-
1 conjugaison
-
2 mariage
mariage [maarjaazĵ]〈m.〉♦voorbeelden:mariage à l'essai • proefhuwelijkmariage d'inclination • huwelijk uit genegenheidmariage d'intérêt • huwelijk uit berekeningmariage de la main gauche • concubinaat, (het) samenwonen, (het) hokkenprojets de mariage • trouwplannenmariage de raison • verstandshuwelijkcontracter un mariage • een huwelijk sluitendonner en mariage • ten huwelijk gevenmariage entre homosexuels • homohuwelijkmariage par procuration • huwelijk bij volmacht, met de handschoenm1) huwelijk2) bruiloft3) samenvoeging -
3 mélange
mélange [meelãzĵ]〈m.〉♦voorbeelden:sans mélange (de) • zuiver (van), onvermengdbonheur sans mélange • ongestoord geluk3 mélange disparate, hétéroclite • mengelmoes, allegaartjem1) mengsel2) mengelmoes3) samenvoeging, combinatie4) verwarring, warboel -
4 union
union [uunjõ]〈v.〉1 unie ⇒ (ver)bond, vereniging, genootschap2 vereniging ⇒ samenvoeging, eenwording, verbinding3 eensgezindheid ⇒ eendracht(igheid), eenheid, (goede) verstandhouding♦voorbeelden:union de partis • (samen)bundeling van partijenunion conjugale • echtverbintenisunion libre • (het) ongehuwd samenwonen→ traitf1) unie, verbond2) vereni-ging, samenvoeging -
5 association
association [aasosjaasjõ]〈v.〉1 vereniging ⇒ (ver)bond, maatschappij2 verbinding ⇒ samenvoeging, koppeling4 opneming ⇒ deelneming, toevoeging♦voorbeelden:association de consommateurs • consumentenbondassociation de malfaiteurs • misdadigersbendeassociation reconnue d'utilité publique • erkende instelling van algemeen nutassociation secrète • geheim genootschapassociation d'idées • gedachteassociatief1) vereniging, verbond2) vennootschap [juridisch]3) combinatie4) samenwerking5) opneming, toevoeging -
6 mélangé
mélange [meelãzĵ]〈m.〉♦voorbeelden:sans mélange (de) • zuiver (van), onvermengdbonheur sans mélange • ongestoord geluk3 mélange disparate, hétéroclite • mengelmoes, allegaartjeadj1) gemengd, vermengd2) versneden [wijn] -
7 réunion
réunion [ree.uunjõ]〈v.〉1 samenvoeging ⇒ (het) bijeenbrengen, verzameling, hereniging2 bijeenkomst ⇒ samenkomst, vergadering4 band ⇒ verbintenis, relatie♦voorbeelden:réunion mondaine • partyf2) bijeenkomst, samenkomst3) vergadering4) inlijving5) relatie -
8 agrégation
agrégation [aagreegaasjõ]〈v.〉 -
9 jumelage
Перевод: с французского на все языки
со всех языков на французский- Со всех языков на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский