-
1 prijs
prix, récompense -
2 prijs
♦voorbeelden:een vaste prijs • un prix fixevoor een zacht prijsje • à un prix d'amieen nader overeen te komen prijs • un prix à débattreeen prijs op iemands hoofd stellen • mettre à prix la tête de qn.iemand een prijs toekennen • décerner un prix à qn.altijd prijs! • à tous les coups on gagne!bij de prijs inbegrepen • tout comprisde benzine is in prijs gestegen • le prix de l'essence a augmentéin de prijzen vallen • gagnertegen de prijs van • au prix detegen, tot elke prijs • à tout prixvoor geen prijs • à aucun prixde eerste prijs in de loterij • le gros lot à la loteriede tweede prijs in de loterij • le second prix à la loterieiets op prijs stellen • apprécier qc. -
3 afbraakprijs
2 [zeer lage prijs] prix choc♦voorbeelden: -
4 geld
♦voorbeelden:1 je geld of je leven! • la bourse ou la vie!baar geld • espècescontant geld • (argent) liquidein contant geld • en espècesgemunt geld • numérairemet gepast geld betalen • faire l'appointgrof geld verdienen • gagner grosgroot geld • billetskinderen betalen half geld • les enfants paient demi-tarifklein geld • monnaiepapieren geld • papier-monnaievals geld • fausse monnaiehet volle geld • (le) plein tarifvuil geld • argent gagné malhonnêtementzwart geld • argent noirzijn geld erdoor jagen • brûler la chandelle par les deux boutsergens (veel) geld tegenaan gooien • investir (des sommes folles) dans qc.het geld groeit mij niet op de rug • je ne suis pas Crésushet geld voor het grijpen hebben • rouler sur l'orgeen geld hebben • être sans le souzijn geld erbij inschieten • en être pour son argent〈 figuurlijk〉 iemand geld uit de zak kloppen • soutirer de l'argent à qn.zijn geld er uit krijgen • rentrer dans son argentgeld laten rollen • faire valser l'argentgeld door de vingers laten slippen • ne pas regarder à la dépenseveel geld opleveren • rapporter grosgeld slaan • battre monnaiesmijten met geld • jeter l'argent par les fenêtresgeld in iets steken • placer son argent en, dans qc.er geld op moeten toeleggen • en être de sa pochegeld wisselen • faire de la monnaiebovenop zijn geld zitten • être près de ses souszwemmen in het geld • rouler sur l'orniet goed? geld terug • remboursement garanti en cas de non-satisfactiondik in het geld zitten • être cousu d'ormet zijn geld geen raad weten • ne savoir que faire de son argentom geld vragen • demander de l'argentom geld verlegen zijn • être à court d'argentiets te gelde maken • faire argent de qc.van zijn geld leven • vivre de ses rentesvoor geld • pour de l'argentvoor geen geld ter wereld • pour rien au mondevoor geen geld • à aucun prixtwee voor hetzelfde geld • deux pour le prix d'ungeld als water verdienen 〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 geld als slijk verdienen • faire beaucoup d'argentdat brengt geld in 't laatje • ça fait des soushet geld niet over de balk gooien • ne pas jeter l'argent pas les fenêtres -
5 inzetten
1 [aanbrengen in, tussen] mettre2 [beginnen te doen] entamer3 [in actie laten komen] engager♦voorbeelden:een lapje inzetten • mettre une pièceruiten inzetten • poser des carreauxhet inzetten • la posede trainer zette beide wisselspelers in • l'entraîneur a fait monter sur le terrain les deux remplaçants1 [sport en spel] miser2 [m.b.t. een veiling] mettre à prix♦voorbeelden:2 ik heb het huis ingezet op 210.000 gulden • j'ai mis la maison aux enchères au prix de 210.000 florinsde veilingmeester zette in op vijftig gulden • le commissaire-priseur a fixé le prix de base à cinquante florins1 [beginnen] commencer♦voorbeelden:1 de winter zet stevig in • l'hiver s'annonce rigoureuxde winter zet stevig in • l'hiver s'annonce rigoureuxIV inzicht|inzicht♦voorbeelden:tot het inzicht komen, dat … • en arriver à l'idée que …naar zijn inzicht • d'après lui -
6 Nobelprijs
-
7 de prijzen schieten omhoog
de prijzen schieten omhoog————————de prijzen schieten omhoog -
8 een vaste prijs
-
9 eenheidsprijs
2 [prijs geldend voor alle artikelen] prix unique -
10 fabrieksprijs
♦voorbeelden: -
11 goedkoop
♦voorbeelden:er goedkoop afkomen • s'en tirer à bon comptegoedkoop werken • travailler à bas prixdat is goedkoper • c'est meilleur marchéhet goedkoopst • le meilleur marchéeen goedkope grap • une mauvaise plaisanterie -
12 helft
♦voorbeelden:bij mij krijgt u de helft meer voor hetzelfde geld • chez moi vous aurez moitié plus pour le même prixwij zijn nu op de helft • nous sommes maintenant à mi-cheminover de helft zijn • en être à la moitiéde helft van tien is vijf • cinq est la moitié de dixvoor de helft van de prijs • (à) moitié prixvoor de helft • à moitié -
13 inclusief
inclusief, incluis♦voorbeelden:1 drie gulden, inclusief btw • trois florins, T.V.A. comprisede prijs is inclusief btw • la T.V.A. est comprise dans le prixde prijs is 200 gulden, inclusief transportkosten • le prix est de 200 florins, y compris les frais de transport14 5 gulden inclusief (bedieningsgeld) • 45 florins, service compris -
14 index
♦voorbeelden:2 de lonen koppelen aan de index van de kleinhandelsprijzen • indexer les salaires sur les prix de détail -
15 kostprijs
♦voorbeelden:1 iets onder de kostprijs verkopen • vendre qc. à perteiets tegen kostprijs verkopen • vendre qc. à prix coûtant -
16 laag
laag1〈de〉♦voorbeelden:in lagen • (disposé) par couchesuit alle lagen van de maatschappij • de toutes les couches de la société————————laag21 [algemeen] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 bas/basse♦voorbeelden:de lagere geestelijkheid • le bas clergélaag goudgehalte • teneur faible en orlage tonen • tons graveseen lage toren • une tour peu élevéeeen laag vertrek • une pièce dont le plafond est baseen laag voorhoofd • un front basdie viool is te laag gestemd • ce violon est accordé trop basde barometer staat laag • le baromètre est baseen laag uitgesneden japon • une robe à décolleté profondzet jij de soep wat lager? • veux-tu baisser le feu de la soupe?laag zingen • chanter baslage eisen stellen • avoir des exigences modestesvoor een lage prijs verkopen • vendre à bas prixeen lage som • une somme modiqueeen lage straf • une peine peu sévèrede lire staat laag • le cours de la lire est basiets laag taxeren • évaluer qc. à bas prixeen lage daad begaan • commettre une bassesseeen laag karakter • un caractère villaag over iemand, iets spreken • parler de qn., qc. avec mépris -
17 prijskaartje
♦voorbeelden:2 aan deze regeringsmaatregel hangt geen prijskaartje • on ne connaît pas encore le prix de cette mesure gouvernementale -
18 prijzen
-
19 stuntprijs
♦voorbeelden: -
20 grandprix
n. grand prix, great prize (French); international horse race; international car race
См. также в других словарях:
prix — prix … Dictionnaire des rimes
prix — [ pri ] n. m. • pris 1050; lat. pretium I ♦ 1 ♦ Rapport de valeur d un bien à un autre bien; rapport d échange entre un bien ou un service et la monnaie. ⇒ coût, valeur. « L argent est le prix des marchandises ou denrées. Mais comment se fixera… … Encyclopédie Universelle
prix — PRIX. s. m. Valeur d une chose, ce qu une chose vaut. Juste prix. chaque chose a son prix. c est le prix. c est son prix. On dit fig. que Chacun vaut son prix; & cela se dit ordinairement pour marquer qu il ne faut pas si fort eslever le merite d … Dictionnaire de l'Académie française
Prix — ist der Name folgender Personen: Johann Nepomuk Prix (1836–1894), österreichischer Politiker Wolf D. Prix (* 1942), österreichischer Architekt Siehe auch: Prix de l Académie nationale du cinéma, französischer Filmpreis Prix du Quai des Orfèvres,… … Deutsch Wikipedia
Prix S.D.E. — Prix SDE Les prix attribués par la SDE Canada (autrefois BMI Canada) se répartissent en cinq catégories: Prix annuels décernés aux étudiants compositeurs Prix annuels aux auteurs compositeurs Prix spéciaux Prix décernés aux orchestres Prix annuel … Wikipédia en Français
Prix — 〈[ pri:] m.; [pri:s], [pri:s]〉 Preis, Wettkampf; →a. Grandprix [frz.] * * * Prix [pri: ], der; [pri:(s)], [pri:s] [frz. prix < lat. pretium, ↑ Preis]: frz. Bez. für: ↑ Preis … Universal-Lexikon
Prix — 〈 [pri:] m.; Gen.: , Pl.: 〉 Preis; Grand Prix [grã pri] Großer Preis [Etym.: frz.] … Lexikalische Deutsches Wörterbuch
Prix — [pri:] der; [pri:(s)], [pri:s] <aus fr. prix, dies aus gleichbed. lat. pretium> franz. Bez. für Preis … Das große Fremdwörterbuch
Prix — [pri: ], der; , <französisch> (französische Bezeichnung für Preis); Prix Goncourt [ pri: gõ ku:ɐ̯] (französischer Literaturpreis) … Die deutsche Rechtschreibung
Prix — Variante de Priest (voir ce nom) rencontrée notamment dans l Aveyron et le Tarn et Garonne … Noms de famille
PRIX — s. m. Estimation d une chose, ce qu elle se vend, ce qu on l achète, ce qu on en paye. Prix raisonnable. Prix modique. Prix excessif, énorme, exorbitant. Prix convenu. Prix réglé. Bas prix. Haut prix. Prix moyen. Au plus haut prix. Au plus bas… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)