-
1 handschoenenkastje
• glove box• glove compartmentNederlands-Engels Technisch Woordenboek > handschoenenkastje
-
2 bokshandschoen
n. boxing glove, boxing mitt, padded leather mittens used in the sport of boxing -
3 dameshandschoen
n. glove with a cuff that covers the wrist -
4 handschoen
n. glove, protective covering for the hand (against cold, dirt, etc.) -
5 handschoenenkastje
n. glove compartment, special compartment in a vehicle which is used for storing small items -
6 handschoenkastje
n. glove compartment, special compartment in a vehicle which is used for storing small items -
7 handschoenmaker
n. glove maker -
8 verwijfd
adj. effeminate, womanish, ladylike, kid glove, milky--------adv. womanishly -
9 bokshandschoen
-
10 dashboardkastje
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dashboardkastje
-
11 deken
I 〈 de (mannelijk)〉1 [overste, hoofd] dean♦voorbeelden:de deken van het corps diplomatique • doyen of the diplomatic corpsII 〈de〉1 [kleed] blanket♦voorbeelden:onder de dekens kruipen • pull the cover(s) over one's head -
12 die jurk zit als gegoten
die jurk zit als gegotenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > die jurk zit als gegoten
-
13 die kleren zitten als gegoten
die kleren zitten als gegotenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > die kleren zitten als gegoten
-
14 dit vest past precies
dit vest past preciesthis waistcoat fits nicely/ 〈 informeel〉to a T/like a gloveVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dit vest past precies
-
15 gegoten
-
16 gieten
1 [vocht laten stromen, schenken] pour2 [in een vorm laten stromen] cast 〈 voornamelijk metalen〉; found 〈 klokken, glas〉; mould 〈 voornamelijk plastic, kaarsen enz.〉 ⇒ 〈 in metalen gietvorm〉 die-cast3 [besproeien] water♦voorbeelden:2 〈 figuurlijk〉 zijn gedachten in een bepaalde vorm gieten • couch one's thoughts in a particular formeen gegoten kachel • a cast-iron stovedie kleren zitten als gegoten • his clothes fit (him) like a gloveII 〈 onpersoonlijk werkwoord〉1 [stortregenen] pour (down)♦voorbeelden:1 het giet, het regent dat het giet • it's pouring (down), it's raining cats and dogs -
17 glacéhandschoen
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > glacéhandschoen
-
18 gummi
-
19 gummihandschoen
gummihandschoenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > gummihandschoen
-
20 hand
1 [lichaamsdeel] hand♦voorbeelden:in andere handen komen • change handsblote handen • bare handsdie zaak is in goede/slechte handen • that matter is in good/bad handsin goede/verkeerde handen vallen • 〈 figuurlijk〉 fall into the right/wrong handsiemand de helpende hand bieden • lend someone a (helping) handniet met lege handen komen • not come empty-handed〈 figuurlijk〉 uit de losse hand • roughly, in an improvised wayiets met vaste hand doen • do something with a sure touch〈 figuurlijk〉 met vaste/krachtige hand regeren • rule with a firm/iron handhij is in veilige handen • he is in safe handsiemand (de) handen vol werk geven • give someone no end of work/troublede handen vol hebben aan iemand/iets • have one's hands full with someone/somethinghij heeft de handen meer dan vol • he has enough/too much on his platedat kost handen vol geld • that costs lots of moneyiets aan vreemde handen toevertrouwen • entrust something to strangershij heeft de handen niet vrij • he does not have a free hand〈 figuurlijk〉 de vrije hand hebben/krijgen • have/acquire a free handergens zijn handen niet aan vuil willen maken • refuse to soil one's hands with something〈 figuurlijk〉 ik draai er mijn hand niet voor om • 〈 ik heb er geen moeite mee〉 I think nothing of it; 〈 het kan me niet schelen〉 I don't care a rap (for it)iemand de hand drukken/geven/schudden • give someone one's hand, shake hands with someonedan kunnen we elkaar de hand geven • we're in the same boat〈 figuurlijk〉 iemand de hand boven het hoofd houden • 〈 aan zijn kant staan〉 stand by someone; 〈 iemand beschermen die iets misdaan heeft〉 protect someone〈 figuurlijk〉 de handen op elkaar krijgen • earn/get applause〈 figuurlijk〉 de hand op iets/iemand leggen • lay hands on someone/somethingiemands hand lezen • read someone's palmde hand lichten met het reglement • disregard the regulationselkaar de hand reiken • hold out a hand to each other 〈 ook figuurlijk〉; 〈 figuurlijk〉 reach out to each otherhanden schudden • shake handshij steekt geen/nooit een hand uit • he never does a stroke of workde hand over het hart strijken • 〈 figuurlijk〉 be lenient/soft-heartedhij kan zijn handen niet thuishouden • he can't keep his hands to himselfdaar wordt vaak de hand mee gelicht • that is often skimped/not taken seriously(mijn) hand erop! • you have/here's my hand on it!handen omhoog! (of ik schiet) • hands up!/ 〈 informeel〉stick 'em up! (or I'll shoot)handen thuis! • hands off!〈 figuurlijk〉 iets aan de hand hebben • 〈 met iets bezig zijn〉 have something going/on; 〈 bij iets betrokken zijn〉 be involved in somethingaan de hand van deze berekeningen • on the basis of these calculationsiemand een middel aan de hand doen tegen huiduitslag • put someone on to a good remedy for a rashniks aan de hand! • there's nothing the matteraan de hand van deze ervaringen concludeer ik … • in view of these experiences I conclude …iets achter de hand hebben • 〈 figuurlijk〉 have something to fall back on; 〈 heimelijk〉 have something up one's sleevewat geld achter de hand houden • keep some money for a rainy dayik heb mijn gummetje altijd vlak bij de hand • I always have my rubber near at handin de handen klappen • clap one's handsiemand iets in handen spelen • put something someone's wayiemand iets in de hand duwen/stoppen • slip/thrust something into someone's hands; 〈 figuurlijk〉 palm/fob someone off with somethingeen bewijs in handen hebben • have evidencehet onderzoek is in handen van N. • the investigation is being conducted by N.de markt in handen hebben • control/have control of the marketde politie heeft de zaak nu in handen • the police have the case in handde macht in handen hebben • have powerde toestand in de hand hebben • have the situation in handin handen vallen van de politie/de vijand • fall into the hands of the police/enemy〈 figuurlijk〉 iets met beide handen aangrijpen • jump at something; 〈 aanbod, gelegenheid ook〉 seize (upon) somethingmet de hand gemaakt/geschreven • hand-made/handwritten〈 figuurlijk〉 iemand naar zijn hand zetten • force/mould/bend someone to one's will, manage someone, twist someone round one's (little) fingeriets om handen hebben • have something to do〈 figuurlijk〉 iemand onder handen nemen • take someone in hand/to taskiemand op (de) handen dragen • 〈 figuurlijk〉 worship/idolize someonehand over hand toenemen • increase hand over fist, gain ground rapidlyiemand iets ter hand stellen • hand something (over) to someoneiets ter hand nemen • take something up, take something in hand, undertake somethinger komt niets uit zijn handen • he doesn't get anything doneuit de hand lopen • get out of handiemand het werk uit (de) handen nemen • take work off someone's handsiets van de hand doen • sell/part with/dispose of somethingvan hand tot hand gaan • be passed from hand to handgoed/duur van de hand gaan • sell well/at high prices 〈 van koopwaren〉dat is de meest voor de hand liggende conclusie • that is the most obvious conclusiongeen hand voor iemand/iets uitsteken • not lift a finger for someone/somethinghij heeft er geen hand naar uitgestoken • 〈 niets aan gedaan〉 he hasn't done a stroke of work on it; 〈 niets van gegeten〉 he hasn't touched itgeen hand voor ogen kunnen zien • 〈 figuurlijk〉 not be able to see one's hand in front of one('s face)ik heb maar twee handen! • I have only (got) one pair of hands!een verhaal van de hand van • a story (written) by3 de zieke is aan de beterende hand • the patient is on the mend/getting betteraan mijn rechter/linker hand • on my right/left (hand/side)aan de winnende hand zijn • be winning〈 figuurlijk〉 iemand op zijn hand hebben/krijgen • have/get someone on one's side¶ wat is er daar aan de hand? • what's going on there?〈 figuurlijk〉 alsof er niets aan de hand was • as if nothing had happened/was wronger is iets aan de hand • there's something the matter/upiets/iemand in de hand werken • encourage something/someone; 〈 iets ook〉 make for something; 〈 iemand ook〉 play into someone's hands〈 van personen〉 zwaar op de hand zijn • be heavy/ponderousop handen zijn • be (near) at hand/imminent/forthcomingvan de hand in de tand leven • live from hand to moutheen verzoek/voorstel van de hand wijzen • refuse a request 〈 verzoek〉; turn down a proposal 〈 voorstel〉
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Glove — (gl[u^]v), n. [OE. glove, glofe, AS. gl[=o]f; akin to Icel. gl[=o]fi, cf. Goth. l[=o]fa palm of the hand, Icel. l[=o]fi.] [1913 Webster] 1. A cover for the hand, or for the hand and wrist, with a separate sheath for each finger. The latter… … The Collaborative International Dictionary of English
glove — O.E. glof glove, covering for the hand, also palm of the hand, from P.Gmc. *galofo (Cf. O.N. glofi), probably from *ga collective prefix + *lofi hand (Cf. O.N. lofi, M.E. love, Goth. lofa flat of the hand ), from PIE *lep be flat; p … Etymology dictionary
glove — glove; glove·less; glove·man; un·glove; … English syllables
glove — [gluv] n. [ME < OE glof & ON glofi < ? Gmc * ga lōfa < * ga , together (OE ge ) + * lōfa (Goth lōfa), palm of the hand: for IE base see LUFF] 1. a covering for the hand, made of leather, cloth, etc., with a separate sheath for each… … English World dictionary
Glove — Glove, v. t. [imp. & p. p. {Gloved}; p. pr. & vb. n. {Gloving}.] To cover with, or as with, a glove. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
glove — [glʌv] n [: Old English; Origin: glof] 1.) a piece of clothing that you wear on your hand in order to protect it or keep it warm →↑mitten ▪ a pair of gloves ▪ boxing gloves rubber/leather etc gloves 2.) the gloves are off used … Dictionary of contemporary English
glove — ► NOUN 1) a covering for the hand having separate parts for each finger and the thumb. 2) a padded protective covering for the hand used in boxing and other sports. ● fit like a glove Cf. ↑fit like a glove DERIVATIVES gloved adjective … English terms dictionary
Glove — bezeichnet: eine ehemalige New Wave /Synthie Pop Band, siehe The Glove den Handschuh beim Baseball, siehe Baseballhandschuh Diese Seite ist eine Begriffsklärung zur Unterscheidung mehrerer mit demselben Wort bezeichneter Beg … Deutsch Wikipedia
glove — [ glʌv ] noun count ** 1. ) a piece of clothing that covers your fingers and hands: a pair of gloves leather/silk gloves rubber gloves: Wear rubber gloves when handling harsh chemicals. 2. ) a BOXING GLOVE take the gloves off to start fighting or … Usage of the words and phrases in modern English
glove — [n] hand covering for warmth, protection gage, gauntlet, mitt, mitten, muff; concept 451 … New thesaurus
Glove — Mittens redirects here. For the geological formation, see Monument Valley. For other uses, see Glove (disambiguation). Pair of gloves, 1603 1625 V A Museum no.1506 A 1882 … Wikipedia