-
1 klikken
denunsiáDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > klikken
-
2 tell on
klikken over, verraden -
3 click
n. tik, klik (ook op de computer), een muis klik (op computers)--------v. kloppen; slagenclick1[ klik] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 klik ⇒ tik, klak————————click21 klikken ⇒ tikken, ratelen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
4 clack
n. klik, klap, tik, geklepper--------v. klepperen, klikkenclack1[ klæk] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 klik ⇒ klap, tik, geklepper♦voorbeelden:————————clack2〈 werkwoord〉1 klepperen ⇒ klikken, tikken♦voorbeelden: -
5 grass
n. gras; grasveld; hasjiesj (in spreektaal)--------v. met gras bedekken; klikkengrass1[ gra:s]1 gras2 grasland ⇒ weiland, grasperk♦voorbeelden:keep off the grass • verboden het gras te betredenput someone/send someone/turn someone out to grass • iemand de wei insturen; iemand eruit gooien/sturen————————grass2♦voorbeelden:1 grass on someone • iemand verraden/aangevenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 met gras bedekken/bezaaien♦voorbeelden: -
6 peach
n. perzik; kleur van perzik, rood-geel; prachtig (spreektaal)--------v. klikken (slang)peach1[ pie:tsj] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:a peach of a housewife • een prima huisvrouw————————peach2♦voorbeelden: -
7 squeal
n. gil, schreeuw, gepiep--------v. gillen, janken, krijsen; klikken, de boel verradensqueal1[ skwie:l] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 gil ⇒ schreeuw, gepiep————————squeal21 krijsen ⇒ piepen, snerpen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
8 tattle
n. geklets, gebabbel--------v. kletsen, babbelen, (uit de school) klappentattle1[ tætl] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 geklik————————tattle22 klikken♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
9 coller
coller [kollee]♦voorbeelden:3 coller à la pensée de qn. • iemands gedachte precies uitdrukken; 〈 ook〉 zich inspannen om iemands gedachte goed te kunnen volgencoller à un texte • 〈 van vertaling〉 te woordelijk zijn; 〈 van vertaler〉 te dicht bij het origineel blijven4 ça colle! • dat gaat goed!, dat klopt!, afgesproken!ça ne colle pas entre eux • het klikt niet tussen henII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 aanplakken ⇒ (vast)plakken, lijmen, dichtplakken4 〈 informeel〉gooien (in, tegen) ⇒ met kracht smijten (in, tegen)6 〈 vooral onderwijs〉 een strikvraag stellen ⇒ (met een vraag) in het nauw brengen ⇒ 〈 kandidaat〉 laten zakken♦voorbeelden:coller qn. en prison • iemand in de gevangenis zettencoller qc. par terre • iets op de grond smijten7 être collé • (moeten) nablijven, nazitten♦voorbeelden:se coller du rouge à lèvres • lippenstift opdoens'y coller • 〈 bij verstoppertje spelen〉met de ogen geblinddoekt wachten, terwijl de anderen zich gaan verstoppencolle-toi là • ga daar maar zittense coller devant la télévision • zich voor de televisie installeren1. v1) kleven (aan), vastplakken (aan)2) nauw sluiten [kleding]4) gesmeerd lopen, klikken5) aanplakken, dichtplakken6) lijmen8) smijten9) toedienen10) verkopen [klap]11) aansmeren, opdringen13) laten zakken14) laten nablijven [leerling]15) lastig vallen, hinderen [door zijn onophoudelijke aanwezigheid]2. se collerv2) zich toeleggen (op) [ondanks tegenzin] -
10 rapporter
rapporter [raaportee]II 〈 overgankelijk werkwoord〉3 rapporteren ⇒ verslag uitbrengen over, klikken5 toevoegen ⇒ opzetten, opnaaien7 in verband brengen ⇒ toeschrijven, toepassen♦voorbeelden:rapporter des on-dit • geruchten verspreiden, doorvertellen4 rapporter gros • veel opbrengen, opleverence champ rapporte • dat veld is vruchtbaar1 betrekking hebben (op) ⇒ overeenkomen (met), (terug)slaan op♦voorbeelden:¶ s'en rapporter à qn. • op iemand vertrouwen, zich op iemand verlatenje m'en rapporte à vous • ik laat het aan u overv1) wassen [zee]2) terugbrengen3) meebrengen4) rapporteren5) klikken6) opbrengen7) toevoegen8) annuleren -
11 выдавать
v1) gener. leveren, uitgeven, betalen (зарплату), klikken, overleveren, uitleveren (преступника), uitreiken, verraden2) busin. trekken -
12 доносить
v1) gener. aanbrengen, klikken, overbrengen, overdragen, (iem.) erbij lappen, aangifte doen, berichten, verklikken2) liter. aandragen, aansjouwen3) milit. rapporteren4) law. aangeven (на кого-л.) -
13 находить контак с человеком
vjarg. klikkenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > находить контак с человеком
-
14 щёлкать
vgener. klikken, knakken, knippen, kraken (орехи), slaan, klappen (кнутом, языком), klapperen (зубами), klappertanden, kleppen (об аисте), klepperen, klikklakken, knallen, knappen, tikken -
15 ябедничать
vgener. klikken, verklikken -
16 blow the gaff (on someone)
-
17 chirrup
n. piep, getjilp--------v. tjilpen, sjilpenchirrup1[ tsjirrəp] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 piep ⇒ getjilp, getjirp————————chirrup2〈 werkwoord〉1 tjirpen ⇒ tjilpen, piepen -
18 gaff
n. haak, speer; gaffel; nonsens--------v. met speer stekengaff1[ gæf] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 visspeer♦voorbeelden:————————gaff2〈 werkwoord〉 -
19 hypertext
n. hypertekst; tekst in een dokument waarop men met de muis kan klikken en dan naar een andere dokument of naar een ander deel van hetzelfde dokument wordt doorverbonden[ hajpətekst] 〈 computer〉 -
20 inform
v. informeren; doorgeven; laten weten; informatie verstrekken; klikken; volvullen; herleven[ info:m]♦voorbeelden:1 inform against/(up)on someone • iemand aanklagen/aanbrengenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
click — click1 clickless, adj. /klik/, n. 1. a slight, sharp sound: At the click of the latch, the dog barked. 2. a small device for preventing backward movement of a mechanism, as a detent or pawl. 3. Phonet. any one of a variety of ingressive, usually… … Universalium
Clique — Sf Gruppe erw. fremd. Erkennbar fremd (18. Jh.) Entlehnung. Entlehnt aus frz. clique, einer Ableitung von afrz. cliquer, clinquer lärmen, klingen , das wohl auf eine Vermengung von ndl. klinken schallend schlagen und ndl. klikken petzen,… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
click — {{11}}click (n.) 1610s, from CLICK (Cf. click) (v.). {{12}}click (v.) 1580s, of imitative origin (Cf. Du., E.Fris. klikken to click; O.Fr. clique tick of a clock ). The figurative sense of fit together (based on the sound of a key in a lock,… … Etymology dictionary
click — [[t]klɪk[/t]] n. 1) a slight, sharp sound: the click of a latch[/ex] 2) mac a small device for preventing backward movement of a mechanism, as a detent or pawl 3) phn any of a variety of ingressive, usu. implosive, speech sounds, phonemic in some … From formal English to slang
click — /klɪk / (say klik) noun 1. a slight, sharp sound: the click of a latch. 2. some clicking mechanism, as a detent or a pawl. 3. Phonetics a speech sound produced by allowing air to flow suddenly into a partial vacuum in the mouth or in part of the… …
click — n. & v. n. 1 a slight sharp sound as of a switch being operated. 2 a sharp non vocal suction, used as a speech sound in some languages. 3 a catch in machinery acting with a slight sharp sound. 4 (of a horse) an action causing a hind foot to touch … Useful english dictionary