-
101 vergeven
2 [vergiftigen] poison3 [uitdelen] give (away)♦voorbeelden:1 ik kan mezelf nooit vergeven, dat ik … • I can never forgive myself for (…ing)vergeef mij! • forgive/pardon mevergeven van de luizen • lice-ridden, crawling with licezij heeft zes vrijkaartjes te vergeven • she has six free tickets to give away -
102 verkopen
1 [verkocht worden] sell♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [tegen een prijs overdoen] sell2 [toedienen] give3 [ten beste geven] 〈zie voorbeelden 3〉♦voorbeelden:1 drugs verkopen • peddle/push drugsnee verkopen • give (someone) no for an answermet winst/verlies verkopen • sell at a profit/losséénmaal! andermaal! verkocht! • going! going! gone!¶ als je dat doet, ben je verkocht • if you do that, you're done for -
103 verraden
3 [kenbaar maken] betray ⇒ give (oneself/the game) away♦voorbeelden:iemand aan de politie verraden • squeak/rat on someone2 een geheim verraden • betray/let out a secretniets verraden, hoor! • don't breathe a word!zijn achternaam verried dat hij uit Friesland kwam • his surname indicated that he came from Friesland -
104 verspreiden
2 [uiteen (doen) gaan] disperse♦voorbeelden:een kwalijke geur verspreiden • give off a ghastly smelllicht verspreiden • shed lightwarmte verspreiden • give off heateen reclamefolder op ruime schaal verspreiden • distribute an advertizing brochure on a wide scalezich over de hele aarde verspreiden • spread all over the world -
105 verwelkomen
♦voorbeelden:officieel verwelkomd worden • be officially welcomediemand uitbundig verwelkomen • give someone an enthusiastic welcome -
106 voorrang verlenen
voorrang verlenengive way/priority; 〈 verkeer〉 give right of way, AyieldVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > voorrang verlenen
-
107 vrijgeven
1 [vrijaf geven] give time/the day off, give a holiday/leave of absenceII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [vrijlaten, het gebruik toestaan] release♦voorbeelden:iets voor publicatie vrijgeven • release something for publication -
108 wat
wat1〈 bijwoord〉3 [met betrekking tot verbazing/verbijstering] isn't it/that/he 〈enz.〉 …, aren't they/those 〈enz.〉 … ⇒ how4 [waarom] why♦voorbeelden:1 hij is wat traag • he is a little slow/on the slow side2 hij is er wat blij mee/trots op • he is extremely pleased with/proud of itzo eerlijk als wat • as honest as they comewat lief van je! • how nice of you!wat is het koud! • isn't it cold!, what cold weather!wat ze niet verzinnen tegenwoordig • the things they come up with these dayswat wil je nog meer? • what more do you want?wat zal hij blij zijn! • how happy/pleased he will be!〈 ironisch〉 wat zijn we weer leuk • (are you) trying to be funny?4 wat lacht hij toch? • what's he laughing for/at?————————wat22 [zonder antecedent] what3 [met voorafgaande zin als antecedent] which♦voorbeelden:alles wat je zegt, klopt • everything you say is truedat wat • whatwat mij aangaat • as for me, as far as I am concernedwat dit betreft • as far as this is concerneddoe nou maar wat ik zeg/wat je gezegd wordt • just do as I say/you're toldje kunt doen en laten wat je wilt • you can do what/as you please/like/wantik zal doen wat ik kan • I'll do what(ever) I canje kunt zeggen wat je wilt, maar verlegen is ze niet • (you can) say what you like, (but) she certainly is not shy3 hij zei dat hij het niet gemerkt had, wat natuurlijk niet waar was • he said he hadn't noticed, which was not true obviouslyze zag eruit als een verpleegster, wat ze ook was • she looked like a nurse, which in fact she was tooII 〈 vragend voornaamwoord〉1 [zelfstandig/bijvoeglijk gebruikt] what ⇒ 〈 bij beperkte keuze〉 which, 〈 verbazing uitdrukkend〉 whatever2 [waarom] why♦voorbeelden:1 wat bedoel je? • what(ever) do you mean?; 〈 sterker of ironisch〉 what(ever) are you talking about?wat bedoel je daar nou mee? • just what do you mean by that?; 〈 sterker〉 just what is that supposed to mean?wát ga je doen? • you are going to do what?wat heb je 't liefste, koffie of thee? • which do you prefer, coffee or tea?wat is er? • what's the matter?wat krijgen we nou? • what's this supposed to mean?; 〈 van politieagent〉 what's all this then?(en?) wat mag het zijn? • 〈 met betrekking tot drankje〉 what would you like (to drink); 〈 door winkelbediende gezegd〉 can I help you?wat zeg je? • what did you say?; 〈 informeel〉 sorry?, what?, come again; 〈 beleefd〉 (I beg your) pardon?wat zou dat? • what of it?wat dan nog? • so what?, what of it?wat is het voor iemand? • what's he/she like?wat voor weer is het? • what's the weather like (outside)?wat voor een naam is dat?! • what kind of name is that?!♦voorbeelden:daar vraag je me wat • now you're askingwil je wat drinken? • would you like something to drink?misschien wordt het wel wat tussen die twee • it may come to something between those twoik zal je eens wat zeggen • (just) listen (to me)!; 〈 sterker, als uitdaging〉 just you listen to me!ik zie wat • I (can) see somethingzie jij wat? • do/can you see anything?daar zit wat in • there's something to/in ithet is altijd wat met hem • there's always something up with himwat er ook gebeurt, blijf kalm • whatever happens, stay calmIV 〈 uitroepend voornaamwoord〉1 what♦voorbeelden:1 wat kun jij mooi tekenen • how well you draw!wat kun jij liegen, zeg • what a(n awful) liar you are!wat een mooie benen! • look at those legs!wat een onzin • what (absolute) nonsense————————wat3♦voorbeelden:1 geef me wat suiker/geld • give me some sugar/moneygeef mij ook wat • let me have some toowat meer • a bit/little morewat minder • a bit/little lesseen stuk of wat • two or threeeen dag of wat • a day or so/twoheel wat verdienen • earn quite a bitdat scheelt heel wat/nogal wat • that makes quite a (bit of a) difference————————wat41 what♦voorbeelden:1 wat! komt hij niet? • what! isn't he coming? -
109 welkom
welkom1〈 het〉1 welcome♦voorbeelden:1 iemand een feestelijk/hartelijk welkom bereiden • give someone a festive/warm welcome————————welkom21 [gelegen komend] welcome2 [aangenaam] welcome♦voorbeelden:iemand hartelijk welkom heten • give someone a hearty/cordial welcomeiemand het gevoel geven dat hij welkom is • make someone welcomeergens niet welkom zijn • be not welcome/unwelcome somewhereiets welkom heten • welcome something————————welkom31 welcome♦voorbeelden:welkom in dit land • welcome to this country -
110 werk
2 [plaats] work♦voorbeelden:het betere werk • the right thingzijn werk goed/slecht doen • make a good/bad job of one's workhet grote werk • the big jobgeen half werk doen • not stop at half measures, go the whole hogze houden hier niet van half werk • they don't do things by halves heredat is een heel werk • it's quite a joblos werk hebben • have a casual jobhet is onbegonnen werk • it's a hopeless taskpublieke werken • public workshet vuile werk opknappen (voor iemand) • do the dirty work (for someone)aangenomen werk • contract workeen nieuwe fabriek geeft werk aan 250 mensen • a new factory provides jobs/work for 250 people(vast) werk hebben • have a regular jobhet is zijn werk • it's his businesshij kan het werk niet aan • 〈 te zwaar〉 he isn't up to his work; 〈 te veel〉 he's up to the neck in workveel werk maken van de aankleding van zijn huis • take great pains over the furnishing of one's houseiemand werk opdragen • give someone a task(op school) werk opgeven • give an assignmentwerk zoeken • look for work/employment〈 figuurlijk〉 heb je altijd zo lang werk met het eten klaarmaken • do you always take so long preparing dinner/breakfast/ 〈enz.〉aan het werk gaan • set to workaan het werk houden • keep goingiedereen aan het werk! • everybody to their work!iemand aan het werk zetten • put someone to workhard aan het werk gaan • set to work at full tilt〈 figuurlijk〉 er is werk aan de winkel • there's work to be done, there's a lot to do/to be doneer is weinig werk in de bouw • work is slack in the building tradehoe gaat dat in z'n werk? • how is it done?werk in uitvoering • road workshoe is dat allemaal in zijn werk gegaan • how did it all come abouthet ging allemaal zo razendsnel in zijn werk • it was all such very quick workonder het werk mag er niet gerookt worden • smoking is forbidden at work/during working hourste werk stellen • employ, set to workheel behoedzaam te werk gaan • go very carefullyimpulsief te werk gaan, oneerlijk te werk gaan • act on impulse, act unfairlyieder ging op zijn eigen manier te werk • each took his/her own linezonder werk zitten • be out of work/unemployedniet op zijn werk komen • fail to turn up for work/dutywerk van iemand maken • play up to someonewerk van iets maken • do something about something; take action; 〈 sterker〉 put some work into something; 〈 klacht indienen〉 complain about somethingze wilden er geen werk van maken • they didn't want to take the matter in handalles in het werk stellen • make every effort to, strain every nerve (to), leave no stone unturneddat is geen werk • that's unfair -
111 wijken
1 [uit de weg gaan; ook figuurlijk] give in/way (to), yield (to)2 [vluchten, verdwijnen] disappear, go3 [niet horizontaal/verticaal lopen] recede♦voorbeelden:voor iemand wijken • 〈 ook figuurlijk〉 stand aside for someone; 〈figuurlijk; informeel〉 kowtow to someoneniet voor geweld willen wijken • not want to give in to violencewijken voor de overmacht • yield to superior numbershij weet van geen wijken • he sticks to his gunsde muren wijken • the walls are out of true -
112 wijs
wijs1〈de〉2 [melodie] tune3 [taalkunde] mood♦voorbeelden:bij wijze van spreken • so to speak, as it werebij wijze van uitzondering • as an exceptionop de een of andere wijze • one way or anotherop deze/die wijze • 〈 ook〉 like this/thatop generlei/geen enkele wijze • in no wayop enigerlei wijze • in any waywijze van betaling • method of payment2 hij kan geen wijs houden • he sings/plays out of tunewijs houden • keep/sing/play in tuneeen lied zingen op de wijs van de Internationale • sing a song to the tune of the Internationalehij was helemaal van de wijs • he was completely at sea3 〈 van werkwoord〉 de aantonende/aanvoegende/gebiedende wijs • the indicative/subjunctive/imperative (mood)————————wijs21 [verstandig, (veel) wetend] wise2 [kindertaal] [erg leuk, goed] super♦voorbeelden:een wijs man • a wise manben je niet (goed) wijs? • are you mad/crazy?ben je wel wijs? • 〈 ook〉 are you in your right mind?hij is niet wijzer • he doesn't know any betteriemand door schade en schande wijs laten worden • give someone enough rope to hang himselfwees wijs • be smartik werd er niet/geen cent wijzer van • I came away none the wiserik kan er niet wijs uit worden • I can't make head or tail of itje wordt niet wijs uit hem • you can't get anything out of himhij zal wel wijzer wezen • he knows better than thathij zal nooit wijzer worden • he'll never learnde wijste zijn • give in, accept things (as they are)vroeg wijs • precocioushet kind is wijs voor zijn leeftijd • the child is very knowing for its age -
113 wisselen
2 [geldwezen] change ⇒ give/make change♦voorbeelden:1 de prijzen wisselen nogal • the prices change/fluctuate somewhatvan plaats wisselen • change placeskunt u wisselen? • can you change this?honderd gulden wisselen in Franse franks • change a hundred guilders into/for French Francs♦voorbeelden:♦voorbeelden:van gedachten wisselen over • exchange views/ideas about -
114 woord
1 word♦voorbeelden:1 in woord en beeld • in pictures and text, with an illustrated description (of)een woord van dank • a word of thanksop mijn woord van eer • on my word of honourmet andere woorden • in other wordsgevleugelde woorden • winged/famous wordsgeen goed woord voor iets over hebben • not have a good word to say about somethingzij heeft maar een half woord nodig • she can take a hint〈 figuurlijk〉 het hoge woord moest eruit • the truth had to be told/come out, he 〈enz.〉 had to come out with ithij moet altijd het laatste woord hebben • he always has to have the last worddaarover is het laatste woord nog niet gesproken • 〈 daar horen we nog meer over〉 we haven't heard the last of that; 〈 dat is nog niet beslist〉 I haven't had my final say in the matterhet verlossende woord spreken • save the situation (by saying something)vieze woorden • dirty words, four-letter wordsiemand aan zijn woord houden • keep/hold someone to his word/promisehet woord doen • do the talkinghet woord geven aan • hand/give the floor over tozijn woord geven • give one's wordiemand de woorden uit de mond halen • take the words right out of someone's mouthzijn woord houden • keep/be as good as one's wordhet woord is aan u/u hebt het woord • the floor is yours/you have the flooriemand de woorden in de mond leggen • put words into someone's mouthhet woord tot iemand richten • address/speak to someoneiemands woorden verdraaien • twist someone's wordshet woord voeren • speak, be/act as spokesperson/spokesmanlaten we er geen woorden meer aan vuilmaken • we'll say no more about itniet veel/geen woorden aan/over iets vuilmaken • not waste words/one's breath on somethingzijn woorden (op een goudschaaltje) wegen • weigh/choose one's words (carefully)iemand aan het woord laten • allow someone to/let someone finish (speaking/talking)niet in woorden uit te drukken • beyond words, defying descriptionin woord en geschrift • in speech and in writing/printmet geen woord over iets reppen • not say/breathe a word about somethingmet/in één woord • in a word, in sum/shortiets onder woorden brengen • put something into wordsik geloof u op uw woord • I take you at your word/your word for itop zijn woorden letten • be careful about what one saysiemand te woord staan • speak to/see someoneniet uit zijn woorden kunnen komen • not be able to express oneself, fumble for wordsiets woord voor woord navertellen • repeat something word for word/verbatimergens geen woorden voor hebben • have no words for somethingdat is geen woord te veel gezegd • that's putting it/things mildlyer geen woord tussen kunnen krijgen • not be able to get a word in (edgeways)met twee woorden spreken • ±be politeze heeft het niet met zoveel woorden gezegd, maar … • she didn't say it in so many words, but …woorden schieten te kort om … • words are not adequate to …; 〈 ook〉 words fail me! -
115 woordje
1 word♦voorbeelden:een goed woordje doen voor iemand • put in a (good) word for someoneeen hartig woordje met iemand spreken • give someone a (good) talking-to, give someone a piece of one's mindlieve woordjes • endearmentszoete woordjes fluisteren • whisper sweet nothings (into someone's ear)ook een woordje meespreken • say one's piece -
116 zijn gedachten de vrije loop laten
zijn gedachten de vrije loop latengive one's thoughts/imagination free rein————————zijn gedachten de vrije loop latenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zijn gedachten de vrije loop laten
-
117 aalmoezen
n. give alms -
118 aangeven
v. give, hand, pass; indicate; register; assign; state, notify, point to, declare; delate -
119 aanzeggen
v. announce, notify, inform; give notice (often of termination of employment or a living situation) -
120 afgeven
v. give off, shed, emit; deliver, deposit
См. также в других словарях:
Give — (g[i^]v), v. t. [imp. {Gave} (g[=a]v); p. p. {Given} (g[i^]v n); p. pr. & vb. n. {Giving}.] [OE. given, yiven, yeven, AS. gifan, giefan; akin to D. geven, OS. ge[eth]an, OHG. geban, G. geben, Icel. gefa, Sw. gifva, Dan. give, Goth. giban. Cf.… … The Collaborative International Dictionary of English
give — [giv] vt. gave, given, giving [ME given (with g < ON gefa, to give), yeven < OE giefan, akin to Ger geben < IE base * ghabh , to grasp, take > L habere, to have: the special Gmc sense of this base results from its use as a substitute… … English World dictionary
Give in to Me — Single par Michael Jackson extrait de l’album Dangerous Face A Give In to Me (5:28) Face B Dirty Diana (4:52) Beat It (4:17) Sortie 15 février … Wikipédia en Français
give — ► VERB (past gave; past part. given) 1) freely transfer the possession of; cause to receive or have. 2) yield as a product or result. 3) carry out (an action). 4) cause to experience or suffer. 5) state or put forward (information or argument) … English terms dictionary
Give — Give, v. i. 1. To give a gift or gifts. [1913 Webster] 2. To yield to force or pressure; to relax; to become less rigid; as, the earth gives under the feet. [1913 Webster] 3. To become soft or moist. [Obs.] Bacon . [1913 Webster] 4. To move; to… … The Collaborative International Dictionary of English
Give it to Me — «Give It To Me» Sencillo de Timbaland featuring Nelly Furtado y Justin Timberlake del álbum Shock Value Formato Descarga digital, CD, sencillo de 12 Grabación 2006 Género(s) Pop Rap … Wikipedia Español
Give It To Me — ist ein Lied des US amerikanischen Produzenten Timbaland, in Zusammenarbeit mit Nelly Furtado und Justin Timberlake. Produziert wurde der Song für Timbalands zweites Studio Album Timbaland Presents Shock Value, das im April 2007 erschien.… … Deutsch Wikipedia
Give It to Me — ist ein Lied des US amerikanischen Produzenten Timbaland, in Zusammenarbeit mit Nelly Furtado und Justin Timberlake. Produziert wurde der Song für Timbalands zweites Studio Album Timbaland Presents Shock Value, das im April 2007 erschien.… … Deutsch Wikipedia
give — vt gave, giv·en, giv·ing 1 a: to make a gift of I give the remainder of my estate to my wife compare convey, sell b: to grant or bestow by formal action the law give s … Law dictionary
Give It 2 Me — Give It to Me Cette page d’homonymie répertorie les différents sujets et articles partageant un même nom. Give It to Me ou Give It 2 Me (de l anglais signifiant littéralement « Donne le moi ») peut faire référence à : Give It to Me … Wikipédia en Français
Give It To Me — Cette page d’homonymie répertorie les différents sujets et articles partageant un même nom. Give It to Me ou Give It 2 Me (de l anglais signifiant littéralement « Donne le moi ») peut faire référence à : Give It to Me, une chanson… … Wikipédia en Français