-
1 essuyer
essuyer [esŵiejee]2 〈 iets onaangenaams〉 (te) verduren (hebben) ⇒ ondergaan, ondervinden ⇒ 〈 belediging〉 moeten slikken ⇒ 〈 verlies〉 lijden♦voorbeelden:essuyer ses pieds • z'n voeten vegenessuyer la poussière • stof afnemen→ plâtrev1) (af)drogen, (af-, weg)vegen -
2 éponger
éponger [eepõzĵee]♦voorbeelden:éponger un retard • een achterstand wegwerken♦voorbeelden:v1) afsponzen, afwissen2) wegwerken -
3 rincer
rincer [rẽsee]〈 werkwoord〉1 (om-, uit)spoelen2 〈figuurlijk; informeel〉 uitkleden ⇒ zijn geld afhandig maken ⇒ 〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 afdrogen♦voorbeelden:v1) (om-, uit)spoelen2) ruïneren
См. также в других словарях:
Schlagen — 1. Bim Schlâge profitirt niemert meh as de Metzger. (Zürich.) – Sutermeister, 31. 2. Dat es dat, sacht Schmack, da schlug he de Fru egen Nack. (Aachen.) – Hoefer, 923. 3. Der geschlagen ist, hat gross elend, der obsigt stirbt auch behend. –… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon