-
1 abîme
abîme [aabiem]〈m.〉2 (diepe) kloof ⇒ onmetelijk, ondoorgrondelijk iets3 ondergang ⇒ afgrond, verderf♦voorbeelden:un abîme de science • een vat vol geleerdheid, van wetenschap 〈 een zeer geleerd iemand〉m1) afgrond, onpeilbare diepte2) kloof, enorm verschil3) ondergang, verderf -
2 précipice
-
3 gouffre
gouffre [goefr]〈m.〉1 afgrond♦voorbeelden:ce procès est un gouffre • het is een geldverslindend procesêtre au bord du gouffre • aan de rand van de afgrond staan -
4 creuser
creuser [kreuzzee]II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 uithollen ⇒ uitdiepen, (uit)graven♦voorbeelden:creuser (l'estomac) • hongerig maken♦voorbeelden:¶ se creuser (la tête, la cervelle) • zich 't hoofd breken, zich suf piekeren————————creuser (l'estomac)1. v1) (uit)graven2) delven [graf]3) uitdiepen [idee]2. se creuserv1) dieper/hol worden2) invallen [wangen]3) zich vormen -
5 doigt
doigt [dwaa]〈m.〉1 vinger3 vingerdikte ⇒ vingerbreedte, beetje♦voorbeelden:1 avoir des doigts de fée • gouden handen hebben, zeer handig zijndoigt de pied • teendoigts boudinés • worstvingerspetit doigt • pinkvous avez mis le doigt dessus • u hebt de spijker op de kop geslagense compter sur les doigts de la main • op de vingers van één hand te tellen zijnconduire qn., mener qn., faire marcher qn. au doigt et à l'oeil • iemand naar zijn pijpen laten dansenl'argent lui coule des doigts • het geld glijdt, vliegt hem, haar door de vingersmon petit doigt me l'a dit • dat hebben de kaboutertjes me verteldêtre comme les deux doigts de la main • innig bevriend, boezemvriend(inn)en zijnne rien faire de ses dix doigts • geen steek uitvoerense ficher, se fourrer, se mettre le doigt dans l'oeil (jusqu'au coude) • het bij het verkeerde eind hebbens'en lécher les doigts • zijn vingers erbij aflikkenne pas lever, ne pas bouger, ne pas remuer le petit doigt • geen vinger uitstekenmettre le doigt dans l'engrenage • niet meer terug kunnenmettre le doigt sur la difficulté • de moeilijkheid vindenmettre le doigt sur la plaie • de vinger op de wonde leggeny mettre les quatre doigts et le pouce • begerig grijpenmontrer du doigt • aanwijzen; met de vinger nawijzense mordre les doigts • zich verbijten, spijt hebben als haren op zijn hoofd (van)obéir, marcher au doigt et à l'oeil • stipt gehoorzamentoucher qc. du doigt • iets duidelijk (laten) zientoucher du doigt le but, la fin • zeer dicht bij het doel zijnà un doigt, deux doigts de • vlak bijêtre à deux doigts de la mort, de sa perte • de dood voor ogen hebben, op sterven na dood zijn; aan de rand van de afgrond staanm1) vinger, teen2) klauw -
6 engouffrer
engouffrer [ãgoefree]1 in een afgrond storten ⇒ in, door een opening storten♦voorbeelden:2 quel appétit! il engouffre! • wat een eetlust, de slokop!v( s'engouffrer) -
7 entrouvert
entrouvert [ãtroever]= entr'ouvert; adj -
8 mur
mur [muur]〈m.〉1 muur♦voorbeelden:mur à hauteur d'appui • lage muur, halve muurmur de soutènement • steunmuurne laisser que les quatre murs • een huis helemaal leeghalencoller au mur • tegen de muur zetten, fusilleren→ tête2 mur à pic d'un précipice • steile, loodrechte wand van een afgrondm -
9 mûr
mur [muur]〈m.〉1 muur♦voorbeelden:mur à hauteur d'appui • lage muur, halve muurmur de soutènement • steunmuurne laisser que les quatre murs • een huis helemaal leeghalencoller au mur • tegen de muur zetten, fusilleren→ tête2 mur à pic d'un précipice • steile, loodrechte wand van een afgrondadj1) rijp, gerijpt2) versleten3) zat, dronken -
10 abysse
abysse [aabies]〈m.〉 -
11 être à deux doigts de la mort, de sa perte
être à deux doigts de la mort, de sa pertede dood voor ogen hebben, op sterven na dood zijn; aan de rand van de afgrond staanDictionnaire français-néerlandais > être à deux doigts de la mort, de sa perte
-
12 entrouvrir
♦voorbeelden:————————entrouvrir -
13 mur à pic d'un précipice
mur à pic d'un précipicesteile, loodrechte wand van een afgrondDictionnaire français-néerlandais > mur à pic d'un précipice
-
14 être au bord du gouffre
être au bord du gouffre
См. также в других словарях:
Riku Lätti — (born 11 June 1973), is a South African singer, songwriter and writer. After Riku matriculated in 1991 at Hoërskool Florida, Johannesburg, Gauteng Province, he studied philosophy at University of the Witwatersrand where he finished his honours… … Wikipedia
Paul Beliën — Infobox Person name = Paul Belien image size = 150px caption = Paul Belien (courtesy of Luc van Braekel) birth date = 1959 birth place = death date = death place = occupation = journalist spouse = Alexandra Colen religion = Roman Catholic… … Wikipedia
Elie Aron Cohen — was a Dutch doctor (Groningen July 16, 1909 ndash; Arnhem October 22, 1993) who, being Jewish, was sent to the Auschwitz concentration camp. He arrived there on September 16, 1943. His wife and young son as well as his parents in law were killed… … Wikipedia
Indonesischer Unabhängigkeitskrieg — Indonesien bei Erreichen der Unabhängigkeit 1949 (rot) … Deutsch Wikipedia
Люсеберт — Lucebert Имя при рождении: Любертюс Якобюс Свансвейк (Lubertus Jacobus Swaanswijk) Дата рождения: 15 сентября 1924(19 … Википедия
Maurits Dekker — Maurits Dekker, vollständig Maurits Rudolph Joël Dekker (* 16. Juli 1896 in Amsterdam; † 7. Oktober 1962 ebenda), war ein niederländischer Schriftsteller jüdischer Herkunft, der vor allem sozialkritische Romane und Dramen schrieb. Auch im Ausland … Deutsch Wikipedia
Abgrund — Sm std. (8. Jh., Form 14. Jh.), mhd. abgrunt, älter abgründe, ahd. abgrunt, umgeformt aus älterem ahd. abgrunti, as. afgrundi Stammwort. Auch ae. (spät und selten) æfgrynde, aus wg. * af grund ja ; dieses ist wie gleichbedeutendes gt. afgrundiþa… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Abgrund — Abgrund: Der dt. und niederl. Ausdruck für »schauerliche Tiefe« (mhd., ahd. abgrunt, niederl. afgrond) ist aus den unter ↑ ab und ↑ Grund behandelten Wörtern gebildet und bedeutet eigentlich »abwärts gehender ‹Erd›boden«. Die nord. Sippe von… … Das Herkunftswörterbuch
abgründig — Abgrund: Der dt. und niederl. Ausdruck für »schauerliche Tiefe« (mhd., ahd. abgrunt, niederl. afgrond) ist aus den unter ↑ ab und ↑ Grund behandelten Wörtern gebildet und bedeutet eigentlich »abwärts gehender ‹Erd›boden«. Die nord. Sippe von… … Das Herkunftswörterbuch
Wasser — 1. Alle kleinen Wasser laufen in die grossen. – Simrock, 11227; Körte, 6528; Braun, I, 4928. »Die kleinen Wasser allgemein laufen in die grossen hinein.« Die Russen: Das Wasser, was die Ladoga der Newa gibt, gibt die Newa dem Finnischen Meerbusen … Deutsches Sprichwörter-Lexikon