-
1 foreground task
voorgrond taak, taak die zich bevindt in het actieve venster waar de gebruiker zich op concentreerd -
2 foreground
voorgrond -
3 foreground-background processing
voorgrond-achtergrond verwerkingEnglish-Dutch technical dictionary > foreground-background processing
-
4 förgrund
voorgrond -
5 foreground
n. voorgrond (ook in computers), voorgrond, dichtbij; (in computers) voorgrond, de omgeving waarin de aktieve applikatie werkzaam is (op de voorgrond)foreground♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 she always keeps herself in the foreground • zij is altijd het middelpunt van de belangstelling -
6 se mettre en avant
-
7 Vordergrund
Vordergrund〈m.〉♦voorbeelden: -
8 быть на переднем плане
vgener. (первом) op de voorgrond staanRussisch-Nederlands Universal Dictionary > быть на переднем плане
-
9 выступать на передний план
vgener. op de voorgrond tredenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > выступать на передний план
-
10 первый план
-
11 передний
adjgener. voorste, voorgrond -
12 come to the fore
-
13 fore
adj. voor-; voor; voorkant van, aan de voorkant van--------adv. vooruit--------n. voor, voorkant, voor-; voordeel, voorsprongfore1[ fo:] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 to the fore • beschikbaar, in het oog lopend————————fore21 vooraan ⇒ voor, naar voren♦voorbeelden:————————fore3〈 tussenwerpsel〉 〈 golf〉 -
14 push oneself forward
push oneself forward -
15 push
n. druk; compressie; aanval; initiatief; hulp--------v. duwen; wegduwen; drukken; initiatief nemen; hasjiesj verkopenpush1[ poesj]1 duw ⇒ stoot, zet, ruk♦voorbeelden:〈voornamelijk Brits-Engels; informeel〉 at a push • als het echt nodig is, in geval van nood2 druk ⇒ nood, crisis♦voorbeelden:1 to get a job like that you need a lot of push • om zo'n baan te krijgen moet je heel wat aankunnen2 if/when it comes/came to the push • als het erop aankomt/aankwam————————push21 duwen ⇒ stoten, schuiven, dringen2 vorderingen maken ⇒ vooruitgaan, doorgaan, verder gaan3 zich (uitermate) inspannen ⇒ doorzettingsvermogen/ondernemingslust hebben♦voorbeelden:2 push ahead/along/forward/on • (rustig) doorgaan/verder gaanpush by/past someone • iemand voorbijdringenpush ahead/along/forward/on with • vooruitgang boeken/opschieten metII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 stimuleren ⇒ bevorderen, promoten, voorthelpen, pushen3 druk uitoefenen op ⇒ lastig vallen, aandringen bij♦voorbeelden:1 push the button • op de knop/bel drukkenpush the car • de auto aanduwenpush a door open • een deur openduwenhe pushes the matter too far • hij drijft de zaak te ver doordon't push your sister to take that decision • zet je zus niet aan tot dat besluitpush one's way through a crowd • zich een weg banen door een menigteI pushed myself to do it • ik dwong mezelf het te doen〈informeel; figuurlijk〉 push someone about/around • iemand ruw/slecht behandelen; iemand commanderen, iemand met minachting behandelenthey pushed our work aside • ze schoven ons werk terzijde; 〈 figuurlijk〉 ze gaven ons werk geen kanspush back one's hair • zijn haar naar achteren strijkenpush back the enemy • de vijand terugdringenhe was pushed down • hij werd ondergeduwdpush oneself forward • zich op de voorgrond dringenpush someone forward as a candidate • iemand als kandidaat naar voren schuivenpush over a lady • een dame omverlopenpush over a table • een tafel omgooienthat pushed prices up • dat joeg de prijzen omhoogpush someone into action • iemand tot actie dwingenthe disaster pushed all other news off the front pages • de ramp verdrong al het andere nieuws van de voorpagina'spush one's work onto someone else • zijn werk op iemand anders afschuiven/aan iemand anders opdringenshe pushed him to the verge of suicide • ze dreef hem bijna tot zelfmoordpush oneself • zichzelf promoten, zichzelf weten te verkopen3 don't push your luck (too far)! • stel je geluk niet te veel op de proef!he is pushed (for time/money) • hij heeft bijna geen tijd/geld, hij zit krap (in zijn tijd/geld)he pushed me for money • hij probeerde geld van mij los te krijgen¶ push home • uitvoeren, toedienen, krachtig ondernemen/uiteenzettenthe attack was pushed home with considerable force • de aanval werd met veel kracht uitgevoerd -
16 predominatingly
adv. dominerend, overheersend; de overhand hebbend; op de voorgrond tredend, sterk vertegenwoordigd -
17 pushily
adv. aanmatigend, zich op de voorgrond dringend; te ambitieus of zelfbewust -
18 avant
avant1 [aavã]〈m.; ook bijvoeglijk naamwoord〉1 voorkant ⇒ voorstuk, voorste deel3 voorhoedespeler ⇒ aanvaller, spits♦voorbeelden:asseyez-vous à l'avant • gaat u voorin zitten→ traction————————avant2 [aavã]〈bijwoord; ook bijvoeglijk naamwoord〉1 van tevoren ⇒ eerder, eerst♦voorbeelden:1 d' avant • ervoor, daarvoorplus avant • steeds verder, meeren avant • naar voren, vooruit, voorwaartsse mettre en avant • zich op de voorgrond plaatsen→ marche————————avant3 [aavã]〈 voorzetsel〉1 voor♦voorbeelden:1 avant cela • daarvooravant peu • binnenkortne faites rien avant d' avoir reçu ma lettre • doe niets voordat u mijn brief ontvangen hebt, alvorens mijn brief ontvangen te hebben1. m1) voorkant2) voorhoede, front3) aanvaller, spits2. adjvoorste, voor-3. adv1) van tevoren, eerder, eerst2) vooraan, vooruit, voorwaarts4. prép 5. avant deprép6. avant queconj -
19 devant
devant1 [dəvã]〈m.〉♦voorbeelden:¶ prendre le(s) devant(s) • vooruitlopen, (iemand, iets) vóór zijn————————devant2 [dəvã]〈bijwoord; ook voorzetsel〉1 voor ⇒ tegenover, aan de voorkant3 vooruit ⇒ voorop, voorbij, voorin♦voorbeelden:aller (droit) devant soi • rechtdoor lopenôtez-vous de devant mes yeux • ga uit mijn ogencette robe se ferme devant • deze jurk heeft de sluiting van vorenmarcher devant • voorop lopenpassez devant! • gaat u maar voor!avoir du temps devant soi • nog tijd genoeg hebben1. m 2. adv, prép1) voor2) vooruit, voorbij, voorin -
20 mettre
mettre [metr]1 plaatsen ⇒ leggen, zetten, stellen5 teweegbrengen ⇒ veroorzaken, stichten 〈zie voor uitdrukkingen die hier niet vermeld zijn de betreffende zelfstandige naamwoorden〉♦voorbeelden:mettre longtemps à cuire • lang moeten kokenles mettre • 'm smeren, ervandoor gaanqu'est-ce qu'il lui met! • die geeft hem van katoen!mettre qn. dedans • iemand erin laten lopenmettre de la bonne volonté à faire qc. • zijn goede wil bij iets tonen〈 informeel〉 mettez, mettons que 〈+ aanvoegende wijs〉 • laten we (nu eens) aannemen dat, stel dat, aangenomen dat→ vue1 zich plaatsen, zetten ⇒ gaan staan, liggen, zitten2 〈+ à〉beginnen (met, te)3 aantrekken ⇒ aandoen, opzetten 〈zie voor uitdrukkingen die hier niet vermeld zijn de betreffende zelfstandige naamwoorden〉♦voorbeelden:se mettre debout • opstaan, overeind komense mettre dans une situation délicate • zich in een lastig parket brengense mettre en avant • zich op de voorgrond plaatsens'y mettre • aan de gang, slag gaanle tout c'est de s'y mettre • alleen het begin is moeilijkne plus savoir où se mettre • in een moeilijk parket zittense mettre après qn. • iemand plagen, voor de gek houdense mettre au beau • mooi (weer) wordense mettre avec qn. • met iemand gaan samenwonense mettre en quatre pour qn. • zich voor iemand uit de naad lopenqu'est-ce qu'on s'est mis! • wat hebben we geschranst!v1) plaatsen, zetten, leggen2) aantrekken [kleding]4) aanzetten [verwarming, radio]5) veroorzaken
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Orania, Northern Cape — Orania … Wikipedia
foreground — (n.) 1690s, in the landscape sense, from FORE (Cf. fore ) + GROUND (Cf. ground) (n.). First used in English by Dryden ( Art of Painting ); Cf. Du. voorgrond … Etymology dictionary
foreground — noun 1》 the part of a view or image nearest to the observer. 2》 the most prominent or important position. verb place in the foreground. Origin C17: from fore + ground1, on the pattern of Du. voorgrond … English new terms dictionary
foreground — n. 1 the part of a view, esp. in a picture, that is nearest the observer. 2 the most conspicuous position. Etymology: Du. voorgrond (as FORE , GROUND(1)) … Useful english dictionary