-
1 Gelegenheit
Gelegenheit〈v.; Gelegenheit, Gelegenheiten〉1 gelegenheid ⇒ mogelijkheid, kans2 koopje, gelegenheidsaanbieding♦voorbeelden:die Gelegenheit beim Schopf(e) ergreifen, fassen, nehmen • de gelegenheid aangrijpen, te baat nemenjemandem (die) Gelegenheit geben • iemand in de gelegenheid stellen -
2 Niere
Niere〈v.; Niere, Nieren〉♦voorbeelden: -
3 anfassen
anfassen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:2 jemanden hart, sanft anfassen • iemand hard, zacht aanpakken3 eine Sache richtig, verkehrt anfassen • iets juist, verkeerd aanpakken4 Angst fasst jemanden an • angst overvalt iemand, grijpt iemand aan -
4 angreifen
angreifen3 aangrijpen ⇒ aantasten, verzwakken5 aanspreken, aanbreken♦voorbeelden:2 einen Politiker angreifen • een politicus aanvallen, bekritiserenRost greift das Eisen an • roest vreet het ijzer aan -
5 anwandeln
-
6 aufwühlen
-
7 benutzen
benutzen, bbenützen/b -
8 erschüttern
-
9 fassen
fassenI 〈onovergankelijk werkwoord; haben〉1 pakken, grijpen ⇒ vat krijgen♦voorbeelden:der Wind fasst ins Segel • de wind krijgt vat in het zeilII 〈 overgankelijk werkwoord〉8 meepakken, grijpen♦voorbeelden:jemanden an, bei seiner schwachen Seite, Stelle fassen • iemand op zijn zwakke plek raken〈 figuurlijk〉 jemanden bei seiner Ehre zu fassen versuchen • op iemands eer(gevoel) proberen te werkeneinen Weg mit Bäumen fassen • een weg met bomen omzomenetwas in Worte fassen • iets onder woorden brengen7 das ist nicht zu fassen! • je houdt het niet voor mogelijk!Vertrauen zu jemandem fassen • vertrouwen in iemand krijgeneinen Vorsatz fassen • zich iets voornemenetwas ins Auge fassen • iets onder ogen zienjemanden ins Auge fassen • iemand op het oog hebben10 Angst, Entsetzen fasste mich • angst, ontzetting greep mij aan1 tot bedaren komen, zich beheersen ⇒ opnieuw zijn evenwicht vinden♦voorbeelden:1 fass dich! • beheers je! -
10 herumreißen
-
11 jemandem an die Nieren gehen
jemandem an die Nieren geheniemand diep treffen, sterk aangrijpenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > jemandem an die Nieren gehen
-
12 jemandem nahe gehen
iemand aangrijpen, aan het hart gaan, leed doen -
13 mitnehmen
-
14 nahe
nahe1〈bijvoeglijk naamwoord; näher, (am) nächst(en)〉3 na ⇒ nauw, eng♦voorbeelden:jemandem nahe bleiben • in iemands omgeving blijvenjemandem etwas nahe bringen • iemand vertrouwd maken met iets, iemand iets bijbrengenjemandem nahe gehen • iemand aangrijpen, aan het hart gaan, leed doeneiner Sache nahe kommen • iets benaderen, naderen tot iets, dichtbij iets komenjemandem geistig nahe kommen • geestelijk nader komen tot iemandjemandem etwas nahe legen • iemand iets (nadrukkelijk) aanraden, op het hart drukkendas legt die Vermutung nahe, dass • dat doet vermoeden datnahe liegen • voor de hand liggenjemandem nahe stehen • nauwe banden hebben met iemandjemandem freundschaftlich nahe stehen • met iemand op vriendschappelijke voet staanjemandem nahe treten • iemand nader komen, nadere betrekkingen aanknopen met iemandjemandem menschlich nahe treten • iemand op het menselijke vlak nader komen〈 figuurlijk〉 jemandem zu nahe treten • iemand te na komen, iemand kwetsenvon nahem • van dichtbijzum Greifen nahe • in reikwijdtein naher, nächster Zukunft • in de naaste toekomstnahe bevorstehen • op handen, op til zijnnahe daran sein, etwas zu tun • op het punt staan iets te doeneiner Sache näher kommen • tot de kern van de zaak komen————————nahe2〈voorzetsel + 3〉 〈 formeel〉1 in de nabijheid van, dicht bij♦voorbeelden:dem Wahnsinn nahe • de waanzin nabij -
15 niederwerfen
niederwerfen♦voorbeelden: -
16 packen
-
17 zusetzen
zusetzen2 aanpakken, aangrijpen♦voorbeelden:2 die Krankheit hat ihm zugesetzt • de ziekte heeft hem aangegrepen, aangepaktII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 toe-, bijvoegen♦voorbeelden:bei einem Geschäft viel Geld zusetzen • op een transactie veel geld toeleggen -
18 überkommen
überkommen2————————überkommen1〈 bijvoeglijk naamwoord〉 〈 formeel〉————————überkommen3〈overgankelijk werkwoord; haben〉1 overvallen ⇒ zich meester maken van, aangrijpen♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
aangrijpen — grabu … Woordenlijst Sranan
Die Tolle Grete — Pieter Bruegel der Ältere, um 1562 Öl auf Holz, 117 cm × 162 cm Museum Mayer v … Deutsch Wikipedia