-
1 kogel
♦voorbeelden:zich een kogel door het hoofd jagen • se brûler la cervellede kogel krijgen • être fusilléveroordeeld tot de kogel • condamné à être fusilléde kogel is door de kerk • le sort en est jeté -
2 kogel
-
3 kogel
balle de fusil, balle, globe, projectile -
4 de kogel drong door de muur
de kogel drong door de muur -
5 de kogel is door de kerk
-
6 de kogel krijgen
de kogel krijgen -
7 de kogel schampte op de helm af
de kogel schampte op de helm afDeens-Russisch woordenboek > de kogel schampte op de helm af
-
8 de kogel trof haar in de borst
de kogel trof haar in de borst -
9 door een kogel getroffen
door een kogel getroffen -
10 een kogel afschieten
een kogel afschieten -
11 een verdwaalde kogel
een verdwaalde kogel -
12 veroordeeld tot de kogel
veroordeeld tot de kogel -
13 zich een kogel door het hoofd jagen
zich een kogel door het hoofd jagenDeens-Russisch woordenboek > zich een kogel door het hoofd jagen
-
14 een erfenis erdoor jagen
-
15 jagen
1 [(wild) vervolgen] chasser3 [dwingen tot snel(ler) gaan] presser♦voorbeelden:¶ een blos op het aangezicht jagen • faire monter le rouge au visage (de qn.)die wet werd door de Tweede Kamer gejaagd • la Chambre des députés a voté cette loi trop hâtivementerdoor(heen) jagen • dissipereen erfenis erdoor jagen • claquer un héritage1 [op jacht zijn] chasser2 [+ naar][rusteloos streven] courir (après)♦voorbeelden:het jagen • la chassezijn pols jaagt • son pouls bat trop vitede wolken jagen voorbij de maan • les nuages courent devant la lune -
16 je bent zeker in de kerk geboren
Deens-Russisch woordenboek > je bent zeker in de kerk geboren
-
17 kerk
2 [kerkgenootschap] Eglise♦voorbeelden:naar de kerk gaan • aller à l'églisede hervormde Kerk • l'Eglise réformée3 de kerk gaat aan • le culte, la messe va commencer¶ kerken bouwen op iemand • ±avoir une confiance aveugle en qn.de kerk in het midden laten • garder le juste milieuvóór het zingen de kerk uitgaan • sauter du train en marcheje bent zeker in de kerk geboren • la porte!→ link=kogel kogel -
18 treffen
1 [algemeen] toucher2 [aantreffen] rencontrer3 [opvallen] frapper♦voorbeelden:het getroffen gebied • la région sinistréezijn ongeluk heeft ons zwaar getroffen • nous avons été bouleversés par son malheurdie opmerking treft u • cette remarque vous concernedodelijk treffen • frapper à mortwaar kan ik je treffen? • où puis-je t'atteindre?door een kogel getroffen • atteint d'une ballegetroffen door een hartinfarct • terrassé par un infarctusik ben getroffen door die reactie • cette réaction m'a touchégetroffen worden door een beroerte • être frappé d'une apoplexiede kogel trof haar in de borst • la balle l'atteignit à la poitrinede getroffene • la victimeiemand thuis treffen • trouver qn. chez luieen treffen • une rencontre→ link=bliksem bliksemdat treft goed • ça tombe biendat treft slecht • ça tombe malzij hebben het met elkaar getroffen • ils ont eu de la chance de se rencontrer; 〈m.b.t. het leven doorbrengen〉 ils sont très heureux ensemble -
19 afschampen
1 raser (qc.)♦voorbeelden:die woorden schampten af op zijn onverschilligheid • ces mots glissaient sur la carapace de son indifférence -
20 afschieten
1 [afvuren] tirer2 [door schieten wegnemen] arracher3 [doodschieten] abattre4 [afscheiden d.m.v. een beschot] aménager (en posant une cloison)♦voorbeelden:3 (iemands) duiven afschieten • abattre les pigeons de qn.4 een kamertje met planken afschieten • mettre une cloison de planches pour aménager une petite pièce1 [zich snel verplaatsen] se précipiter (vers)2 [losschieten] se détacher (de)♦voorbeelden:
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Kögel — steht für: der Name eines Nutzfahrzeugherstellers, siehe Kögel Fahrzeugwerke der Name eines Traktorenherstellers, siehe Kögel Traktoren der Name eines Weilers bei Ravensburg in Baden Württemberg Kögel ist der Familienname folgender Personen:… … Deutsch Wikipedia
Kögel — Kögel, Rudolf, Kanzelredner, geb. 18. Febr. 1829 in Birnbaum (Posen), 1863 Hof und Domprediger in Berlin, 1878 94 Mitglied des Oberkirchenrats, 1879 91 Generalsuperintendent der Kurmark, 1880 Oberhofprediger, gest. 2. Juli 1896 in Berlin; Führer… … Kleines Konversations-Lexikon
Kogel — Kogel, 1) runder Kopfputz der Frauenzimmer, ähnlich dem Türkenbund; 2) so v.w. Kappe 14) u. 17); 3) so v.w. Berggipfel in Steyermark, Salzburg u. Tyrol. Die bedeutendsten K. sind: der Fatikogelin den Kärntisch steyerschen Alpen, der Brunnenkogel… … Pierer's Universal-Lexikon
Kögel — Kögel, Rudolf, Theolog und Kanzelredner, geb. 18. Febr. 1829 zu Birnbaum in der Provinz Posen, gest. 2. Juli 1896 in Berlin, studierte 1847–52 in Halle und Berlin Theologie und Philologie und begleitete während seiner Studienzeit seinen Lehrer… … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Kogel — (Kosel), Bezeichnung für eine kegelförmige Bergspitze in den Alpen … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Kogel — Kogel, auch Kofel, Berggipfel, bes. kegelförmiger … Kleines Konversations-Lexikon
Kogel — Sm Berg per. Wortschatz oobd. (19. Jh.) Stammwort. Möglicherweise mit Kugel zusammenzustellen. Sonst unklar. Heute meist nur noch in Namen. ✎ Schatz, J. FS Kluge (1926), 125f.; Valtavuo (1957), 88 90. deutsch d … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Kogel — ↑ Kugel … Das Herkunftswörterbuch
Kogel — Wappen Deutschlandkarte … Deutsch Wikipedia
Kogel — 1. Berufsübername zu mnd. kogel »Kapuze, die man über den ganzen Kopf ziehen kann; Kopfbedeckung (am Mantel oder auch für sich allein)«, mhd. gugele, Nebenform kogel »Kapuze am Rock oder Mantel« für den Hersteller oder Übername für den Träger. 2 … Wörterbuch der deutschen familiennamen
Kogel — Ko|gel 〈m. 5〉 1. kegelförmiger Berggipfel (häufig in Namen) 2. = Gugel [→ Kugel] * * * Ko|gel, der; s, [verw. mit ↑ Kugel] (südd., österr.): Bergkuppe. * * * Kogel, süddeutsche und österreichische … Universal-Lexikon