-
1 étourdir
étourdir [eetoerdier]1 verdoven ⇒ bedwelmen, doen duizelen♦voorbeelden:1 verdoofd, bedwelmd raken♦voorbeelden:v -
2 abasourdir
-
3 anesthésier
-
4 engourdir
engourdir [ãgoerdier]1 gevoelloos maken ⇒ verlammen, stijf maken, verkleumen2 traag maken ⇒ verdoven, versuft maken♦voorbeelden:2 traag worden ⇒ verdoofd raken, verslappenv1) gevoelloos maken, verlammen2) verdoven -
5 assourdir
-
6 endormir
-
7 stupéfier
stupéfier [stuupeefjee]〈 werkwoord〉1 verbluffen ⇒ versteld, verstomd doen staanv1) verbluffen, verstomd doen staan2) verdoven -
8 assoupir
assoupir [aasoepier]2 verdoven ⇒ verzachten, bedaren, sussen1 insluimeren ⇒ indutten, indommelen2 verdoofd worden ⇒ verzacht, gekalmeerd worden -
9 chloroformer
chloroformer [klorrofformee]〈 werkwoord〉 -
10 éthériser
-
11 insensibiliser
insensibiliser [ẽsãsiebieliezee]1 (lokaal) verdoven ⇒ gevoelloos maken, onder narcose brengen
Перевод: с французского на нидерландский
с нидерландского на французский- С нидерландского на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский