-
1 darkness
n. donker, duisternis[ da:knəs]♦voorbeelden: -
2 darkness sank quickly
-
3 darkness settled on the town
-
4 our eyes couldn't penetrate the darkness
English-Dutch dictionary > our eyes couldn't penetrate the darkness
-
5 powers of darkness
-
6 the powers of darkness
-
7 under the cloak of darkness
under the cloak of darkness -
8 Prince of Darkness
de duivel, prins van de duisternis, de satan -
9 complete darkness
volkomen donker -
10 impenetrable darkness
ondoordringbaar donker,volkomen donker -
11 light out of darkness
licht in het donker (er is altijd hoop) -
12 pitch darkness
algehele duisternis -
13 utter darkness
uiterste duisternis -
14 cloak
n. keep; lange mantel; gecamoufleerd--------v. bedekken, overdekkencloak1[ klook] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 omhulling ⇒ bedekking, laag♦voorbeelden:————————cloak2〈 werkwoord〉2 verhullen ⇒ omhullen, verbergen, vermommen♦voorbeelden: -
15 penetrate
v. doordringen, binnendringen; begrijpen, door hebben[ pennitreet]1 doordringen ⇒ penetreren; begrepen/gesnapt worden♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 doordringen ⇒ (door)dringen (tot) in, dringen door; (ver)vullen2 doorgronden ⇒ door/uitvorsen, vatten, penetreren♦voorbeelden: -
16 pitch-dark
-
17 power
adj. gemotoriseerd, bekrachtiging--------n. kracht; vermogen; capaciteit; mogendheid; macht (in wiskunde), electriciteitscapaciteit--------v. energie leveren (aan, voor); aandrijvenpower1[ pauə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 gave ⇒ talent, aanleg2 macht ⇒ vermogen, mogelijkheid4 invloed ⇒ macht, controle5 (vol)macht ⇒ recht, bevoegdheid6 invloedrijk iemand/iets ⇒ mogendheid, autoriteit8 (drijf)kracht ⇒ (elektrische) energie, stroom♦voorbeelden:come in/into power • aan het bewind/de macht komen6 the Great Powers • de grootmachten, de grote mogendhedenunder one's own power • op eigen kracht10 to the power (of) • tot de … macht〈 informeel〉 more power to your elbow • veel geluk, succes————————power2〈 werkwoord〉1 aandrijven ⇒ van energie voorzien, voeden -
18 settle
n. een bank met hoge leuning--------v. regelen; bijleggen; regeling treffen; bevolken; vaststellen; betalen; vestigen, koloniseren; wonen; (be)landensettle1[ setl] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————settle21 gaan zitten ⇒ zich neerzetten, neerstrijken♦voorbeelden:darkness settled on the town • duisternis daalde neer op de stadsettle back in a chair • gemakkelijk gaan zitten in een stoelwe haven't yet settled in • we zijn nog niet op ordesettle for something • genoegen nemen met ietssettle into new surroundings • wennen aan een nieuwe omgevingsettle (down) to something • zich ergens op concentreren, zich ergens toe zetten→ settle down settle down/♦voorbeelden:settle with someone • rekening/schulden betalen aan iemand→ settle down settle down/2 vestigen 〈 in woonplaats, maatschappij〉 ⇒ 〈 bij uitbreiding〉 aan een goede baan helpen, aan de man/vrouw brengen7 schikken ⇒ bijleggen, tot een schikking komen8 〈 informeel〉 afrekenen met 〈 alleen figuurlijk〉 ⇒ tot zwijgen brengen, doen ophouden; betaald zetten♦voorbeelden:4 she settled her mother among the pillows • zij legde haar moeder comfortabel neer tussen de kussensshe settled herself in the chair • zij nestelde zich in haar stoel6 that settles it! • dat doet de deur dicht!settle into • zich thuis doen voelen insettle on • vastzetten op -
19 sink
n. gootsteen; plaats waar leden van onderwereld samenkomen--------v. verzinken, zinken, ondergaan; tot zinken brengen; vallen; parachuutspringen; indringen; van honger omkomensink1[ singk] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 wasbak♦voorbeelden:————————sink21 (weg)zinken ⇒ (weg)zakken, verzakken3 afnemen ⇒ verflauwen, verdwijnen♦voorbeelden:sunken road • verzakte/holle wegsink to the ground • op de grond neerzijgenhis voice sank to a whisper • zijn stem daalde tot op fluisterniveausink in one's estimation • in iemands achting dalen5 his words will sink in • zijn woorden zullen inslaan/doordringenthe news finally sank into his mind • het nieuws drong eindelijk tot hem doorII 〈 overgankelijk werkwoord〉4 (bal) in gat/korf krijgen 〈 golf, basketbal enz.〉♦voorbeelden:sink one's head into one's hands • zijn hoofd in zijn handen laten zakkensink a pole into the ground • een paal de grond in drijvenbe sunk • reddeloos verloren zijn
См. также в других словарях:
Darkness — Dark ness, n. 1. The absence of light; blackness; obscurity; gloom. [1913 Webster] And darkness was upon the face of the deep. Gen. i. 2. [1913 Webster] 2. A state of privacy; secrecy. [1913 Webster] What I tell you in darkness, that speak ye in… … The Collaborative International Dictionary of English
Darkness — Saltar a navegación, búsqueda Darkness Collage con fotos y boletas de Darkness Información personal Origen … Wikipedia Español
Darkness — bezeichnet eine amerikanische Comicserie aus dem Verlag Image, siehe The Darkness (Comic) ein auf diesen Comic basierendes Videospiel, siehe The Darkness (Computerspiel) ein Eurodance Projekt, initiiert von Bülent Aris und Toni Cottura, siehe… … Deutsch Wikipedia
darkness — [n1] place, time that is unlit black, blackness, blackout, brownout, calignosity, Cimmerian shade, cloudiness, crepuscule, dark, dimness, dusk, duskiness, eclipse, gloom, lightlessness, murk, murkiness, nightfall, obscurity, pitch darkness, shade … New thesaurus
Darkness, I — (1994) is the third and final novel in The Blood Opera Sequence by Tanith Lee … Wikipedia
darkness — index ignorance, nescience, obscuration, opacity Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
darkness — O.E. deorcnysse, from DARK (Cf. dark) + NESS (Cf. ness). Figurative use is recorded from mid 14c … Etymology dictionary
Darkness — Dark redirects here. For other uses, see Dark (disambiguation). This article is about the absence of light. For other uses, see Darkness (disambiguation). Light shining on a part of a bush. Where light is not reflected, there is darkness.… … Wikipedia
darkness — noun ADJECTIVE ▪ complete, pitch, total, utter ▪ The building was in pitch darkness. ▪ deep, inky ▪ … Collocations dictionary
Darkness — (Roget s Thesaurus) < N PARAG:Darkness >N GRP: N 1 Sgm: N 1 darkness darkness &c. >Adj. Sgm: N 1 blackness blackness &c.(dark color) 431 Sgm: N 1 obscurity obscurity gloom murk Sgm: N 1 dusk dusk … English dictionary for students
Darkness — The plague (the ninth) of darkness in Egypt (Ex. 10:21) is described as darkness which may be felt. It covered all the land of Egypt, so that they saw not one another. It did not extend to the land of Goshen (ver. 23). When Jesus hung upon… … Easton's Bible Dictionary