-
1 bulbe
-
2 renflement
-
3 уплотнение
-
4 утолщение
-
5 condensation
n. condensatie; verdikking, concentratie[ kondenseesjn] -
6 ganglion
n. ganglion, zenuwknoop, verdikking i.h. verloop v.e. zenuw, uit zenuwcellen en -vezels bestaand -
7 knot
n. knoop ; kwastknoop; contact; uitstulping; groep; ingewikkeld probleem; zee-knoop (komt overeen met 6076 voet)--------v. knopen; verbinden; verwikkelen; in de knoop rakenknot1[ not] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:¶ get tied (up) into knots (over) • van de kook/de kluts kwijt raken (van/over)→ Gordian knot Gordian knot/————————knot2〈 knotted〉II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (vast)knopen ⇒ (vast)binden, een knoop leggen in2 dichtknopen/binden -
8 thickener
-
9 fulling
adj. m.b.t. schoonmaakprocesen verdikking van stof en het compact maken in een molen -
10 leontiasis
n. leontiasis (knobbelachtige verdikking v.d. weke delen v.h. aangezicht, zodat dit op een leeuwenkop lijkt, voorkomend bij lepra tuberosa) -
11 phymatic
adj. van gezwel, uitwas, verdikking -
12 placode
n. verdikking van embryoweefsel, fase bij ontstaan van embryo -
13 porosis
n. plaatselijk verdikking der hoornlaag v.d. opperhuid -
14 sclerema
n. Ziekelijke verharding en verdikking van de huid -
15 slub
n. vezel geproduceerd door voorspinnen, onregelmatigheid in garen, verdikking of bobbel in garen -
16 struma
n. soort ziekte waarin een gedeelte van de kin uitsteekt door gebrek aan jodium in het lichaam, klierziekte; halskliergezwel; verdikking -
17 épaississement
-
18 Butzenscheibe
-
19 Wulst
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский