-
1 de aanmaak/groei van weefsel
de aanmaak/groei van weefselthe formation/growth of tissue, histogenesisVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de aanmaak/groei van weefsel
-
2 weefsel
2 [ook in samenstellingen; biologie] tissue, web 〈 ook figuurlijk〉♦voorbeelden:1 katoenen/linnen weefsels • cotton/linen fabricskunststof weefsels • synthetic fabrics2 de aanmaak/groei van weefsel • the formation/growth of tissue, histogenesiseen weefsel van leugen en bedrog • a tissue/web of lies and deceitorganisch weefsel • organic tissue -
3 een weefsel van leugen en bedrog
een weefsel van leugen en bedroga tissue/web of lies and deceitVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een weefsel van leugen en bedrog
-
4 vezel
♦voorbeelden:ruwe/onverteerbare vezels • cellulose, indigestible fibre -
5 kant
1 [weefsel] lace4 [grensvlak van een lichaam] side ⇒ face, surface, 〈 figuurlijk〉 aspect, 〈 figuurlijk〉 facet, 〈 figuurlijk〉 angle, 〈 figuurlijk〉 view6 [plaats waar twee vlakken samenkomen] edge7 [richting] way, direction8 [plaatsbepaling met betrekking tot een scheidslijn; helft van het lichaam] side9 [deel/uiteinde van een gebied/lichaam] side, end10 [partij, kamp] side, part(y)♦voorbeelden:gekloste kant • bobbin laceopengewerkte kant • openwork laceaan de kant ! • step aside!aan de kant gaan rijden • pull inaan de kant gaan staan • stand/step asidezijn auto aan de kant zetten • pull up/over〈 figuurlijk〉 iemand aan de kant zetten • push someone out; 〈 informeel〉 give someone the push/shoveaan de kant van de weg • at the side of the road, by the roadsidelangs de kant blijven staan • stay on the sideline(s)het schip ligt aan/voor de kant • the ship is moored/berthednaar de kant komen • swim ashoreop de kant klimmen • climb ashoreiemand van de kant afduwen • push someone inzich van zijn goede kant laten zien • show one's good sidede goede kant van een zaak • the positive side of somethingiemands sterke/zwakke kanten • someone's strong/weak pointsde vlakke kant van een plank • the face of a plank〈 figuurlijk〉 aan de ene kant wel, aan de andere kant niet • on the one hand yes, on the other (hand), no; yes and nodeze kant boven • this side upiets op zijn kant zetten • put something on its sidehet gaat met hem de verkeerde kant op • he's going to the bad; 〈 bij ziekte〉 he's taken a turn for the worsedeze kant op, alstublieft • this way, pleasedat is de kant van Haarlem op • that's out towards Haarlem, that's out Haarlem wayvan alle kanten • left and right, on all sidesgeen kant meer op kunnen • have nowhere (left) to goik sta aan jouw kant • I'm on your sideiemand aan zijn kant krijgen • win someone over to one's sidevan die kant hebben we niets te vrezen • we have nothing to fear from that quarterde liefde kan niet van één kant komen • love must be a two-sided affairdat hoor je van alle kanten • that's what you hear on all sideswantrouwen van de kant van de bevolking • distrust on the part of the public11 familie van vaders/moeders kant • relatives on one's father's/mother's sidehij is aan de kleine kant • he is on the short sidevan de verkeerde kant zijn • be of the other persuasionwij van onze kant • (we) for our partiets aan kant maken • tidy something upiets niet over zijn kant laten gaan • not take something (lying down)zich/iemand van kant maken • do oneself/someone in, do away with oneself/someone〈 informeel〉 dat klopt van geen kanten • that's all/completely wrong -
6 zijde
1 [grenslijn/vlak, kant] side2 [het boven- en ondervlak van een plat lichaam] side4 [figuurlijk] [partij] side5 [met betrekking tot een plaats/richting] side6 [spinsel van de zijderups, gesponnen draden, weefsel] silk♦voorbeelden:iemand in de zij stompen • punch someone in the sideop zijn andere zijde gaan liggen • turn overhij week niet van mijn zijde • he didn't leave my sideaan beide zijden is schuld • both sides are to blamevan vaders zijde • from one's father's sidevan officiële zijde • from an official sourceaan deze zijde van het kanaal • (on) this side of the channeliets van alle zijden bekijken • look at something from all sides/angles -
7 stof
I 〈 het〉1 [deeltjes in de lucht] dust2 [stuivende vorm van een materie] dust3 [droog zand] dust♦voorbeelden:neerslag van radioactief stof • radioactive falloutstof afnemen • dust〈 figuurlijk〉 veel stof doen opwaaien • kick up/raise dust2 〈 religie〉 van stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren • dust thou art, and unto dust shalt thou returnin het stof bijten • bite the dustiemand in het stof doen bijten • make someone grovel, make someone eat dirtII 〈de〉♦voorbeelden:1 gevaarlijke stoffen • hazardous materials, harmful substancesorganische/vergiftige/kneedbare stoffen • organic/poisonous/malleable substances2 een lap stof • a piece of material/clothlichte/grove/katoenen stoffen • light/coarse/cotton fabricsstof tot nadenken hebben • have food for thoughter was genoeg stof tot praten • there was enough to talk aboutstof voor een roman • material for a novel -
8 zelfkant
1 [zijkant van een weefsel] selvedge, selvage♦voorbeelden:aan de zelfkant van de maatschappij leven • live on the fringe(s) of society -
9 gaas
♦voorbeelden:1 fijn/grof gaas • fine-meshed/large-meshed gauze -
10 band
band1I 〈de〉2 [ring om een wiel] tyre3 [magneetband] tape4 [transportband] conveyor (belt)8 [wat rondom iets wordt bevestigd] band♦voorbeelden:2 een lekke band • a flat tyre, a punctureiets op de band opnemen • tape somethingaan de band staan • work on the assembly linenauwe banden met het moederland onderhouden • maintain strong ties with one's mother countryde banden der vriendschap aanhalen • tighten the bonds of friendshipgeen enkele band meer hebben met zijn familie • have severed all connections with one's familyde banden verbreken • sever the ties¶ aan de lopende band doelpunten scoren/rotopmerkingen maken • pile on scores, make scathing remarks all the timeiemand aan banden leggen • restrain someonedoor de band • on averageuit de band springen • get out of handII 〈 het〉————————band2〈de〉 〈 Engels〉 -
11 gezwel
1 [plaatselijke ziekelijke opzetting] swelling♦voorbeelden:een kwaadaardig gezwel • a malignant tumour -
12 lint
♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 door het lint gaan • blow one's top, fly off the handle -
13 net
net1〈 het〉2 [elkaar snijdende zaken] network ⇒ system, 〈 communicatie ook〉 net, mains 〈 elektrisch〉, grid 〈 gas, elektriciteit〉3 [televisiezenders] channel♦voorbeelden:netten breien/knopen • make netseen net spannen • spread a net〈 figuurlijk〉 achter het net vissen • miss out, miss the boatde koffer in het net leggen • put the suitcase in the rack〈 figuurlijk〉 iemand in zijn netten verstrikken • (en)trap/ensnare someonehet elektrische net • the (electric) mains3 het eerste/tweede net • channel one/two————————net24 [hygiënisch] clean5 [ethisch zuiver] decent♦voorbeelden:1 een nette stapel • a neat/tidy pileiets in het net schrijven/uitwerken • copy out something3 een nette buurt • a respectable/genteel neighbourhoodnette mensen • respectable/decent people‘copuleren’ is een net woord voor ‘neuken’ • ‘copulate’ is a polite word for ‘fuck’II 〈 bijwoord〉2 [pas; precies als] just♦voorbeelden:1 net goed • serves you/him/her/them right〈 ironisch〉 dat kun je net denken • you've got another thing coming, not likelyzij ging net vertrekken • she was about to leavenet iets voor hem • 〈 net wat hij zoekt〉 just the thing for him; 〈 kenmerkend voor hem〉 just like him, him all overnet wat ik dacht • just as I thoughtdat is net wat ik nodig heb • that's exactly what I need; 〈 ook ironisch〉 that's just what I need; 〈 ironisch〉 that's all I neednet wat je zegt! • just as you say!, right you are!maar net een voldoende halen • just pass, scrape throughdat was maar net aan • that was a narrow escape/close call, that was touch and gonet mis • a near miss/thingik weet het nog zo net niet • I'm not so surehet nog net halen • squeak through/byik weet het net zo min als jij • your guess is as good as minewij zijn net zo min tevreden • we aren't satisfied eitherze zeurden net zo lang tot hij meeging • they nagged him into coming alongze is net zo goed als hij • she's every bit as good as he isze hebben net zo goed een medaille verdiend • they are just as worthy of a medalde een net zoveel geven als de ander • give one just as much as the otherhet is net alsof je het leuk vindt • it's (almost) as if you think it's funnydat is het hem nou net • that's just it, there's the rubzo is het maar net • right you are!, just as you say!dan heb ik net zo lief dat je weg gaat • in that case I'd just as soon you leftje moet net doen alsof • you must pretendhet begint net zo gezellig te worden • the fun is just startingwe hadden net zo goed niets kunnen doen • we might just as well have done nothingwe kwamen net te laat • we came just too latehij is net zijn vader • he's the spitting image of his fatherik heb dat gisteren net schoongemaakt • I cleaned that only yesterdaywij zijn net thuis • we've (only) just come homewe waren er nog maar net, toen … • we had hardly arrived when …net of hij zo'n beste is • as if he's so great3 kun je dat niet netter zeggen? • can't you put that more politely? -
14 paardenhaar
-
15 visgraat
1 [been van vissen] fish bone2 [visgraatdessin] herringbone3 [weefsel, kledingstuk] herringbone (cloth)
См. также в других словарях:
Bart De Wever — Pour les articles homonymes, voir De Wever. Bart De Wever Bart De Wever (2009) … Wikipédia en Français