-
81 smachten
1 [+ naar] désirer ardemment♦voorbeelden:smachten naar een koele dronk • mourir d'envie d'une boisson fraîche -
82 snakken naar een koud biertje
snakken naar een koud biertje -
83 snakken
2 [+ naar][smachten (naar)] aspirer (à)♦voorbeelden: -
84 speelsheid
-
85 springen
1 [algemeen] sauter2 [kaatsen] rebondir3 [m.b.t. vloeistoffen] jaillir4 [bankroet gaan] faire faillite♦voorbeelden:het glas is gesprongen • le verra a éclatéer is een snaar gesprongen • une corde a pétéhij staat te springen om weg te komen • il brûle d'envie de partir〈 figuurlijk〉 zitten te springen om iemand, iets • attendre fébrilement qn., qc.er bovenop springen • sauter dessus〈 figuurlijk〉 eruit springen • 〈 geen verlies lijden〉 rentrer dans ses frais; 〈 opvallen〉 ne pas passer inaperçuje kunt hoog of laag springen het moet toch gebeuren • on aura beau faire des pieds et des mains, on n'y changera rieneen brug in de lucht laten springen • faire sauter un ponthet verkeerslicht sprong op groen • le feu est passé au vertop springen staan • 〈 boos zijn〉 être à bout de nerfs; 〈 haast hebben〉 être pressé; 〈 naar de wc moeten〉 ne plus pouvoir se retenirover een sloot springen • sauter un fosséuit een raam springen • sauter par une fenêtreuit het bed springen • sauter du litvan een rijdende trein springen • descendre d'un train en marchede kurk is van de fles gesprongen • le bouchon de la bouteille a sauté -
86 streek
3 [strijkende beweging, aanraking] touche 〈v.〉; 〈 pen〉 trait 〈m.〉; 〈 strijkinstrument〉 coup 〈m.〉 d'archet♦voorbeelden:een gemene streek • un tour de cochoneen stomme streek begaan • faire une bêtiseiemand een vuile streek leveren • jouer un vilain tour à qn.we zullen hem die streken wel afleren • on va lui faire passer l'envie de recommencerstreken uithalen • faire des sienneszijn streken thuis krijgen • recevoir la monnaie de sa pièce -
87 tegen iets aan hikken
tegen iets aan hikken〈 ertegen opzien〉 se faire une montagne de qc.; 〈 geen zin hebben〉 n'avoir pas envie de qc.; 〈 niet kunnen accepteren〉 avoir de la peine à avaler qc. -
88 tijd en lust ontbreken me om …
tijd en lust ontbreken me om …le temps et l'envie me manquent pour … -
89 tijd noch zin hebben
tijd noch zin hebben -
90 toch
1 [desondanks] cependant2 [eigenlijk] au fond3 [inderdaad] effectivement4 [ter versterking van een uitspraak; uitdrukking van schrik, verbazing, ongeduld] donc5 [nu eenmaal] de toute façon6 [om aan te geven dat men bevestiging verwacht] non?7 [immers] en effet8 [per slot van rekening] en fin de compte♦voorbeelden:1 hoe graag ik ook zou gaan, ik blijf toch thuis • quelle que soit mon envie d'y aller, je resterai quand même à la maison2 nee hoor, of ja, toch wel • non, non, ou plutôt, oui3 toch maar goed dat hij met hem is meegegaan • effectivement, c'est heureux qu'il l'ait accompagné4 jongen toch, hoe kan je dat nou doen! • mais enfin, comment peux-tu faire une chose pareille!waar blijven ze toch? • mais où sont-ils donc?zij had me toch een wagen! • elle avait une de ces voitures!kom toch binnen • entrez doncwaar was je toch? • mais où donc étais-tu?het wordt toch niks • cela ne donnera rien de toute façon6 dat is toch belachelijk? • mais c'est se moquer du monde!ja toch? • non?nee toch? • c'est pas vrai!8 dat pand is toch nog verkocht • finalement, cet immeuble a été vendu -
91 toevallig heb ik daar geen zin in
toevallig heb ik daar geen zin inDeens-Russisch woordenboek > toevallig heb ik daar geen zin in
-
92 toevallig
♦voorbeelden:toevallig heb ik daar geen zin in • il se trouve que je n'en ai pas enviemocht er toevallig iemand langskomen • si par hasard qn. passait -
93 trek
♦voorbeelden:iets in grote trekken vertellen • raconter qc. à grands traitsdat is een mooi trekje van haar • ça fait partie de ses qualitésonsympathieke trekken hebben • avoir des côtés antipathiquesiets met een paar vlugge trekken tekenen • faire un dessin en quelques traits de plumeeen spottende trek om de mond • des plis railleurs autour de la bouche7 ergens trek in hebben • avoir envie de (manger) qc.niet aan zijn trekken komen • rester sur sa faimals je er trek in hebt • si le coeur vous en ditde trek naar de stad • l'exode ruraldie vogels zijn hier op de trek • ces oiseaux sont en migrationhij zal zijn trekken thuis krijgen • il recevra la monnaie de sa pièce -
94 vergaan
1 [voorbijgaan; ophouden] passer3 [ten onder gaan] périr4 [+ van] mourir (de)♦voorbeelden:horen en zien vergaat je erbij • il y fait un bruit infernalvergaan van de kou • mourir de froid¶ hoe is het jou vergaan? • comment ça s'est passé pour toi?het zal hem slecht vergaan • mal lui en prendra -
95 verteren
1 [als voedsel verwerken; met de geest verwerken] digérer2 [uitgeven] dépenser♦voorbeelden:dat boek is niet te verteren • ce livre est indigestedie opmerking is niet te verteren • cette remarque n'est pas facile à digérer→ link=pot potdoor nijd verteerd worden • être rongé par l'enviedoor verdriet verteerd worden • être consumé par le chagrin1 [als voedsel verwerkt worden] se digérer2 [vergaan] se décomposer3 [consumpties gebruiken] consommer♦voorbeelden: -
96 voelen
1 [algemeen] sentir♦voorbeelden:zoiets moet je voelen • qc. comme ça, il faut pouvoir le sentirhij schijnt die beledigingen niet te voelen • il semble insensible à ces insultesde grond onder je voeten voelen wegglijden • sentir le sol se dérober sous ses pieds 〈 ook figuurlijk〉ik voel wel waar hij heen wil • je devine où il veut en venirvoelt u wat ik bedoel? • vous comprenez ce que je veux dire?voel eens wat een zachte stof • sens comme ce tissu est douxvoel je hoe dat zit? • tu comprends quelle est la situation?→ link=horen horenII 〈wederkerend werkwoord; zich voelen〉1 [in een toestand verkeren] se sentir♦voorbeelden:1 voel je je wel lekker? • tu es sûr que ça va?zich ergens thuis voelen • se sentir qp. comme chez soizich beter voelen • se sentir mieux→ link=kat kat2 [genegenheid kennen; aantrekkelijk achten] être attiré par♦voorbeelden:veel voor een vak voelen • être très attiré par un métierer veel voor voelen om naar huis te gaan • avoir grande envie de rentrer (à la maison)ik voel er niet veel voor • ça ne me tente pas tropik voel meer voor Spanje • je préfère l'Espagnevoel je wat voor een weekendje Parijs? • un week-end à Paris, ça te dit? -
97 wat is dat voor een gril!
wat is dat voor een gril!quelle envie t'a pris! -
98 we zullen hem die streken wel afleren
we zullen hem die streken wel aflerenDeens-Russisch woordenboek > we zullen hem die streken wel afleren
-
99 we zullen je die grappen wel afleren!
we zullen je die grappen wel afleren!on saura bien t'en faire passer l'envie!Deens-Russisch woordenboek > we zullen je die grappen wel afleren!
-
100 zich niet geroepen voelen tot iets, om iets te doen
zich niet geroepen voelen tot iets, om iets te doenne pas avoir envie de faire qc.Deens-Russisch woordenboek > zich niet geroepen voelen tot iets, om iets te doen
См. также в других словарях:
envie — envie … Dictionnaire des rimes
envié — envié … Dictionnaire des rimes
envie — [ ɑ̃vi ] n. f. • XIIe; enveia Xe; enveie 980; lat. invidia « jalousie, désir » I ♦ 1 ♦ L envie. Sentiment de désir mêlé d irritation et de haine qui anime qqn contre la personne qui possède un bien qu il n a pas. ⇒ jalousie. « Devant la richesse… … Encyclopédie Universelle
envie — ENVIE. s. f. Deplaisir que l on a du bien d autruy. Envie maligne, secrette. avoir une mortelle envie contre quelqu un. porter envie à quelqu un. estre rongé d envie. l envie le devore. secher d envie. sa bonne fortune est digne d envie, luy… … Dictionnaire de l'Académie française
envie — Envie, Inuidia. Ancienne envie, Inuidia inueterata. L envie qui est entre deux compagnons aimans une mesme fille, Riualitas. Avoir envie, AEmulari, Liuere, Liuescere, Inuidere. Ils n ont point d envie l un sur l autre, Neuter vtri inuidet. A l… … Thresor de la langue françoyse
envié — envié, ée (an vi é, ée) part. passé. 1° À qui l on porte envie. • Ceux qui font bien mériteraient seuls d être enviés, s il n y avait encore un meilleur parti à prendre, qui est de faire mieux, LA BRUY. IV. • Chacun brille d un faux éclat… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
Envie — En*vie , v. i. [See {Vie}.] To vie; to emulate; to strive. [Obs.] Spenser. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
Envie — Envie, Dorf am Grandon, mit Kloster, im Amte Revello der sardinischen Provinz Saluzzo, am Berge Manbrac; 2600 Ew … Pierer's Universal-Lexikon
envié — Envié, [envi]ée. part. On dit, qu Une charge, qu une terre est bien enviée, pour dire, qu Elle est recherchée, souhaittée de tout le monde … Dictionnaire de l'Académie française
envie — (an vie) s. f. 1° Chagrin et haine qu on ressent du bonheur, des succès, des avantages d autrui. • L envie, le mépris, le discord inconstant, RÉGNIER Sat. VI. • La vertu n est vertu, l envie la déguise, RÉGNIER ib. V. • L envie avec sa… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
ENVIE — s. f. Chagrin qu on ressent du bonheur, des succès, des avantages d autrui. Envie maligne, secrète. Avoir une mortelle envie contre quelqu un. Être rongé d envie. L envie le dévore. Sécher d envie. Sa nomination lui attire l envie de bien des… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)