-
21 het kind is nergens te vinden
het kind is nergens te vindenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het kind is nergens te vinden
-
22 hij haalt (het) niet bij haar
hij haalt (het) niet bij haarVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij haalt (het) niet bij haar
-
23 ik kon nergens naar toe
ik kon nergens naar toeVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ik kon nergens naar toe
-
24 kant
1 [weefsel] lace4 [grensvlak van een lichaam] side ⇒ face, surface, 〈 figuurlijk〉 aspect, 〈 figuurlijk〉 facet, 〈 figuurlijk〉 angle, 〈 figuurlijk〉 view6 [plaats waar twee vlakken samenkomen] edge7 [richting] way, direction8 [plaatsbepaling met betrekking tot een scheidslijn; helft van het lichaam] side9 [deel/uiteinde van een gebied/lichaam] side, end10 [partij, kamp] side, part(y)♦voorbeelden:gekloste kant • bobbin laceopengewerkte kant • openwork laceaan de kant ! • step aside!aan de kant gaan rijden • pull inaan de kant gaan staan • stand/step asidezijn auto aan de kant zetten • pull up/over〈 figuurlijk〉 iemand aan de kant zetten • push someone out; 〈 informeel〉 give someone the push/shoveaan de kant van de weg • at the side of the road, by the roadsidelangs de kant blijven staan • stay on the sideline(s)het schip ligt aan/voor de kant • the ship is moored/berthednaar de kant komen • swim ashoreop de kant klimmen • climb ashoreiemand van de kant afduwen • push someone inzich van zijn goede kant laten zien • show one's good sidede goede kant van een zaak • the positive side of somethingiemands sterke/zwakke kanten • someone's strong/weak pointsde vlakke kant van een plank • the face of a plank〈 figuurlijk〉 aan de ene kant wel, aan de andere kant niet • on the one hand yes, on the other (hand), no; yes and nodeze kant boven • this side upiets op zijn kant zetten • put something on its sidehet gaat met hem de verkeerde kant op • he's going to the bad; 〈 bij ziekte〉 he's taken a turn for the worsedeze kant op, alstublieft • this way, pleasedat is de kant van Haarlem op • that's out towards Haarlem, that's out Haarlem wayvan alle kanten • left and right, on all sidesgeen kant meer op kunnen • have nowhere (left) to goik sta aan jouw kant • I'm on your sideiemand aan zijn kant krijgen • win someone over to one's sidevan die kant hebben we niets te vrezen • we have nothing to fear from that quarterde liefde kan niet van één kant komen • love must be a two-sided affairdat hoor je van alle kanten • that's what you hear on all sideswantrouwen van de kant van de bevolking • distrust on the part of the public11 familie van vaders/moeders kant • relatives on one's father's/mother's sidehij is aan de kleine kant • he is on the short sidevan de verkeerde kant zijn • be of the other persuasionwij van onze kant • (we) for our partiets aan kant maken • tidy something upiets niet over zijn kant laten gaan • not take something (lying down)zich/iemand van kant maken • do oneself/someone in, do away with oneself/someone〈 informeel〉 dat klopt van geen kanten • that's all/completely wrong -
25 lang zo goed niet
lang zo goed nietnowhere near as/so goodVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > lang zo goed niet
-
26 manier
2 [meervoud] [omgangsvormen] manners♦voorbeelden:iets op zijn eigen manier doen • do something in one's own wayiets op de juiste manier doen • do something properly/the right wayik vind het maar een rare manier van doen • I think it's a pretty strange thing to dohaar manier van doen • her manner/way of behaving, her behaviourhun manier van leven • their way of lifede manier waarop • the way (in which) it is doneop die manier bereik je niks • that will get you nowhereo, op die/zo'n manier • oh, I see! 〈 ook ironisch〉op een fatsoenlijke manier • in a decent manner, decentlyhij probeerde leuk te zijn op zijn manier • he tried to be what he thought was funnyop alle mogelijke manieren • in every possible/conceivable wayop die manier kom je nooit klaar • at this rate you'll never be finishedop de een of andere manier • somehow or otherop de gebruikelijke/die manier • (in) the usual/that waydat is dé manier • that is the right waydat is geen manier (van doen) • that is not the way (to do things/to treat someone)2 goede/geen manieren hebben • have good/no mannershet getuigt van slechte manieren • it shows bad mannerswat zijn dat voor manieren! • what kind of behaviour is that! -
27 nergens anders dan
nergens anders danVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > nergens anders dan
-
28 nergens in de wijde omgeving
nergens in de wijde omgevingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > nergens in de wijde omgeving
-
29 nergens zijn
nergens zijn -
30 niet vooruitkomen
niet vooruitkomenget nowhere, make no headway, stand stillVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > niet vooruitkomen
-
31 niet
niet11 [metalen beugeltje] staple2 [klinknageltje] rivetII 〈 de (mannelijk)〉1 [met betrekking tot een loterij] blank♦voorbeelden:1 [het niet zijn] nothingness♦voorbeelden:1 dat valt in het niet vergeleken bij … • that pales into insignificance beside …in het niet verdwijnen • vanish/fade into nothingness; vanish into thin air————————niet2〈 bijwoord〉1 [ontkenning] not2 [toch, immers] not♦voorbeelden:ik hoop van niet • I hope notgelieve niet te roken • please do not smokeik ook niet • neither/nor do I/am I/have I/ 〈enz.〉niet alleen …, maar ook … • not only … but also …ik kan niet anders dan zijn voorstel aannemen • I cannot but accept his proposalhet betaalt goed, daar niet van • it's well-paid, that's not the point, butdan niet! • (all right) then no!hij keek niet eens • he didn't even look, he never even lookedlang zo goed niet • nowhere near as/so gooddenk dat maar niet • don't you believe it!volstrekt niet • absolutely notik neem aan van niet • I don't suppose soniet dat … • (it's) not that …, it's not as if …dat viel mee, of niet? • that was all right, wasn't it? 〈enz.〉ze is niet al te slim • she is none too bright2 heb ik het je niet gezegd? • didn't I tell you?hoe vaak heb ik niet gedacht … • how often have I thought …niet waar? • isn't it?, aren't they?, doesn't he?, can't we? 〈enz.〉————————niet3♦voorbeelden:te niet doen • nullify, annul, cancel; set aside, override 〈 wet, besluit〉; dispose of 〈 theorie〉; undo 〈 resultaat van iets〉; dash, defeat 〈 hoop〉; put an end to 〈 overeenkomst〉een schuld te niet doen • cancel (out) a debtop deze wijze heeft hij al mijn werk te niet gedaan • in this way he undid all my workdat is niet meer dan een suggestie • that's nothing more than a suggestion -
32 niets/geen resultaat opleveren
niets/geen resultaat opleverenproduce/bring no results, get (someone) nowhereVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > niets/geen resultaat opleveren
-
33 op die manier bereik je niks
op die manier bereik je niksVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op die manier bereik je niks
-
34 opkomen
5 [in zwang komen] spring/come up8 [zich verzetten tegen] fight/stand up (against)♦voorbeelden:1 de vloed komt op • the tide is rising/is coming iner is nog niets opgekomen • nothing has come up yeteen gevoel van onbehagen kwam langzaam maar zeker bij hem op • an uneasy feeling gradually came over himhet komt niet bij hem op • it doesn't occur to himzo iets zou nooit bij hem opkomen • he would never think of doing such a thingdat kwam pas later bij mij op • it only occurred to me laterhet eerste wat bij je opkomt • the first thing that comes into your mindals vanzelf opkomen • suggest itself/themselvesik voel een verkoudheid opkomen/de koorts opkomen • I can feel a cold/the fever coming oneventuele vragen, die opkomen bij het lezen van de tekst • any questions occurring while reading the textuit het niets opkomen • come out of nowhereopkomen uit • emerge from/out ofveel kiezers waren niet opgekomen • a great many voters had failed to appearer waren slechts vijf leden opgekomen • only five members had turned/showed upalle reservisten moeten opkomen • all reservists must reportde trap opkomen • come up the stairsin grote getale opkomen • turn out in large numbersze konden niet tegen de wind opkomen • they could not make headway against the windsteeds voor elkaar opkomen • stick together11 het eten zal best opkomen, die paar aardappels komen nog wel op • we'll be able to get through the food, those few potatoes will find their waykom op, we gaan • come on, let's gokom maar op als je durft! • come on if you dare! -
35 opleveren
2 [opbrengen] yield3 [voortbrengen] produce♦voorbeelden:2 wat levert dat baantje op? • what does/how much does the job pay?een tekort/nadelig saldo opleveren • leave/show a deficitdie transactie levert verlies/winst op • that transaction yields a loss/profitvoordeel opleveren • yield profitiemand geen enkel voordeel opleveren • avail someone nothingwat levert het mij op? • what's in it for me?niets/weinig opleveren • be unprofitablehet schrijven van boeken levert weinig op • writing (books) doesn't bring in muchdit werk levert ƒ20,- per uur op • this job brings in 20 guilders per hour3 levert dat enig bezwaar op? • is that any objection?het heeft me niets dan ellende opgeleverd • it caused/brought me nothing but miserygevaar opleveren • cause/present dangerhet gewenste resultaat opleveren • produce the desired resulthet heeft hem veel vijanden opgeleverd • it has made him many enemieshet onderzoek leverde niets op • the study/research did not yield any resultsniets/geen resultaat opleveren • produce/bring no results, get (someone) nowheredie maatregel heeft nog weinig of niets opgeleverd • that measure has had little or no effect up to now -
36 pleite
〈 informeel〉♦voorbeelden:¶ pleite gaan • shove/clear offdat boek is pleite • that book is nowhere to be found -
37 poot
I 〈 de (mannelijk)〉2 [steunsel voor een voorwerp] leg3 [informeel] [been/voet van een mens] leg4 [informeel] [hand] paw5 [informeel] [handschrift] fist6 [informeel] [handtekening] Bfist, AJohn Hancock7 [afdruk van een poot] paw print8 [neerhaal van een letter] leg9 [informeel] [mannelijke homoseksueel] 〈 niet pejoratief〉 gay ⇒ 〈Brits-Engels; slang; pejoratief〉 poof(ter), 〈Amerikaans-Engels; slang; pejoratief〉 fag(ot), faggot♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 iets op poten zetten • set up/start somethinggeen poot aan de grond krijgen • not be able to get something off the ground/get something going; 〈 bij iemand〉 get nowhere (with someone)〈 figuurlijk〉 zijn poten thuishouden • keep one's paws off someone/somethinggeen poot uitsteken/verzetten • not lift a finger6 zijn poot zetten • put one's fist/John Hancockop zijn poot spelen • stand on one's hind legs, kick up a fuss/roween brief op poten schrijven • write a stiff letterII 〈de〉 -
38 tot niets leiden
tot niets leidenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > tot niets leiden
-
39 tot niets leidend gepraat
tot niets leidend gepraattalk that leads/gets one nowhereVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > tot niets leidend gepraat
-
40 uit het niets opkomen
uit het niets opkomenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > uit het niets opkomen
См. также в других словарях:
Nowhere — may refer to: Contents 1 Music 2 Other art and entertainment 3 Places … Wikipedia
Nowhere to Go — may refer to: in film Nowhere to Go (1958 film), a 1958 film directed by Basil Dearden and Seth Holt John Shea in music Nowhere to Go , a song by The Miracles from their 1973 album Renaissance Nowhere to Go , a song by Soul Asylum from their 1986 … Wikipedia
nowhere — ► ADVERB ▪ not in or to any place. ► PRONOUN 1) no place. 2) a place that is remote or uninteresting. ● from (or out of) nowhere Cf. ↑out of nowhere ● get (or go) … English terms dictionary
Nowhere — No where , adv. [AS. n[=a]hw[=ae]r. See {No}, and {Where}.] Not anywhere; not in any place or state; as, the book is nowhere to be found. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
nowhere — (adv.) O.E. nahwær nowhere, not at all; see NO (Cf. no) + WHERE (Cf. where). Similar constructions were attempted with nowhat (1520s) and nowhen (1764), but they failed to take hold and remain nonce words … Etymology dictionary
nowhere — [nō′hwer΄, nō′wer΄] adv. [ME nowher < OE nahwær] not in, at, or to any place, not anywhere: also [Informal or Dial.] Informal Dial. nowheres n. 1. a place that is nonexistent, unknown, remote, etc. 2. a place or state of obscurity nowhere near … English World dictionary
nowhere — [[t]no͟ʊ(h)weə(r)[/t]] ♦♦♦ 1) ADV INDEF NEG: ADV with be, ADV after v, oft ADV cl/group (emphasis) You use nowhere to emphasize that a place has more of a particular quality than any other places, or that it is the only place where something… … English dictionary
nowhere — no|where S2 [ˈnəuweə US ˈnouwer] adv 1.) not in any place or to any place nowhere to go/live/sit etc ▪ I have no job and nowhere to live. ▪ Nowhere is drug abuse more of a problem than in the US. 2.) get/go nowhere to have no success or make no… … Dictionary of contemporary English
nowhere — adverb 1 also no place AmE informal not in any place or to any place: I have no job and nowhere to live. | nowhere else (=no other place): You ve got to help me. I ve nowhere else to go. 2 get nowhere to have no success or make no progress: It s… … Longman dictionary of contemporary English
nowhere — no|where [ nou,wer, nou,hwer ] adverb ** 1. ) not in any place or not to any place: Nowhere on earth is free from ecological damage. There is nowhere else for me to stay. Nowhere does it say that we cannot have guests in our rooms. Many people… … Usage of the words and phrases in modern English
nowhere */*/ — UK [ˈnəʊweə(r)] / US [ˈnoʊˌwer] / US [ˈnoʊˌhwer] adverb 1) not in any place, or not to any place Nowhere on earth is free from ecological damage. There is nowhere else for me to stay. Nowhere does it say that we cannot have guests in our rooms.… … English dictionary