak -
14 Grund
〈m.; Grund(e)s, Gründe〉2 grond, bodem4 fond, onder-, achtergrond6 〈verouderd; formeel〉(diepste punt van een) dal, laagte♦voorbeelden:es gibt nicht den geringsten, keinen Grund dazu • daar bestaat, is niet de geringste aanleiding toeer hat wenig Grund, sich zu freuen • er is weinig reden voor hem om zich te verheugendas hat schon seine Gründe • daar zijn goede redenen voorauf Grund, aufgrund Ihres Schreibens • naar aanleiding van uw schrijvenaus diesem Grund(e) • om deze redenaus, mit gutem Grund • met reden, terecht, op goede grondendafür gibt es keine Gründe • daar zijn geen redenen, termen voor aanwezig(allen) Grund für eine Sache, zu einer Sache haben • (alle) reden tot iets hebbenseinen Grund in einer Sache haben • zijn oorzaak in iets vindenohne jeden Grund • zonder enige redenohne ersichtlichen Grund • zonder (duidelijk) aanwijsbare oorzaakGründe für und wider • argumenten voor en tegen2 (keinen) Grund (unter den Füßen) haben • (geen) vaste grond, bodem onder de voeten hebbendas Schiff ist auf Grund gelaufen • het schip is aan de grond gelopen3 den Grund (zu einer Sache) legen • het fundament (voor iets) leggen; 〈 ook figuurlijk〉 de grondslag (voor iets) leggenauf Grund, aufgrund 〈 met 2e naamval〉 • op grond, basis van, naar aanleiding van, krachtenseiner Sache auf den Grund gehen • een zaak grondig onderzoeken, nagaanein Gebäude bis auf den Grund abreißen, zerstören • een gebouw met de grond gelijkmakenim Grunde (genommen) • in de grond van de zaakvon Grund auf, aus • door en doorjemanden in Grund und Boden reden • (a) iemand onder de tafel praten; (b) iemand niet aan het woord latensich in Grund und Boden schämen • zich doodschamenetwas in Grund und Boden schießen • iets platschieten, in puin schieten -
15 Mund
〈m.; Mund(e)s, Münder〉2 opening, ingang, mond♦voorbeelden:〈 informeel〉 Mund zu! • mond houden!aus berufenem Munde • uit betrouwbare bronjemandem das Wort aus dem Mund nehmen • iemand de woorden uit de mond nemenein Wort dauernd im Mund führen • een woord voortdurend in de mond hebben, gebruikenin aller Munde sein • op ieders lippen zijnin aller Leute Munde sein • bij iedereen over de tong gaanjemandem nach dem, zum Mund reden • iemand naar de mond pratenvon der Hand in den Mund leben • van de hand in de tand leven¶ 〈 informeel〉 sich 〈 3e naamval〉 den Mund fransig, fusselig reden • zich de blaren op de mond praten, (vergeefs) op iemand inpratenjemandem den Mund verbieten • iemand beletten te spreken -
16 Tag
〈m.; Tag(e)s, Tage〉♦voorbeelden:seine großen Tage haben • grootse dagen belevenguten Tag! • (goeden)dag!den lieben langen Tag • de godganse(lijke) dageines schönen Tages • op een goeie dagdie Tage nehmen ab, zu • de dagen korten, lengenjemandem den Tag stehlen • op iemands (kostbare) tijd beslag leggenden Tag totschlagen • de tijd dodenalle acht Tage • om de acht dagendieser Tage • (een) dezer dagenjeden zweiten Tag • om de andere dag, om de twee dagenam Tag(e) • overdagspät am Tag • laat op de dagam folgenden, nächsten Tag, am Tag(e) darauf • de volgende dag, de dag daaropan den Tag kommen, treten • aan het licht komenviel Mut an den Tag legen • veel moed aan de dag leggenauf seine alten Tage • op zijn oude dagauf den Tag (genau) • (precies) op de dag zelfaus fernen Tagen • uit het verre verledenbei Tage besehen • op de keper beschouwdbis in den Tag hinein schlafen • een gat in de dag slapenTag für Tag • dag na dagbis in unsere Tage • tot op onze dagenin den Tag hinein leben • van de ene dag in de andere levenin seinen jungen Tagen • in zijn jonge jareneinen Tag nach dem anderen • dag aan dagden Tag über • overdageinen Tag um den anderen • om de andere dagTag um Tag verging • dag na dag verstreekunter Tags • overdagKohle zu Tag fördern • kolen delveneines Tages • op een dag, op zekere dagewig und drei Tage • een eeuwigheidein Unterschied wie Tag und Nacht • een verschil van dag en nacht〈 spreekwoord〉 es ist noch nicht aller Tage Abend • wat niet is, kan nog komen -
17 Finger
Finger〈m.; Fingers, Finger〉♦voorbeelden:1 〈informeel; figuurlijk〉 klebrige Finger haben, krumme, lange Finger machen • lange, kromme vingers hebbender kleine Finger • de pink〈informeel; figuurlijk〉 die Finger von etwas lassen • zich niet met iets inlaten, van iets afblijven〈 informeel〉 sich 〈 3e naamval〉 die, alle zehn Finger nach etwas lecken • zijn vingers naar iets aflikkenFinger weg! • handen thuis, afblijven!〈informeel; figuurlijk〉 sich 〈 3e naamval〉 etwas an den (fünf, zehn) Fingern abzählen können • iets op zijn vingers kunnen natellenetwas, jemanden nicht aus den Fingern geben, lassen • iets, iemand niet uit handen geven〈 informeel〉 lass die Finger davon! • handen thuis, afblijven!〈informeel; figuurlijk〉 etwas im kleinen Finger haben • iets op zijn duimpje weten, kennen〈informeel; figuurlijk〉 die, seine Finger im Spiel haben • de hand in het spel hebben, achter iets stekenjemandem in, unter, vor, zwischen die Finger geraten, kommen • in iemands handen vallenetwas mit spitzen Fingern anfassen • iets heel voorzichtig aanpakken〈 informeel〉 etwas mit dem kleinen Finger machen • iets met het grootste gemak doen, ergens zijn hand niet voor omdraaien〈informeel; figuurlijk〉 jemanden um den (kleinen) Finger wickeln • iemand om de, een vinger winden -
18 Schaden
Schaden〈m.; Schadens, Schäden〉2 schade, beschadiging ⇒ defect, gebrek♦voorbeelden:Schaden davontragen, erleiden • schade oplopen, lijden; nadeel ondervindenes soll dein Schaden nicht sein • het zal niet in je nadeel zijner nimmt Schaden an seiner Gesundheit • zijn gezondheid lijdt eronder, wordt erdoor geschaad〈 informeel〉 ab, fort, weg mit Schaden! • weg ermee!〈 formeel〉 zu Schaden kommen (bei) • verlies lijden (bij), nadeel ondervinden (van)〈 spreekwoord〉 wer den Schaden hat, braucht für den Spott nicht zu sorgen • wie de schade heeft, heeft de schande erbijzu Schaden kommen • letsel oplopen, gewond raken -
19 setzen
setzen♦voorbeelden:1 hoch setzen • hoog, veel inzetten¶ setzen! • (gaan) zitten!II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 zetten, stellen, plaatsen ⇒ oprichten; vestigen; brengen♦voorbeelden:〈 sport en spel〉 einen Stein setzen • een steen verplaatsen, een zet doenden Stuhl an den Tisch setzen • de stoel bij de tafel zetten, schuivenzwei Dinge zueinander in Beziehung setzen • twee dingen met elkaar in verband brengenetwas in Brand setzen • iets in brand stekenetwas in Kraft setzen • iets in werking stelleneinen Text in Musik, in Noten setzen • een tekst op muziek, op noten zettenjemanden über einen andern setzen • iemand boven iemand anders plaatsenjemanden über den Fluss setzen • iemand de rivier overzetten(zu einem Verbrechen) eine hohe Strafe setzen • (op een misdaad) een zware straf stellenjemandem etwas als Aufgabe setzen • iemand iets tot taak stellenSalat setzen • sla uitzetten〈 informeel〉 gleich setzt es (et)was! • dadelijk zwaait er wat!1 gaan zitten, plaatsnemen2 zich plaatsen, zich zetten3 bezinken, neerslaan5 〈 aardrijkskunde〉zich zetten, inklinken♦voorbeelden:bitte, setzen Sie sich! • gaat u zitten!sich aufrecht, gerade setzen • rechtop gaan zittensich bequem setzen • er gemakkelijk bij gaan zittensich ans Fenster setzen • aan, bij het raam gaan zittensich aufs Rad setzen • op zijn fiets stappensich zu jemandem setzen • bij iemand gaan, komen zittensich auf eine andere Fahrbahn setzen • van rijstrook wisselen————————setzen!(gaan) zitten! -
20 Boden
Boden〈m.; Bodens, Böden〉♦voorbeelden:Boden gewinnen • veld, terrein winnenBoden gut-, wettmachen • terrein herwinnen, terugkomenan Boden verlieren • terrein verliezendem Verdacht den Boden entziehen • alle reden tot verdenking wegnemenetwas dem Boden gleichmachen • iets met de grond gelijkmakenam Boden zerstört sein • totaal op zijnauf dem Boden der Tatsachen stehen • (a) zich aan de feiten houden; (b) met beide benen op de grond blijvenjemandem den Boden unter den Füßen wegziehen • de poten onder iemand af-, wegzagenzu Boden gehen • tegen de grond, vlakte gaandie Augen zu Boden schlagen • de ogen neerslaan
См. также в других словарях:
Den Umständen Entsprechend — Studioalbum von ClickClickDecker Veröffentlichung 30. Januar 2009 Aufnahme Mitte 2008 Labe … Deutsch Wikipedia
Den Wolken ein Stück näher — ist ein Jugendroman des Schriftstellers Günter Görlich. Das Buch erschien erstmals 1971 im Kinderbuchverlag Berlin und erfuhr bis 1985 15 Auflagen. Hinzu kamen in die jeweilige Landessprache übersetzte Ausgaben in Bulgarien (1975), Estland (1976) … Deutsch Wikipedia
Den Sorte Diamant — vom gegenüberliegenden Stadtteil Christianshavn aus gesehen … Deutsch Wikipedia
Den Gamle By — Marktplatz im Freilichtmuseum Den Gaml … Deutsch Wikipedia
HAT-P-5b — ist ein Exoplanet, der den Hauptreihenstern HAT P 5 alle 2,788 Tage umkreist. Auf Grund seiner hohen Masse wird angenommen, dass es sich um einen Gasplaneten handelt. Inhaltsverzeichnis 1 Entdeckung 2 Umlauf und Masse 3 Klima und Zusammensetzung … Deutsch Wikipedia
Hat Yai — … Deutsch Wikipedia
Hat Kopf, Hand, Fuss und Herz — Hat Kopf, Hand, Fuss und Herz, Aquarell und Feder auf Baumwolle, über Karton geklebt, 1930, Kunstsammlung Nordrhein Westfalen, Düsseldorf Hat Kopf, Hand, Fuss und Herz ist ein Aquarell von Paul Klee. Es wurde 1930 vom Maler geschaffen. Die… … Deutsch Wikipedia
HAT-P-2b — ist ein Exoplanet, der den gelben Zwerg HAT P 2 alle 5,633 Tage umkreist. Auf Grund seiner hohen Masse wird angenommen, dass es sich um einen Gasplaneten handelt. Inhaltsverzeichnis 1 Entdeckung 2 Umlauf und Masse 3 … Deutsch Wikipedia
HAT-P-3b — ist ein Exoplanet, der den Hauptreihenstern HAT P 3 alle 2,9 Tage umkreist. Auf Grund seiner hohen Masse wird angenommen, dass es sich um einen Gasplaneten handelt. Inhaltsverzeichnis 1 Entdeckung 2 Umlauf und Masse 3 Klima und Zu … Deutsch Wikipedia
HAT-P-4b — ist ein Exoplanet, der den gelben Zwerg HAT P 4 alle 3,057 Tage umkreist. Auf Grund seiner hohen Masse wird angenommen, dass es sich um einen Gasplaneten handelt. Inhaltsverzeichnis 1 Entdeckung 2 Umlauf und Masse 3 … Deutsch Wikipedia
HAT-P-6b — ist ein Exoplanet, der den Hauptreihenstern HAT P 6 alle 3,853 Tage umkreist. Auf Grund seiner hohen Masse wird angenommen, dass es sich um einen Gasplaneten handelt. Inhaltsverzeichnis 1 Entdeckung 2 Umlauf und Masse 3 Sieh … Deutsch Wikipedia