-
81 чёрным по белому
adjgener. zwart op wit -
82 (it is written down) in black and white
English-Dutch dictionary > (it is written down) in black and white
-
83 Belorussia
n. republiek in Oost Europa, vroeger onderdeel van Sovjet republiek die onafhankelijkheid kreeg in 1991[ belloorusjə] -
84 V
-
85 Whit
-
86 a book interleaved with white pages
a book interleaved with white pagesEnglish-Dutch dictionary > a book interleaved with white pages
-
87 albumen
-
88 be green about the gills
er ziek uitzien, wit om de neus zijn -
89 black-and-white television
-
90 black-and-white
black-and-white♦voorbeelden: -
91 blench
v. ineenkrimpen, terugdeinzen[ blentsj] -
92 blue peter
n. blauwe vertrekvlag met wit blok in het midden (schepen maken er gebruik van om aan te geven dat ze klaar zijn om te varen)〈 voornamelijk zeilsport〉start/vertrek/afvaartvlag -
93 briar
n. een pijp gemaakt uit de wortel van heidekruid--------n. wilde roos; wit heidekruid; pijp van de wortel ervanbriar, brier[ brajjə]3 → brier rose brier rose/ -
94 butter up
-
95 cartridge paper
-
96 complementary colours
-
97 complementary
adj. complementair, aanvullend[ komplimmentrie]♦voorbeelden:complementary characters • elkaar aanvullende karakters -
98 do
n. feest; doen (grammatika, gebiedende wijs), bedrog--------v. doen; voldoende zijn; klaarkomen; spelen; voor de gek houdendo1[ doe:] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: ook do's〉♦voorbeelden:→ fair fair/————————do21 doen ⇒ handelen, zich gedragen4 klaar zijn ⇒ opgehouden zijn/hebben5 geschikt/bruikbaar zijn ⇒ voldoen, volstaan♦voorbeelden:1 don't! • niet doen!, schei uit!he did well to refuse that offer • hij deed er goed aan dat aanbod te weigerenshe was hard done by • zij was oneerlijk behandelddo well/badly by someone • iemand goed/slecht behandelendo as you would be done by • wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet〈 spreekwoord〉 do as you would be done by • wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander nietdo as you please • doe wat je wilt2 how do you do • aangenaam, hoe maakt u hetbusiness is doing well • de zaken gaan goedhe is doing well • het gaat goed met hemdo well out of selling souvenirs • aardig profiteren van het verkopen van souvenirs〈 informeel〉 he made a pass at her, but nothing doing • hij probeerde haar te versieren, maar geen kanswhat's doing in London? • wat is er in Londen te doen?4 have done! • schei uit!Jack had done with eating • Jack was klaar met etenhave done with it • er de brui aan gegeven hebbenthe dress must be made to do for a while yet • deze jurk moet nog een poosje meegaanit doesn't do to worry like that • het haalt niets uit je zo'n zorgen te makenit doesn't do to say such things • zoiets hoor je niet te zeggennothing doing • het haalt niets uitthat will do! • en nou is 't uit!it will do tomorrow, tomorrow will do • morgen kan ook nog/is het ook goedJoan will do as my helper • Joan kan ik als mijn helper gebruikenthat coat will do as/for a blanket • die jas kan (wel) als deken dienenthat will do for me • dat is wel genoeg voor mijdo well/badly for something • goed/slecht voorzien zijn van ietshe can (make) do with very little food • hij heeft maar weinig eten nodigthey'll have to do with what they've got • ze zullen het moeten doen met wat ze hebbenI can't do without music • ik kan niet zonder muziek〈 informeel〉 do away with • wegdoen/gooien, een eind maken aan; afschaffen 〈 doodstraf, instituut e.d.〉〈 informeel〉 do away with someone • iemand uit de weg ruimen, iemand afmakenhow does this jacket do up? • hoe gaat dit jasje dicht?〈Brits-Engels; informeel〉 do for someone • het huishouden doen voor iemand, werkster zijn bij iemand〈 informeel〉 I'm done for • ik ben er geweest, het is met mij gedaan〈 informeel〉 what will we do for water? • hoe komen we aan water?I could do with a few quid • ik zou best een paar pond kunnen gebruikenit's got nothing to do with you • jij staat erbuitenII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 bezig zijn met 〈iets concreets/bestaands〉 ⇒ doen; opknappen, in orde brengen, herstellen; oplossen 〈puzzels e.d.〉; studeren 〈enz.〉3 maken ⇒ doen ontstaan/worden4 (aan)doen ⇒ geven, veroorzaken11 handelen in ⇒ verkopen, hebben♦voorbeelden:do one's best • zijn best doendo business with • zaken doen metdo a concert • een concert gevendo a dance • een dans uitvoerendo exams • examens afleggen/doendo hard work • hard werkendo some skiing • een beetje skiënhe did all the talking at the meeting • hij voerde steeds het woord op de vergaderingif you want to go, do it now • als je wilt gaan, doe het dan nuit isn't done • zoiets doet men nietit does something for/to me • het doet me wat, het geeft me een kickthat embroidered M does something for/to your dress • die geborduurde M geeft je jurk net dat beetje extrawhat can I do for you? • wat kan ik voor je doen?; 〈 in winkel〉wat mag het zijn?well done! • goed zo!, knap gedaan!2 I still have to do the bedroom/dishes • ik moet de slaapkamer/vaat nog doendo a degree • studeren voor een (universitaire) graaddo one's duty • zijn plicht doendo one's face • zijn gezicht/zich opmakendo psychology • psychologie studerenthey did the dining room in blue and white • zij hebben de eetkamer in blauw en wit ingerichtdo his service • in dienst zijnhave one's teeth done • zijn tanden laten nakijken/behandelendo the windows • de ramen lappendo out • grondig onder handen nemen/schoonmaken/opruimendo a room over • de kamer weer eens opknappendo up the kitchen • de keuken opknappendo up (in) a parcel • een pakje maken (van)do a house up • een huis renoveren/restaurerenshe did her hair up • ze stak haar haar opdo oneself up • zich opmaken, zich opdoffendo an omelette • een omelet bakkendo a story • een verhaal schrijvendo a translation • een vertaling makendo wonders • wonderen verrichtendo someone a favour • iemand een dienst bewijzenit does me good • het doet me goed〈 ironisch〉 much good may it do you! • veel geluk ermee!it does one no harm • het kan geen kwaadthe girls were really done • de meisjes waren bekafdone in • bekaf, afgepeigerdget done with something • iets afmakenthe potatoes aren't done yet • de aardappelen zijn nog niet gaarhow do you want your steak done? • hoe wil jij je biefstuk?he did the villain • hij speelde de schurkenrol8 do 50 mph. • 80 km/uur rijden9 do Europe in five days • Europa bezoeken/doen in vijf dagendo someone for \\td100 • iemand voor honderd dollar afzettendo a child out of its prize • een kind zijn prijs afhandig makenwe do only B\\teB • we hebben enkel kamer met ontbijtdo a place over • een woning plunderen¶ that's done it! • gelukt!; nou is 't uit/naar de knoppenthat does it! • dat doet de deur dicht!I've done it again • ik heb het weer verknoeid/verknaldthat does me • daar kan ik (met m'n pet) niet bija boiled egg will do me • ik heb genoeg aan een gekookt eiwhat are you doing with yourself? • wat voer je tegenwoordig uit?they did not know what to do with themselves • ze verveelden zichif you don't stop now, I'll do you! • als je nu niet ophoudt, doe ik je wat!/dan zal ik je!do someone/something down • iemand/iets kleinerendo someone down • iemand beduvelen/belazerenover and done with • voltooid verleden tijddo up a zip/a coat • een rits/jas dichtdoenwould you do me up please • wil jij mijn rits even voor me dicht doenIII 〈 hulpwerkwoord〉1 〈om inversie en ontkenning mogelijk te maken; onvertaald〉3 〈om nadruk mogelijk te maken; voornamelijk te vertalen door een bijwoord〉♦voorbeelden:1 do you know him? • ken je hem?I don't know him • ik ken hem niet2 he laughed and so did she • hij lachte, en zij (lachte/deed dat) ookI treat my friends as he does his enemies: badly • ik behandel mijn vrienden zoals hij zijn vijanden: slechthe worked harder than he'd ever done before • hij werkte harder dan (hij vroeger) ooit (gedaan had)‘I take it it's true’ ‘So do I/But I don't’ • ‘Ik neem aan dat het waar is’ ‘Ik ook/Ik niet’he writes well, doesn't he? • hij schrijft goed, niet (waar)?/vind je niet?‘Did you see it?’ ‘I did/I didn't’ • ‘Heb jij het gezien?’ ‘Ja/Neen’‘He sold his car’ ‘Did he?’ • ‘Hij heeft zijn auto verkocht’ ‘Echt (waar)?’〈 informeel〉 they behave strangely, do women • ze doen rare dingen, de vrouwenI do love you • ik hou echt van jedo come in! • kom toch binnen! -
99 draw a blank
v. afgaan, niet slagen; een wit briefje bij de trekking trekken -
100 etiolate
v. wit maken (planten, d.m.v. tegenhouden van zonnestraling)[ ie:tiəleet] 〈zelfstandig naamwoord: etiolation〉
См. также в других словарях:
Wit — Wit, n. [AS. witt, wit; akin to OFries. wit, G. witz, OHG. wizz[=i], Icel. vit, Dan. vid, Sw. vett. [root]133. See {Wit}, v.] [1913 Webster] 1. Mind; intellect; understanding; sense. [1913 Webster] Who knew the wit of the Lord? or who was his… … The Collaborative International Dictionary of English
Wit — is a form of intellectual humour. A wit (person) is someone skilled in making witty remarks. Forms of wit include: the quip and the repartee. Forms of wit As in the wit of Parker s set, the Algonquin Round Table, witty remarks may be… … Wikipedia
wit — [wıt] n ▬▬▬▬▬▬▬ 1¦(amusing)¦ 2¦(amusing person)¦ 3 wits 4 frighten/scare/terrify somebody out of their wits 5 gather/collect/recover etc your wits 6 pit your wits against somebody 7 be at your wits end 8 have the wit to do something 9 not be… … Dictionary of contemporary English
wit — n 1 intelligence, brain, *mind, intellect, soul, psyche Analogous words: *reason, understanding, intuition: comprehension, apprehension (see under APPREHEND): sagaciousness or sagacity, perspicaciousness or perspicacity (see corresponding… … New Dictionary of Synonyms
wit — [ wıt ] noun * 1. ) singular or uncount the ability to use words in a clever way to make people laugh: He is a man of great wit, sensitivity, and passion. a dry/biting/acerbic/caustic wit (=the tendency to say clever and slightly cruel things):… … Usage of the words and phrases in modern English
WIT — steht für: Wit, ein Fluss in Bulgarien Wit ist der Name folgender Personen: Antoni Wit (* 1944), polnischer Dirigent Piet de Wit (Radsportler) (* 1946), niederländischer Radrennfahrer Piet de Wit (Unternehmer) (1869–1947), niederländischer… … Deutsch Wikipedia
wit — wit1 [wit] n. [ME < OE, akin to Ger witz: for IE base see WISE1] 1. Obs. the mind 2. [pl.] a) powers of thinking and reasoning; intellectual and perceptive powers b) mental faculties with respect to their state of balance, esp. in their normal … English World dictionary
Wit — (w[i^]t), v. t. & i. [inf. (To) {Wit}; pres. sing. {Wot}; pl. {Wite}; imp. {Wist(e)}; p. p. {Wist}; p. pr. & vb. n. {Wit(t)ing}. See the Note below.] [OE. witen, pres. ich wot, wat, I know (wot), imp. wiste, AS. witan, pres. w[=a]t, imp. wiste,… … The Collaborative International Dictionary of English
Wit — (w[i^]t), v. t. & i. [inf. (To) {Wit}; pres. sing. {Wot}; pl. {Wite}; imp. {Wist(e)}; p. p. {Wist}; p. pr. & vb. n. {Wit(t)ing}. See the Note below.] [OE. witen, pres. ich wot, wat, I know (wot), imp. wiste, AS. witan, pres. w[=a]t, imp. wiste,… … The Collaborative International Dictionary of English
WIT — is:* The ticker symbol for Wipro Technologies, India.* The timezone Waktu Indonesia Timur, covering eastern IndonesiaPerformance groups abbreviated WIT:* Washington Improv Theater of Washington, DC, USA. * Wellington Improvisation Troupe in… … Wikipedia
Wit — (logiciel) wit est un logiciel libre écrit en Python fournissant une interface Web pour le système de gestion de versions git. Voir aussi gitweb écrit en Perl git php écrit en PHP Liens externes Wit au travail (sources du noyau Linux) Ce document … Wikipédia en Français