-
1 froid
froid1 [frwaa]〈m.〉1 kou♦voorbeelden:1 un froid de canard, de chien, de loup • ijzige, bittere kouavoir froid aux mains • koude handen hebbenla saison des grands froids • het koude jaargetijdefroid noir • ijzige, bittere kouvert de froid • blauw van de kouavoir froid • het koud hebbencela me fait froid dans le dos • de koude rillingen lopen ervan over mijn rugil fait froid • het is koudle temps se met au froid • het wordt koudjeter un froid • een pijnlijke stilte teweegbrengen————————froid2 [frwaa]2 onbewogen ⇒ onverstoorbaar, gereserveerd♦voorbeelden:1. m1) kou2) verkoudheid2. adj1) koud, koel2) onbewogen, onverstoorbaar3) zonder gevoel/expressie [kunst] -
2 impassible
impassible [ẽpaasiebl]1 onverstoorbaar ⇒ ongevoelig, onbewogen♦voorbeelden:1 visage impassible • stalen, uitgestreken gezichtadjonverstoorbaar, onbewogen -
3 marbré
marbre [maarbr]〈m.〉1 marmer♦voorbeelden:marbre artificiel • stucmarmer, kunstmarmer〈 ook figuurlijk〉 froid comme le marbre • koud als marmer, steenkoud〈 figuurlijk〉 être de marbre, rester de marbre • steenkoud zijn, ongevoelig blijvenadj1) gemarmerd, marmer- -
4 sec
sec1 [sek]〈m.〉♦voorbeelden:rivière à sec • drooggevallen riviermettre un étang à sec • een vijver droogleggenmettre au sec • op een droge plaats leggen, hangen————————sec2 [sek],sèche [sesĵ]2 mager3 hard4 bars ⇒ bits, kort♦voorbeelden:mur de pierres sèches • stapelmuurn'avoir plus un poil de sec • sterk transpireren, nat van het zweet zijnstyle sec • dorre stijlmettre à sec • droogleggen3 un coup sec • een snelle, korte slagregarder d'un oeil sec • onbewogen (toe)kijkenrépondre d'un ton sec • kortaf antwoordenen cinq sec • in een handomdraai, 'n ommezien————————sec3 [sek]〈 bijwoord〉2 hard♦voorbeelden:2 conduire, démarrer sec • hard rijden, wegrijdenfrapper sec • hard slaanaussi sec • zonder aarzelen, meteen= sèche; adj1) droog, dor2) puur3) mager4) hard5) bits, vinnig -
5 serein
serein1 [sərẽ]〈m.〉 〈 formeel〉♦voorbeelden:————————serein2 [sərẽ]2 rustig ⇒ gelijkmatig, kalm, onbewogen♦voorbeelden:3 jugement serein • beheerst, onpartijdig oordeeladj1) sereen2) rustig, kalm3) onpartijdig -
6 uni
uni [uunie]1 effen ⇒ gelijk, glad, vlak2 effen ⇒ eenkleurig, uni♦voorbeelden:1 mer unie • gladde, rimpelloze zeeadj1) effen, glad2) eenkleurig3) gelijkmatig4) eensgezind5) verenigd, verbonden6) rustig -
7 de, en marbre
de, en marbre -
8 regarder d'un oeil sec
regarder d'un oeil sec -
9 stoïque
Перевод: с французского на все языки
со всех языков на французский- Со всех языков на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский