-
1 dur
〈m., v.〉2 (een) harde ⇒ (een) taaie, (een) onverzettelijke♦voorbeelden:verre de dur • glas sterkedrankcoucher sur la dure • op de grond slapenil a été élevé à la dure • hij heeft een Spartaanse opvoeding gehadc'est un dur de dur • het is een keiharde jongen〈 politiek〉 un dur • iemand van de harde lijn, een havik————————〈bijvoeglijk naamwoord; ook bijwoord〉1 hard2 hard ⇒ ongevoelig, streng3 moeilijk ⇒ hard, zwaar♦voorbeelden:pain dur • oudbakken broodviande dure • taai vleesle soleil tape dur • de zon brandt (fel)il m'est dur d'accepter cela • het valt me zwaar dat aan te nemen¶ sommeil dur • diepe, vaste slaap〈 informeel〉 être dur à cuire • taai, een taaie rakker zijn1. m1) hard, onverzettelijk persoon, taaie2) stevig materiaal, beton, ijzer2. adj1) hard2) ongevoelig, hard(vochtig)3) moeilijk, zwaar3. advhard [werken, nadenken] -
2 cast-iron
cast-iron3 vast ⇒ onbuigzaam, hard(vochtig)♦voorbeelden:a cast-iron will/constitution • een ijzeren wil/gestel -
3 cruel
adj. wreed♦voorbeelden: -
4 uncharitable
-
5 ungenerous
-
6 dureté
dureté [duurtee]〈v.〉2 hard(vochtig)heid ⇒ strengheid, onbuigzaamheid3 〈 meervoud〉harde, scherpe woorden1. f1) hardheid, wreedheid2. duretésf plharde, scherpe woorden -
7 drakonisch
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Нидерландский