-
1 degradation
afbraakdegradatieverslechtering -
2 destruction
-
3 decomposition
n. uiteenvalling[ die:kompəzisjn] -
4 demolition
-
5 knockdown
adj. verpletterend, verbazend; kan vernietigd worden--------n. opdonder, sterke klap; verlaging (van prijzen enz.)knockdown1〈 zelfstandig naamwoord〉 〈 boksen〉————————knockdown2♦voorbeelden: -
6 rack
n. rek; pijnbank; foltering--------v. folteren; afpijnigenrack1[ ræk]1 rek2 ruif4 pijnbank♦voorbeelden:1 verwoesting ⇒ afbraak, ondergang♦voorbeelden:1 go to rack and ruin • geheel vervallen, instorten————————rack2〈 werkwoord〉1 in/op een rek leggen3 kwellen ⇒ pijnigen, teisteren4 het uiterste vergen van ⇒ (te) zwaar belasten, afmatten♦voorbeelden:racked with jealousy • verteerd door/van jaloeziethe storm racked the village • de storm teisterde het dorp -
7 skip
n. het springen, huppelen, ervandoor gaan, er uitknijpen; afvalcontainer--------v. overwippen, overstappen, springen; overheen stappen; doen vernietigen; wegvluchtenskip1[ skip] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————skip2〈 skipped〉♦voorbeelden:¶ skip over • overslaan, luchtig overheen gaanII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 overslaan ⇒ weglaten; wegblijven van -
8 wreck
n. ruïne; vernieling; afbraak, verval; oud roest; wrak; gezonken schip; overblijfsels van een gezonken schip--------v. vernielen; ruïneren; versplinteren (van hoop); vernietigd worden; gezonken worden (schip)wreck1[ rek]♦voorbeelden:————————wreck2〈 werkwoord〉1 〈 voornamelijk passief〉 schipbreuk doen lijden ⇒ doen stranden, aan de grond doen lopen; 〈 figuurlijk〉 doen mislukken 〈plan e.d.〉2 ruïneren ⇒ verwoesten, te gronde richten♦voorbeelden:1 the ship was wrecked on the rocks • het schip liep/verging op de rotsenwe were wrecked off Flushing • we leden ter hoogte van Vlissingen schipbreuk -
9 Mir
n. Mir (Russisch ruimtevaartstation zich voor lange periode in kosmos bevindend en gebruikt wordt voor afbraak en verplaatsing) -
10 abscission
n. afzetting, amputatie, afbraak, afsnijding -
11 alcoholysis
n. Alcoholysis (chemische afbraak als gevolg van interactie tussen mengsel en alcohol) -
12 biolytic
adj. biolytisch (van biolyse, van afbraak van organisme, van sterven) -
13 blister gas
elk van verscheidene giftige gassen dat verbranding, afbraak of vernietiging van levend weefsel veroorzaakt -
14 chromatolysis
n. chromatolyse (in chemie- oplossing van chromatine en diens afbraak) -
15 devastation
n. afbraak, vernietiging -
16 diastase
n. diastase, enzym in malt voorkomend dat de afbraak van zetmeel in maltose katalyseert -
17 falsified
adj. vervalsd; opgelicht; afbraak, ondermijning (van een theorie); aflegging van een valse verklaring -
18 hydrolyse
v. hydrolyseren (in chemie- afbraak van ionen van zouten in water) -
19 hydrolyze
v. hydrolyseren (in chemie- afbraak van ionen van zouten in water) -
20 photolytically
adv. d.m.v. fotolyse (chemisch afbraak van stof onder invloed van licht of straling)
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Leo Apostel — (Antwerp, 4 September 1925 Ghent, 10 August 1995) was a Belgian philosopher and professor at the Vrije Universiteit Brussel and the Universiteit Gent. Apostel was an advocate of interdisciplinary research and the bridging of the gap between exact … Wikipedia
Wellingtonrenbaan — 51° 13′ 23″ N 2° 54′ 00″ E / 51.223056, 2.9 … Wikipédia en Français
Hippodrome d'Ostende — 51° 13′ 23″ N 2° 54′ 00″ E / 51.223056, 2.9 … Wikipédia en Français