-
101 to gain currency
ingang vinden -
102 transmission gain
transmissieversterking -
103 vertical gain
verticale versterking -
104 voltage gain
opslingeringspanningsversterking -
105 X gain
X-versterking -
106 Z gain
Z-versterking -
107 admission
-
108 ascendancy
n. overwicht; overhand; dominantascendancy, ascendency[ əsendənsie]♦voorbeelden:1 have/gain (the) ascendancy over • (het) overwicht hebben/behalen op -
109 credit
n. krediet, afbetaling; vertrouwen; recht, voorrecht; waardering; eer; in zijn voordeel--------v. geloven; crediterencredit1[ kreddit]♦voorbeelden:1 krediet3 tegoed ⇒ spaarbanktegoed, positief saldo♦voorbeelden:1 unlimited credit • onbeperkt/blanco kredietbuy on credit • op krediet/afbetaling kopen2 eer ⇒ lof, verdienste3 krediet(waardigheid) ⇒ solventie, goede naam♦voorbeelden:do you give credit to that story? • hecht jij enig geloof aan dat verhaal?lend credit to • bevestigen, geloofwaardig maken2 it does you credit, it is to your credit, it reflects credit on you • het siert je, het strekt je tot eerhe took the credit for it • hij ging met de eer strijkenthey have 30 albums to their credit • ze hebben 30 elpees op hun naamIV 〈 meervoud〉————————credit2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:2 credit an amount to someone/to someone's account, credit someone with an amount • iemand voor een bedrag crediteren -
110 currency
n. valuta; geld; omzet; gewoonte; omloop[ kurrənsie] 〈meervoud: currencies〉2 munt/geldstelsel♦voorbeelden:1 foreign/hard/soft currencies • vreemde/harde/zachte valuta'sthe French currency • de Franse valuta2 gangbaarheid ⇒ geldendheid, courantheid♦voorbeelden: -
111 footing
n. steun, houvast, vaste voet; basis, niveau, sterkte[ foeting] 〈 voornamelijk enkelvoud〉3 voet ⇒ niveau, sterkte4 voet ⇒ verstandhouding, omgang♦voorbeelden:lose one's footing • uit/wegglijdenon the same footing • op gelijke voet -
112 ground
adj. grond-, bodem-; vermalen, verbrijzeld--------n. aarde; grond; terrein; ondergrond; gebied; basis--------v. aan de grond houden; funderen; baseren; beargumenteren; aardenground1[ graund]♦voorbeelden:♦voorbeelden:fall to the ground • falen, in duigen vallentouch ground • vaste grond onder de voeten krijgenrun oneself into the ground • zich uitputtenget off the ground • van de grond/op gang komen3 break (new/fresh) ground • nieuw terrein betreden, pionierswerk verrichtencover much ground • een lange afstand afleggen; veel terrein/onderwerpen bestrijkengive/lose ground • terrein verliezen, wijkenhold/keep/stand one's ground • standhouden, voet bij stuk houdenshift one's ground • van argument/mening veranderenfeel the ground • poolshoogte nemenit suits him down to the ground • dat komt hem uitstekend van pasIV 〈 meervoud〉♦voorbeelden:1 a house standing in its own grounds • een huis, geheel door eigen grond omgeven————————ground2II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 gronden ⇒ baseren, onderbouwen♦voorbeelden:————————ground3→ grind grind/ -
113 hearing
n. gehoor; verhoor[ hiəring]1 gehoor ⇒ hearing, hoorzitting♦voorbeelden:gain/get a hearing with someone • een onderhoud hebben met iemandyou need a second hearing to like this song • dit liedje moet je een tweede keer horen om het te kunnen waarderenhe would not even give us a hearing • hij wilde zelfs niet eens naar ons luisteren1 gehoor♦voorbeelden:2 out of/within hearing (distance) • buiten/binnen gehoorsafstand -
114 livelihood
-
115 living
adj. levend, levens-; actief; vol leven; levendig; draaiend--------n. kost; leven; predikantsplaatsliving1[ livving]♦voorbeelden:it's a living • werk is werk1 leven ⇒ levensonderhoud/stijl————————living22 levendig♦voorbeelden:(with)in living memory • bij mensenheugenis¶ 〈 informeel〉 knock the living daylights out of someone • iemand een ongenadig pak op zijn donder gevenhe's the living image of his father • hij is het evenbeeld van zijn vader→ land land/ -
116 momentum
-
117 supremacy
-
118 time
n. "Time", belangrijk Amerikaans actualiteitenweekblad betreffende politiek, cultuur en sporttime1[ tajm]4 gelegenheid ⇒ moment, ogenblik♦voorbeelden:kill time • de tijd dodenlose no time • geen tijd verliezen, direct doenmake time for something • ergens tijd voor vrijmakentake one's time • zich niet haastentime and (time) again • steeds weer/opnieuwin next to no time • in een mum van tijdI'm working against time • ik moet me (vreselijk) haasten, het is een race tegen de klokfor a time • een tijdjein (less than) no time (at all) • in minder dan geen tijdall the time • de hele tijd, voortdurend; altijddo you have the time? • weet u hoe laat het is?he arrived ahead of time • hij kwam (te) vroegat the time • toen, indertijdshe is often behind time with her payments • ze is vaak te laat/achter met haar betalingenby the time the police arrived, … • tegen de tijd dat/toen de politie arriveerde, …what time is it?, what's the time? • hoe laat is het?time was when Britain ruled the world • eens heerste Engeland over de wereldbe ahead of one's time • zijn tijd vooruit zijnat one time • vroeger, eensbe behind the times • achterlopen, niet meer van deze tijd zijnonce upon a time • er was eens4 have time on one's hands • genoeg/te veel vrije tijd hebbenthere's a time and place for everything • alles op zijn tijdbide one's time • afwachten〈 informeel〉 any time • altijd, om 't even wanneerevery time • elke keer, altijd; steeds/telkens (weer)many times, many a time • vaak, dikwijls5 nine times out of ten • bijna altijd, negen op de tien keertake time by the forelock • de gelegenheid/kans aangrijpenget time and a half for working on Saturdays • anderhalf keer betaald krijgen voor werken op zaterdagI had the time of my life • ik heb ontzettend genotensince time out of mind • sinds onheuglijke tijdenyour time is drawing near • jouw tijd is bijna gekomenhave a time (of it) • het lastig/moeilijk hebbenI have no time for him • ik mag hem niet, ik heb een hekel aan hemlast one's time • zijn tijd wel durenplay for time • tijd rekkenserve one's time • een gevangenisstraf uitzittentime will tell • de tijd zal het uitwijzentime's up! • het is de hoogste tijd!(and) about time too! • (en) het werd ook tijdtime after time • keer op keerat all times • altijd, te allen tijdeone at a time • één tegelijkat the same time • tegelijkertijd; toch, desalnietteminat this time of day • in dit late stadiumat times • somsbetween times • nu en danfor the time being • voorlopigfrom time to time • van tijd tot tijd→ double-quick double-quick/, easy easy/, evil evil/, good good/, hard hard/, heavy heavy/, high high/, own own/, short short/, thin thin/1 maat2 tempo♦voorbeelden:keep time • in de maat blijven, de maat houdenin time • in de maatout of time • uit de maat, vals→ common common/————————time2〈 werkwoord〉2 het juiste moment kiezen voor/om te♦voorbeelden: -
119 upper
adj. bovenste; op hoger liggend gebied, binnenland--------n. pepmiddelupper1[ uppə] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————upper21 hoger ⇒ boven-, opper-2 meer noordelijk/landinwaarts/stroomopwaarts gesitueerd ⇒ hoger gelegen3 belangrijker ⇒ hoger geplaatst, superieur♦voorbeelden:upper lip • bovenlipUpper Chamber • Hogerhuishave/get/gain the upper hand of • de overhand hebben/krijgen/nemen opthe Upper House • het Hogerhuis; Senaat, Eerste Kamer〈 voornamelijk formeel〉 the upper regions • de hogere regionen, de lucht -
120 victory
n. overwinning[ viktrie] 〈meervoud: victories〉♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
gain — [ gɛ̃ ] n. m. • XIIe; de gagner 1 ♦ Littér. Action de gagner. Le gain d une bataille. ⇒ succès, victoire. Le gain d un procès. Cour. Avoir, obtenir gain de cause. Absolt Chances égales de gain et de perte. 2 ♦ Ce qu on gagne; profit, bénéfice… … Encyclopédie Universelle
Gain (electronique) — Gain (électronique) Pour les articles homonymes, voir Gain. En électronique, le gain désigne la capacité d un circuit électronique à augmenter la puissance ou l amplitude d un signal. Le gain se calcule généralement en effectuant le ratio du… … Wikipédia en Français
gain — n 1: an increase in value, capital, or amount compare loss capital gain: a gain realized on the sale or exchange of a capital asset (as a stock or real estate) ca·su·al·ty gain: a gain realized by an insured because property insurance benefits… … Law dictionary
Gain D'antenne — Pour les articles homonymes, voir Gain. Le gain d antenne est le pouvoir d amplification passif d une antenne. C est le rapport entre la puissance rayonnée dans le lobe principal et la puissance rayonnée par une antenne de référence, isotropique… … Wikipédia en Français
gain — GAIN. s. m. Profit, lucre. Grand gain. petit gain. gain mediocre. gain sordide, illicite, deshonneste. travailler pour le gain. faire à moitié de gain. entrer avec quelqu un à moitié de gain & de perte. à perte & à gain. apporter grand gain.… … Dictionnaire de l'Académie française
Gain compression — in an electronic amplifier circuit is a reduction in differential or slope gain caused by nonlinearity of the transfer function of the amplifying device. This nonlinearity may be caused by heat due to power dissipation, or by overdriving the… … Wikipedia
Gain (lasers) — Gain (or amplification) in laser physics is a process, where the medium transfers part of its energy to the emitted electromagnetic radiation, resulting in an increase in laser power. This is basic principle of all lasers.Quantitatively, the… … Wikipedia
Gain — Gain, v. t. [imp. & p. p. {Gained} (g[=a]nd); p. pr. & vb. n. {Gaining}.] [From gain, n. but. prob. influenced by F. gagner to earn, gain, OF. gaaignier to cultivate, OHG. weidin[=o]n, weidinen to pasture, hunt, fr. weida pasturage, G. weide,… … The Collaborative International Dictionary of English
Gain — (g[=a]n), n. [OE. gain, gein, ga[yogh]hen, gain, advantage, Icel. gagn; akin to Sw. gagn, Dan. gavn, cf. Goth. gageigan to gain. The word was prob. influenced by F. gain gain, OF. gaain. Cf. {Gain}, v. t.] 1. That which is gained, obtained, or… … The Collaborative International Dictionary of English
Gain (disambiguation) — Gain may refer to: * Gain, an electronics and signal processing term * Gain (lasers), derivative of the logarithm of power with respect to length of propagation. * Gain (finance) * Gain (information retrieval) * Gain (novel), a novel by American… … Wikipedia
Gain Ground SX — Gain Ground Gain Ground Éditeur Sega Développeur Sega Date de sortie Arcade : 1988 Master System : 1990 Megadrive : 1991 PC Engine : 25 décembre 1992 (Japon) … Wikipédia en Français