-
21 op een onchristelijk tijdstip thuiskomen
op een onchristelijk tijdstip thuiskomenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op een onchristelijk tijdstip thuiskomen
-
22 op het tijdstip waarop
op het tijdstip waaropVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op het tijdstip waarop
-
23 point of time
tijdstip -
24 billing date
tijdstip waarop rekening wordt ingediend (de datum waarop rekening wordt opgemaakt of bekend gemaakt) -
25 loan maturity
tijdstip waarop lening afbetaald moet worden -
26 time of withdrawal
tijdstip van terugtrekking -
27 время вступления в силу
Русско-голландский словарь коммерческих терминов > время вступления в силу
-
28 время доставки
Русско-голландский словарь коммерческих терминов > время доставки
-
29 время вступления в силу
Русско-голландский словарь коммерческих терминов > время вступления в силу
-
30 время доставки
Русско-голландский словарь коммерческих терминов > время доставки
-
31 hour
n. uur; tijdstip[ auə]1 uur♦voorbeelden:after hours • na sluitings/kantoortijdfor hours • urenlangon the hour • op het hele uurout of hours • buiten de normale uren/kantoorurenat all hours • de gehele tijd, voortdurendtill all hours • tot diep in de nachtat the eleventh hour • ter elfder ure2 the hour has come • de tijd is gekomen, het is zover -
32 late
adj. laat, late; verlaat; laatste, nieuwe; de zojuist overledene; vroeger--------adv. laat; te laat; tot een laat uur; tot een later tijdstip; laatst; tot nu toelate11 te laat ⇒ verlaat, vertraagd3 recent ⇒ van de laatste tijd, nieuw♦voorbeelden:at a late hour • laat (op de dag), diep in de nachtkeep late hours • het (altijd) laat makenin the late thirties • aan het eind van de jaren dertigat the latest • uiterlijk, op zijn laatst3 the late developments • de recente/jongste ontwikkelingenher latest novel • haar nieuwste/laatst verschenen boekthe latest about the war • het laatste nieuws over de oorlog————————late2〈bijwoord; later, ook last〉1 te laat ⇒ verlaat, vertraagd2 laat ⇒ op een laat tijdstip, gevorderd♦voorbeelden:as late as the twentieth century • nog tot in de twintigste eeuw¶ of late • onlangs, kort geleden -
33 time
n. "Time", belangrijk Amerikaans actualiteitenweekblad betreffende politiek, cultuur en sporttime1[ tajm]4 gelegenheid ⇒ moment, ogenblik♦voorbeelden:kill time • de tijd dodenlose no time • geen tijd verliezen, direct doenmake time for something • ergens tijd voor vrijmakentake one's time • zich niet haastentime and (time) again • steeds weer/opnieuwin next to no time • in een mum van tijdI'm working against time • ik moet me (vreselijk) haasten, het is een race tegen de klokfor a time • een tijdjein (less than) no time (at all) • in minder dan geen tijdall the time • de hele tijd, voortdurend; altijddo you have the time? • weet u hoe laat het is?he arrived ahead of time • hij kwam (te) vroegat the time • toen, indertijdshe is often behind time with her payments • ze is vaak te laat/achter met haar betalingenby the time the police arrived, … • tegen de tijd dat/toen de politie arriveerde, …what time is it?, what's the time? • hoe laat is het?time was when Britain ruled the world • eens heerste Engeland over de wereldbe ahead of one's time • zijn tijd vooruit zijnat one time • vroeger, eensbe behind the times • achterlopen, niet meer van deze tijd zijnonce upon a time • er was eens4 have time on one's hands • genoeg/te veel vrije tijd hebbenthere's a time and place for everything • alles op zijn tijdbide one's time • afwachten〈 informeel〉 any time • altijd, om 't even wanneerevery time • elke keer, altijd; steeds/telkens (weer)many times, many a time • vaak, dikwijls5 nine times out of ten • bijna altijd, negen op de tien keertake time by the forelock • de gelegenheid/kans aangrijpenget time and a half for working on Saturdays • anderhalf keer betaald krijgen voor werken op zaterdagI had the time of my life • ik heb ontzettend genotensince time out of mind • sinds onheuglijke tijdenyour time is drawing near • jouw tijd is bijna gekomenhave a time (of it) • het lastig/moeilijk hebbenI have no time for him • ik mag hem niet, ik heb een hekel aan hemlast one's time • zijn tijd wel durenplay for time • tijd rekkenserve one's time • een gevangenisstraf uitzittentime will tell • de tijd zal het uitwijzentime's up! • het is de hoogste tijd!(and) about time too! • (en) het werd ook tijdtime after time • keer op keerat all times • altijd, te allen tijdeone at a time • één tegelijkat the same time • tegelijkertijd; toch, desalnietteminat this time of day • in dit late stadiumat times • somsbetween times • nu en danfor the time being • voorlopigfrom time to time • van tijd tot tijd→ double-quick double-quick/, easy easy/, evil evil/, good good/, hard hard/, heavy heavy/, high high/, own own/, short short/, thin thin/1 maat2 tempo♦voorbeelden:keep time • in de maat blijven, de maat houdenin time • in de maatout of time • uit de maat, vals→ common common/————————time2〈 werkwoord〉2 het juiste moment kiezen voor/om te♦voorbeelden: -
34 when
adv. wanneer?; op tijdstip dat; dan; ondanks--------conj. als; toen; wanneer--------n. wanneer; tijd--------pron. als; toen; wanneerwhen1[ wen] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————when21 wanneer♦voorbeelden:1 since when has he been here? • sinds wanneer/hoe lang is hij al hier?♦voorbeelden:1 they were last seen in May, since when they haven't been heard from • ze zijn voor het laatst gesignaleerd in mei en sindsdien is er niets meer van hen vernomen————————when3〈 bijwoord〉2 wanneer ⇒ waarop, dat♦voorbeelden:1 when will I see you? • wanneer zie ik je weer?2 I hate winter, when all is grey • ik haat de winter, wanneer/als alles grijs isthe day when I went to Paris • de dag dat/waarop ik naar Parijs ging————————when4〈 voegwoord〉4 hoewel ⇒ terwijl, ondanks (het feit) dat♦voorbeelden:3 why use gas when it can explode? • waarom gas gebruiken als (je weet dat) het kan ontploffen?4 he wasn't interested when he could have made a fortune • hij was niet geïnteresseerd hoewel/terwijl hij dik geld had kunnen verdienen -
35 zero hour
uur nul (v. operatie, een noodlottig/beslissend tijdstip)zero hour -
36 époque
époque [eepok]〈v.〉2 tijdstip♦voorbeelden:il faut être de son époque, vivre avec son époque • men moet met zijn tijd meegaannous vivons une drôle d'époque • wij leven in een rare tijdd' époque • echt antiekl'époque des semailles • de zaaitijdà l'époque • destijdsà l'époque de son mariage • ten tijde van zijn huwelijkà l'époque où • toenf1) tijdperk2) tijdstip -
37 à une heure indue
à une heure indue————————à une heure indueop een onchristelijk uur, schandelijk laat; 〈 ook〉 op een ongelegen tijdstip -
38 Zeit
〈v.; Zeit, Zeiten〉♦voorbeelden:eine Zeit lang • een tijdlang, een poos(je)auf längere Zeit verreisen • voor vrij lange tijd op reis gaan(ach) du liebe Zeit! • heremijntijd!, lieve hemel!〈 sport en spel〉 die Zeit abnehmen • de tijd nemen, klokkeneine Zeit festsetzen • een tijdstip vaststellenlass dir Zeit! • neem er de tijd voor!an gewissen Zeiten • op bepaalde tijdenes ist an der Zeit, etwas zu unternehmen • het is tijd iets te ondernemener ist Beamter auf Zeit • hij is ambtenaar in tijdelijke dienstauf lange Zeit • voor (een) lange tijd〈 informeel〉 ich habe genug für alle Zeiten • ik heb voor altijd, voor mijn hele leven genoegin nächster Zeit • binnenkortmit der Zeit gehen • met zijn tijd meegaanmit der Zeit gewöhnt man sich daran • mettertijd raak je eraan gewendzwei Wochen über die Zeit • twee weken over de termijnum diese Zeit sollte er schon schlafen • op dit uur moest hij eigenlijk al slapenum welche Zeit? • hoe laat?das Baby kam vor der Zeit • de baby kwam te vroegvor grauen Zeiten • in het grijze, grauwe verledenzu Zeiten, zur Zeit, zu der Zeit meines Urgroßvaters • in de tijd van mijn overgrootvaderzu aller Zeit, zu allen Zeiten • altijd, te allen tijdezu bestimmten Zeiten • op gezette tijdenzu der Zeit war ich außer Landes • in die tijd was ik in het buitenlandzu gegebener Zeit • te zijner tijdzu jeder Zeit • te allen tijde, altijdzu seiner Zeit • in zijn tijd, toen hij nog leefdezur Zeit Luthers • ten tijde, in de tijd van Lutherzurzeit, 〈 oude spelling〉zur Zeit ist das Wetter schön • op het ogenblik, momenteel is het mooi weerzur rechten Zeit • op het juiste ogenblik〈 spreekwoord〉 wer nicht kommt zur rechten Zeit, der bekommt, was übrig bleibt • wie niet past op zijn tijd, die is zijn maaltijd kwijt -
39 Zeitpunkt
Zeitpunkt〈m.〉1 tijdstip, moment♦voorbeelden:1 der Zeitpunkt, in dem, zu dem … • het tijdstip waarop, dat …zu diesem Zeitpunkt • op dat moment -
40 срок
termijn, duur ; tijdstip
См. также в других словарях:
Julius De Vigne — (Ghent, 19 November 1844 1906) was a Belgian lawyer, politician and writer. He studied law at the University of Ghent and established himself as a lawyer. For several years, he was a member of the provincial and municipal Council of Ghent. As a… … Wikipedia
Dissolution of the Netherlands Antilles — Participants Governments of the island territories of the Netherlands Antilles Government of the Netherlands Antilles Government of the Netherlands Location Netherlands Antilles Date 1986 and 2010 Result … Wikipedia
Caribbean Netherlands — Caribisch Nederland (Dutch) Hulanda Karibe (Papiamento) … Wikipedia