-
1 een datum afspreken
een datum afspreken -
2 een datum prikken
een datum prikken -
3 een datum afspreken
een datum afsprekenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een datum afspreken
-
4 een datum prikken
een datum prikkenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een datum prikken
-
5 een datum vaststellen
een datum vaststellenfix/settle (up)on a dateVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een datum vaststellen
-
6 datum
♦voorbeelden:gebeurtenissen van recente datum • events of recent dateeen datum afspreken • to arrange a datede plaats en datum vastleggen • fix the time and placeop een nader te bepalen datum • on a date to be specified laterzonder datum • undateder staat geen datum op • there is no date on it -
7 datum
♦voorbeelden:van recente datum • de fraîche dateeen datum afspreken • prendre dateer staat geen datum op • ce n'est pas daté -
8 datum
n. gegeven[ deetəm] 〈meervoud: data〉♦voorbeelden:II 〈meervoud; werkwoord voornamelijk enkelvoud〉♦voorbeelden: -
9 op een nader te bepalen datum
op een nader te bepalen datumVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op een nader te bepalen datum
-
10 op een nog nader overeen te komen datum
op een nog nader overeen te komen datumVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op een nog nader overeen te komen datum
-
11 a datum of experience
-
12 fixing a date
een datum vaststellen -
13 date
date [daat]〈v.〉♦voorbeelden:date limite • deadlinedate limite de consommation • ten minste houdbaar totde fraîche date • pas, recentde vieille, longue date • oud, van oude datumprendre date • een datum afsprekenà la date du …, en date du … • de dato …, gedateerd (op) …être le premier en date • als eerste in aanmerking komen, de oudste rechten hebbenfaire date • een belangrijk evenement zijn, een datum van bijzondere betekenis zijnf -
14 tomber
tomber1 [tõbee]〈m.〉 〈 sport en spel〉————————tomber2 [tõbee]3 (weg)vallen ⇒ verzwakken, verdwijnen, dalen4 te lijf gaan ⇒ zich werpen (op), aanvallen5 worden ⇒ geraken, vallen6 vallen ⇒ vervallen, instorten7 (bij toeval) komen ⇒ verschijnen, geraken♦voorbeelden:tomber mort, raide mort • morsdood neervallenil laissa tomber ces mots • hij zei de volgende woorden〈 informeel〉 laisse tomber! • kap er mee, geef 't op!!!laisser tomber qn. • iemand laten vallen, zich niet meer voor iemand interesserenlaisser tomber qc. • iets laten vallen, iets loslaten, zich niet meer met iets bezighoudenjupe qui tombe bien • rok die goed valttomber dans les bras de qn. • iemand in de armen vallentomber dans l'escalier • op de trap vallenla rue tombe dans une autre • de straat komt op een andere straat uittomber de fatigue • van moeheid omvallenmots qui tombent des lèvres de qn. • woorden die van iemands lippen komenle stylo m'est tombé des mains • de vulpen viel uit mijn handentomber par la fenêtre • uit het raam vallenle soleil lui tombe sur les yeux • de zon schijnt in zijn ogendes toits qui tombent bien bas sur les fenêtres • laag overhangende dakentomber sur ses pieds • op zijn voeten terechtkomenle jour tombe • de avond valtle vent est tombé • de wind is gaan liggen4 ils nous sont tombés dessus • ze hebben ons overvallen, verrast5 tomber amoureux, malade • verliefd, ziek wordentomber dans une erreur • in een fout vervallentomber dans la misère • in ellende gerakenil est tombé bien bas • hij is wel diep gezonken7 ça tombe bien, mal • dat treft goed, slechtil est bien tombé • hij heeft het goed getroffentomber juste • opgaan, de spijker op de kop slaanje suis tombé en pleine réunion • ik kwam midden in de vergadering binnenvallencet article m'est tombé sous les yeux • dat artikel is me toevallig onder ogen gekomentomber sur qn. • iemand tegen het lijf lopentomber sur qc. • ergens tegenaan lopen♦voorbeelden:→ vestev2) uitvallen3) verzwakken4) aanvallen5) worden6) verschijnen, komen7) vallen (op) [datum]8) uitkomen [krant] -
15 vaststellen
♦voorbeelden:1 een datum vaststellen • fix/settle (up)on a dateeen prijs vaststellen • fix a price, put/set a price onop vastgestelde tijden • at stated times/intervals4 de doodsoorzaak vaststellen • establish/determine the cause of deathde schade vaststellen • assess the damage -
16 settle
n. een bank met hoge leuning--------v. regelen; bijleggen; regeling treffen; bevolken; vaststellen; betalen; vestigen, koloniseren; wonen; (be)landensettle1[ setl] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————settle21 gaan zitten ⇒ zich neerzetten, neerstrijken♦voorbeelden:darkness settled on the town • duisternis daalde neer op de stadsettle back in a chair • gemakkelijk gaan zitten in een stoelwe haven't yet settled in • we zijn nog niet op ordesettle for something • genoegen nemen met ietssettle into new surroundings • wennen aan een nieuwe omgevingsettle (down) to something • zich ergens op concentreren, zich ergens toe zetten→ settle down settle down/♦voorbeelden:settle with someone • rekening/schulden betalen aan iemand→ settle down settle down/2 vestigen 〈 in woonplaats, maatschappij〉 ⇒ 〈 bij uitbreiding〉 aan een goede baan helpen, aan de man/vrouw brengen7 schikken ⇒ bijleggen, tot een schikking komen8 〈 informeel〉 afrekenen met 〈 alleen figuurlijk〉 ⇒ tot zwijgen brengen, doen ophouden; betaald zetten♦voorbeelden:4 she settled her mother among the pillows • zij legde haar moeder comfortabel neer tussen de kussensshe settled herself in the chair • zij nestelde zich in haar stoel6 that settles it! • dat doet de deur dicht!settle into • zich thuis doen voelen insettle on • vastzetten op -
17 prikken
3 [injectie geven] inject4 [vaststellen] set♦voorbeelden:lek prikken • puncturezich aan iets prikken • prick oneself on somethingmet een vork in/naar iets prikken • prod (at) something with a fork1 [prikklok bedienen] clock in/out♦voorbeelden: -
18 sine die
adv. zonder een datum vast te stellen voor een andere ontmoeting of verhoor; voor onbepaalde tijd[ sajnie dajjie:] -
19 faire date
faire dateeen belangrijk evenement zijn, een datum van bijzondere betekenis zijn -
20 prikken
1 [steken] piquer2 [vasthechten] épingler3 [injectie geven] faire une piqûre à4 [vaststellen] fixer♦voorbeelden:1 zich aan iets prikken • se piquer avec qc.gaatjes in karton prikken • trouer du carton1 [prikklok bedienen] pointer2 [prikkende gewaarwording voelen, veroorzaken] piquer (qc. à qn.)♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
Theodorus Frederik van Capellen — Infobox Military Person name= Th.F. van Capellen lived= 6 September 1762 ndash; 15 April 1824 placeofbirth= Nijmegen, Dutch Republic placeofdeath= Brussels caption= nickname= allegiance=Kingdom of the Netherlands serviceyears= 1781 – 1818 rank=… … Wikipedia
Date and time notation in Belgium — Date According to the BIN standard (NBN Z 01 002), there are three ways to write a date in Belgium:[1] yyyy mm dd ( 2010 10 22 ) is common in an international environment. It is the basic form.[2] yyyymmdd ( 20101022 ) is the form of the date… … Wikipedia
Hendrik Pieter Nicolaas Muller — Infobox Person name= Hendrik Pieter Nicolaas Muller imagesize = 225 px caption= Dr. Hendrik P.N. Muller birth date= birth date|1859|4|2|df=y birth place= Rotterdam, The Netherlands dead=dead death date= death date and age|1941|8|11|1859|4|2|df=y… … Wikipedia
Liste von Unglücken im Bergbau — Verbrannte Uhr, zerstörte Lampe. Zeche Radbod, 1908 Unglücke im Bergbau ereignen sich weltweit regelmäßig. Zu den Ursachen zählen Schlagwetter , Kohlenstaub und Sprengstoffexplosionen, Wassereinbrüche und Einstürze (s. Pinge). Spätschä … Deutsch Wikipedia
Junghuhns Werke — Franz Wilhelm Junghuhn (1809–1864) zählt zu den bedeutendsten Naturforschern in Niederländisch Indien. Sein Gesamtwerk in Wort und Bild über die von ihm erforschten Gebiete blieb jahrzehntelang wissenschaftlich von herausragendem Wert.… … Deutsch Wikipedia
Milk Inc — Milk Inc. Regi Penxten und Linda Mertens von Milk Inc. 2008 Gründung 1996 Genre Vocal Trance, Trance Website … Deutsch Wikipedia
Grammaire Néerlandaise — le contexte de l article peut être trouvé dans les articles suivants : Grammaire et Néerlandais. Sommaire 1 Morphologie 1.1 Le déterminant 1.2 L article 1.2.1 … Wikipédia en Français
Grammaire neerlandaise — Grammaire néerlandaise le contexte de l article peut être trouvé dans les articles suivants : Grammaire et Néerlandais. Sommaire 1 Morphologie 1.1 Le déterminant 1.2 L article 1.2.1 … Wikipédia en Français
Grammaire néerlandaise — le contexte de l article peut être trouvé dans les articles suivants : Grammaire et Néerlandais. Sommaire 1 Morphologie 1.1 Le déterminant 1.2 L article 1.2.1 Het ou … Wikipédia en Français
Freund (Subst.) — 1. Allermanns (Allerwelts) Freund, niemands Freund (jedermanns Geck). – Simrock, 2750; Winckler, X, 16; Eiselein, 185; Kirchhofer, 354; Reinsberg III, 143. Dem Allerweltsfreunde empfiehlt W. Müller: »Willst du der Leute Liebling sein, sei… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Gott — 1. Ach du grosser Gott, was lässt du für kleine Kartoffeln wachsen! – Frischbier2, 1334. 2. Ach Gott, ach Gott, seggt Leidig s Lott, all Jahr e Kind on kein Mann! (Insterburg.) – Frischbier2, 1335. 3. Ach, du lieber Gott, gib unserm Herrn ein n… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon