-
1 animer
animer [aaniemee]1 levendig(er) maken ⇒ verlevendigen, opvrolijken2 aansporen ⇒ aanvuren, stimuleren3 bezielen ⇒ leven geven aan, tot leven wekken4 bezielen ⇒ inspireren, drijvende kracht zijn bij6 leiden ⇒ spelleider zijn bij, presenteren♦voorbeelden:1 verlevendigen ⇒ levendig(er) worden, zich opwinden2 tot leven komen ⇒ zich bewegen, bewogen worden1. v1) levendig(er) maken, opvrolijken2) aansporen, stimuleren3) bezielen5) leiden, presenteren2. s'animerv3) zich bewegen, bewogen worden -
2 électriser
-
3 vivifier
vivifier [vieviefjee]〈 werkwoord〉1 opwekken ⇒ krachtig maken, versterkenv1) opwekken, versterken3) levend maken4) bezielen -
4 enflammer
-
5 soulever
soulever [soelvee]1. v1) optillen2) opjagen3) aansporen4) opruien5) opwekken, oproepen2. se souleverv
См. также в других словарях:
Bezielen — Bezielen, verb. reg. act. welches im Oberdeutschen am üblichsten ist. Etwas bezielen, darauf zielen … Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart
bezielen — be|zie|len <sw. V.; hat (bildungsspr. selten): auf etw. zielen, sich auf etw. beziehen, etw. zu treffen suchen … Universal-Lexikon
Bezwecken — Bezwêcken, verb. reg. act. 1) Von Zweck, ein kleiner Nagel, mit Zwecken beschlagen, bey den Schustern. 2) * Von Zweck, finis, haben einige Neuere dieses Wort für bezielen, zum Endzweck haben, aufbringen wollen, aber wenig Dank damit verdient. So… … Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart