-
1 gebiedend
1 [met betrekking tot woorden/gebaren] authoritative ⇒ commanding, 〈 geen tegenspraak duldend〉 peremptory, 〈 aanmatigend〉 imperious3 [taalkunde] imperative♦voorbeelden:gebiedend naar iets wijzen • gesture peremptorily at something3 gebiedende wijs • imperative mood, imperative -
2 gebiedend
adj. commanding, domineering; authoritative, authoritarian, despotic -
3 gebiedend naar iets wijzen
gebiedend naar iets wijzenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > gebiedend naar iets wijzen
-
4 een gebiedend voorschrift
een gebiedend voorschriftVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een gebiedend voorschrift
-
5 dictatoriaal
1 [als (van) een dictator] dictatorial♦voorbeelden:dictatoriaal geregeerde landen • dictatorially governed countries -
6 dwingend
2 → link=dwingerig dwingerig♦voorbeelden:dwingende redenen • compelling reasonsII 〈 bijwoord〉1 [op gebiedende wijze] authoritatively♦voorbeelden:
Перевод: с нидерландского на английский
с английского на нидерландский- С английского на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский