-
1 onvrede
♦voorbeelden:1 er heerst onvrede over de werksituatie • la situation de l'emploi provoque un (sentiment de) malaise général -
2 onvrede
1 [ontevredenheid] dissatisfaction (with)♦voorbeelden: -
3 onvrede
разлад; раздор; несогласие* * *сущ.общ. недовольство, ссора, брань -
4 onvrede
deUnfriede m -
5 een stuk onvrede
een stuk onvrede -
6 er heerst onvrede over de werksituatie
er heerst onvrede over de werksituatieDeens-Russisch woordenboek > er heerst onvrede over de werksituatie
-
7 in onvrede leven
in onvrede leven -
8 er heerst onvrede over de werksituatie
er heerst onvrede over de werksituatieVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > er heerst onvrede over de werksituatie
-
9 in onvrede leven met
in onvrede leven metVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > in onvrede leven met
-
10 désordre
désordre [deezordr]〈m.〉1 wanorde ⇒ puinhoop, bende, troep2 verwarring ⇒ onsamenhangendheid, ongeordendheid♦voorbeelden:en désordre • in de war, rommelig2 désordre dans l'administration • wanordelijk, ongeorganiseerd beheerdésordre de la pensée • onsamenhangende gedachten1. m1) wanorde, bende2) verwarring3) onrust, onvrede5) stoornis [medisch]2. désordresm ploproer, onlusten -
11 недовольство, ссора, брань
ngener. onvredeRussisch-Nederlands Universal Dictionary > недовольство, ссора, брань
-
12 disaffection
-
13 he scowled his dissatisfaction
-
14 scowl
n. dreigende blik--------v. het voorhoofd fronsenscowl1[ skaul] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 frons ⇒ norse/stuurse blik————————scowl2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
15 недовольство, ссора, брань
ngener. onvrede -
16 stuk
stuk1〈 het〉5 [aantrekkelijke vrouw, man] (beau) morceau♦voorbeelden:een stuk met iemand meelopen • faire un bout de chemin avec qn.de stukken opvegen • balayer les morceauxwerken dat de stukken er af vliegen • travailler d'arrache-piediets aan stukken slaan, gooien • mettre qc. en morceauxin, aan, bij stukken en brokken • fait de pièces et de morceauxiets in stukken scheuren • déchirer qc. en morceauxiets in drie stukken verdelen • diviser qc. en trois morceauxin stukken vliegen • voler en éclatseen stuk uit een boek voorlezen • lire un passage d'un livreeen stuk van haar leven • une partie de sa vieeen pond biefstuk aan één stuk • une livre de bifteck en un seul morceauaan één stuk doorpraten • parler sans interruptionuit één stuk vervaardigd • d'un seul morceaueen stuk beter • beaucoup mieuxmijn klas is een heel stuk voor • ma classe a pris une bonne avancezij is een stuk afgeslankt • elle a pas mal maigridat zou ons een stuk verder brengen • ça nous avancerait pas maliemand met stukken slaan • surpasser qn. de loinop geen stukken na • en aucune manièreeen stuk speelgoed • un jouetop stuk werken • travailler à la piècetwee gulden per stuk • deux florins pièceper stuk verkopen • vendre à la piècestuk voor stuk werden de onderdelen vervangen • les pièces ont été remplacées l'une après l'autrehet zijn stuk voor stuk deugnieten • ce sont des vauriens, tous tant qu'ils sonteen tientje het stuk • dix florins piècetwintig stuks koeien • vingt vacheseen stuk of tien appels • une dizaine de pommesgeef me maar een stuk of wat schroeven • donne-moi quelques viseen ongefrankeerd stuk • un envoi postal non affranchieen stukje over dit onderwerp • un petit article sur ce sujet7 de ingekomen stukken • le courrier ‘arrivée’iets met de stukken kunnen bewijzen • pouvoir prouver qc. pièces à l'appuize spelen een nieuw stuk • ils jouent une nouvelle pièceeen broek met stukken • un pantalon rapiécéhij had stukken op zijn ellebogen • ses manches étaient rapiécées aux coudeseen stuk verdriet • un vrai poisoneen misselijk stuk vreten • un type écoeuranteen lui stuk vreten • un tire-au-flancop zijn stuk staan • rester ferme dans son opinionop zijn stuk blijven staan • persévérer (dans son opinion)iemand van zijn stuk brengen • déconcerter qn.een stuk in zijn kraag hebben • avoir un verre dans le nez————————stuk21 [aan stukken; defect] cassé2 [onder de indruk, ingenomen met] bouleversé♦voorbeelden:de klok is stuk • la pendule ne marche plusde automaat is stuk • l'appareil distributeur est en panneeen boek stuk lezen • abîmer un livre (à force de le lire)iets stuk slaan • démolir qc.het kopje viel stuk • la tasse s'est cassée (en tombant)helemaal stuk van iets zijn • être tout bouleversé par qc. -
17 onderhuids
1 [onder de huid] subcutaneous2 [figuurlijk] under the skin 〈 alleen bijwoord〉 ⇒ inarticulate 〈 onvrede〉, subdued 〈 humor, spanning〉♦voorbeelden: -
18 Hader
-
19 Unfriede
Unfriede〈m.〉♦voorbeelden: -
20 Unlust
См. также в других словарях:
Mark Rutte — Prime Minister of the Netherlands Incumbent Assumed office 14 October 2010 Monarch … Wikipedia