-
1 doorsnijden
doorsnijden♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 hij heeft de banden met zijn familie doorgesneden • he has severed/cut the ties with his family -
2 doorsnijden
прорезать; перерезать; рассекать; пересекать; перерезать, разрезать* * *гл.общ. рассекать (воздух и т.п.), пересекать (местность), перерезать, прорезать -
3 doorsnijden
v. dissect, cut, slit -
4 doorsnijden
1) obducera2) dissikera -
5 doorsnijden
-
6 doorsnijden
sectionner -
7 iets overlangs doorsnijden
iets overlangs doorsnijdencouper qc. dans le sens de la longueur -
8 zich de pols doorsnijden
zich de pols doorsnijden -
9 iets overlangs doorsnijden
iets overlangs doorsnijdencut something lengthwise/longitudinallyVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iets overlangs doorsnijden
-
10 zich de polsen doorsnijden
zich de polsen doorsnijdenslash/cut one's wristsVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich de polsen doorsnijden
-
11 durchschneiden
-
12 crisscross
adj. gekruisd--------adv. op kruiselingse wijze--------n. kruiselingse daad--------v. (kriskras) (door)kruisencrisscross1[ kriskros] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 netwerk ⇒ web, wirwar————————crisscross2♦voorbeelden:1 crisscross pattern • netwerk, patroon van elkaar kruisende lijnen————————crisscross3〈 werkwoord〉♦voorbeelden:————————crisscross4〈 bijwoord〉 -
13 traverse
adj. dwars--------n. passage, doorgang; officiële ontkenning van een aanspraak gemaakt door een andere partij; zigzag koers (bv door zeilboot); beschermende wal rond een loopgraaf; smalle strook gescheiden door een verdeler/scherm--------v. oversteken; doortrekken, doorkruisen, doorsnijdentraverse1[ trævə:s] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————traverse2[ trævə:s, trəvə:s]1 traverseren ⇒ schuins klimmen/afdalenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (door)kruisen ⇒ oversteken, (dwars) trekken door, doorsnijden♦voorbeelden:search lights traverse the sky • zoeklichten doorklieven de lucht -
14 sectionner
-
15 durchziehen
durchziehen11 trekken door ⇒ er langs trekken, gaanII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 erdoor trekken, halen♦voorbeelden:♦voorbeelden:————————durchziehen21 trekken, gaan door♦voorbeelden: -
16 перерезать
-
17 пересекать
-
18 прорезать
vgener. opensnijden, doorsnijden -
19 рассекать
vgener. doorsnijden (воздух и т.п.), klieven (воздух, волны) -
20 bisect
v. bisecteren, doorsnijden; in tweeën delen[ bajsekt]1 middendoor/in tweeën delen/splitsen ⇒ halveren
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский
- Шведский
doorsnijden
Страницы