-
1 bank run
stormloop op de bank (het weghalen van het geld dat op de rekening staat door het verlies van geloof in de bank van het publiek)bank run〈 geldwezen〉 -
2 bank endorsement
vermelding op rugzijde van bankbiljet (overdragen van rechten op achterzijde van bankbiljet aan bank overgedragen door handtekening op achterzijde van bankbiljet) -
3 off-bank loan
lening buiten bank gegeven (lening die niet door bank gegeven is) -
4 chartered bank
beschermde bank (bank die zich bezig houdt met lening gegeven door een groep banken) -
5 International Bank for Reconstruction and Development
Internationale Bank voor Reconstructie en Ontwikkeling, Organisatie voor hulpverlening aan ontwikkeling van Derde Wereld-landen (door geven van leningen, aanbeveling van investeringen, enz.)English-Dutch dictionary > International Bank for Reconstruction and Development
-
6 repossess
v. weer in bezit nemen; weer in bezit stellen, terugnemen[ rie:pəzes]1 weer in bezit nemen ⇒ 〈 in het bijzonder〉 terugnemen 〈door bank/winkel van op lening/afbetaling gekochte goederen〉 -
7 banco
n. inzet voor totale waarde door bank geboden (in kansspel); rechtersbank -
8 negotiation fee
behandelingstarief (tarief voor inleggen van gelden, tarief voor het behandelen van bankactiviteit voor een ander door bank) -
9 registered check
geregistreerde cheque (speciale cheque wiens waarde geregistreerd en beheerd wordt door bank) -
10 banker
n. iemand die in een bank werkt; bankier; cassière; deler die de bank in het casino houdt; iemand die verantwoordelijk is voor de bank in een kaartspel; steviggebouwde houten of stenen werkbank gebruikt door beeldhouwers om hun werk te steunen tijdens het kerven of door steenhouwers gebruikt om hun werk te houwen; (Nieuw Zeeland en Australië) rivier die buiten zijn oevers treedt (Informeel)[ bængkə]1 bankier -
11 run
n. hardlopen; afstand; rit; gedeelte; serie; "trein ", aanval--------v. rennen, weglopen; laten lopen; een programma starten (in computers); overgaan, laten lopen, beheren; voorbereiden; oprichten; voldoen; waarmaken; doorgaan; lekken; uitkleden; moeite doenrun1[ run] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 〈 benaming voor〉 tocht ⇒ afstand; eindje hollen; tocht, vlucht, rit; traject, route, lijn; tochtje, uitstapje 〈 van trein, boot〉; 〈 skiën〉 baan, helling; 〈 cricket, honkbal〉 run 〈 score van 1 punt〉♦voorbeelden:at a/the run • in looppasthe play had a five months' run in London • het stuk heeft vijf maanden in Londen gespeeldget/have a (good) run for one's money • waar voor zijn geld krijgengive someone the run of • iemand de (vrije) beschikking geven over〈 slang〉 the runs • buikloop, diarree————————run21 rennen ⇒ hollen, hardlopen2 〈 benaming voor〉 gaan ⇒ (voort)bewegen; lopen; (hard) rijden; pendelen, heen en weer rijden/varen 〈 van bus, pont e.d.〉; voorbijgaan, aflopen 〈 van tijd〉; lopen, werken 〈 van machines〉; (uit)lopen, (weg)stromen, druipen 〈van vloeistoffen e.d.〉; 〈 figuurlijk〉 (voort)duren, lopen, gaan, zich uitstrekken, gelden3 rennen ⇒ vliegen, zich haasten♦voorbeelden:run at someone • iemand aanvallenrun at something • toestormen op iets2 the play will run for ten performances • er zullen tien voorstellingen van het stuk gegeven wordenrun afoul/foul of • 〈 figuurlijk〉stuiten op, in botsing komen metfeelings ran high • de gemoederen raakten verhit/liepen hoog oprun on electricity • elektrisch zijnrun to crabbiness • geneigd zijn tot vittenrun to extremes • in uitersten vervallenhe ran fifth • hij kwam als vijfde binnenrun across someone/something • iemand tegen het lijf lopen/ergens tegen aan lopenrun for it • op de vlucht slaan, het op een lopen zettenRoman noses run in our family • de adelaarsneus zit bij ons in de familierun through the minutes • de notulen doornemenhis inheritance was run through within a year • hij had binnen een jaar zijn erfenis erdoor gejaagdmy allowance doesn't run to/I can't run to a car • mijn toelage is niet toereikend/ik heb geen geld genoeg voor een auto→ run around run around/, run away run away/, run back run back/, run down run down/, run in run in/, run into run into/, run off run off/, run on run on/, run out run out/, run over run over/, run up run up/II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 〈 benaming voor〉 doen bewegen ⇒ laten gaan; varen, rijden; doen stromen, gieten; in werking stellen, laten lopen 〈machines e.d.〉; 〈 figuurlijk〉 doen voortgaan, leiden, runnen♦voorbeelden:run someone over • iemand overrijdenrun a business • een zaak hebbenrun a car • autorijden, een auto hebbenrun someone close/hard • iemand (dicht) op de hielen zitten; 〈 figuurlijk〉 weinig voor iemand onderdoenrun a comb through one's hair • (even) een kam door zijn haar halen6 we won't run him • we zullen hem niet inschrijven/laten deelnemen -
12 monetary policy
monetair beleid (geldelijk beleid van de staat of centrale bank, wijze van tussenbeide komen door de staat in marktactiviteiten door het beïnvloeden van prijsopgave) -
13 в общем и целом
-
14 вообще
advgener. algemeen, door de bank, in het algemeen, over het geheel, uberhaupt -
15 abrade
v. afdragen ; schaven, afschaven; afschuren door wrijving of schuring; tegen een object schaven; tegen een voorwerp slaan[ əbreed]♦voorbeelden:abraded skin • geschaafde huid -
16 break
n. onderbreking; doorbraak; pauze; inbraak; kans; wijziging; (in computers) overbrugging, stoppen en starten van een nieuw deel in een document--------v. breken; stuk slaan; verbreken; inbreken; stoppen, aflastenbreak1[ breek]♦voorbeelden:there was a break in the weather • het weer sloeg omwithout a break • onophoudelijk, zonder te stoppen4 bad break • pech, tegenvallerlucky break • geluk, meevallergive someone a break • iemand een kans geven (om zichzelf te bewijzen), iemand een plezier doen→ clean clean/♦voorbeelden:2 break of day • dageraad, ochtendgloren————————break23 pauzeren♦voorbeelden:his voice broke • hij kreeg de baard in zijn keelthe box broke open • de doos barstte open2 break free/loose • ontsnappen, losbreken4 the frost broke • het hield op met vriezen, het ging dooienbreak into a gallop • plotseling gaan galopperenbreak forth • uitbarsten, losbarsten 〈 in woede〉break into a tenner • een briefje van tien aanbrekenthis extra work breaks into my evenings • dit extra werk slokt mijn avonden opbreak over • overheen golven, overheen spoelen→ break away break away/, break down break down/, break in break in/, break off break off/, break out break out/, break through break through/, break up break up/II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1 break a blow • een klap opvangen/brekenbreak camp • het kamp opbrekenbreak cover • uit de schuilplaats komenbreak someone of a habit • iemand een gewoonte aflerenbreak the law • de wet overtreden/brekenbreak a path/way • een weg banenbreak prison/jail • uitbrekenbreak a record • een record verbeteren/brekenbreak a strike • een staking breken -
17 flash
adj. opvallend, pronkend--------n. (licht)flits, vlam, (op)flikkering, (bliksem)schichten; flitsapparaat; opwelling, vlaag--------v. opvlammen, (plotseling) ontvlammen, opvliegen; flikkeren, flitsenflash1[ flæsj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 (licht)flits ⇒ vlam, (op)flikkering♦voorbeelden:flash in the pan • toevalstreffer, eendagsvliegquick as a flash • razend snelin a flash • in een flitslike a flash • (zo snel) als de bliksema flash of inspiration • een flits van inspiratiea flash of wit • een geestige inval————————flash21 plotseling (opkomend) ⇒ vlug opkomend/stijgend♦voorbeelden:1 flash flood/fire • plotselinge overstroming/brand————————flash33 flikkeren ⇒ flitsen, schitteren4 snel voorbijflitsen ⇒ (voorbij)schieten, (voorbij)vliegen♦voorbeelden:flash out/up (at someone) • opvliegen (tegen iemand)4 flash past/by • voorbijvliegen, voorbijflitsenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1 flash the headlights (of a car) • met de koplampen flitsen/seinenflash a torch in someone's face • met een zaklantaarn in iemands gezicht schijnenflash a look at someone • een blik op iemand werpenflash a smile at someone • even naar iemand lachenflash a bank note at someone • iemand een bankbiljet onder de neus houden -
18 pin
persoonlijk identificatienummer (in algemeen om toegang te krijgen tot speciale diensten zoals bank, universiteit, club, enz.)PIN (personal identification number)pin1[ pin]1 speld ⇒ sierspeld, broche♦voorbeelden:I don't care/give a pin/two pins • ik geef er geen zier om♦voorbeelden:————————pin2〈werkwoord; pinned〉3 vasthouden ⇒ knellen, drukken♦voorbeelden:pin up a notice • een briefje ophangenpin up butterflies • vlinders opzettenpin a flower on/to a dress • een bloem op een japon spelden3 pin someone down • iemand neerdrukken/op de grond houdenpin someone against the wall • iemand tegen de muur drukkenshe got pinned under the car • ze lag onder de auto bekneld¶ 〈voornamelijk Brits-Engels; informeel〉 pin back your ears! • luister nu eens goed!it's difficult to pin down in words • het is moeilijk onder woorden te brengenpin someone down on something • iemand dwingen zijn bedoeling in verband met iets kenbaar te makenpin something on/to someone • iemand iets in de schoenen schuiven -
19 prime
adj. hoofd-; hoofdzaak; uitgelezen, prima; essentieel; voortreffelijk--------n. hoogste volmaaktheid, bloei, hoogtepunt; priemgetal (wisk.)--------v. (motor) opgang brengen; opladen; beginnen; klaarmaken (voor gebruik)prime1[ prajm] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:she's well past her prime • ze is niet jong meer————————prime2♦voorbeelden:the prime meridian • de nulmeridiaanprime motive • hoofdmotief————————prime3〈 werkwoord〉3 〈 techniek, technologie〉 op gang brengen 〈 door ingieten van water of olie〉 ⇒ voeden 〈 pomp〉, injecteren 〈 motor〉♦voorbeelden: -
20 smart
adj. vinnig; f; bijdehand; handig; chic, keurig; pienter; knap--------n. sterke pijn--------v. pijn, pijn doen, pijn lijden; schrijnensmart1[ sma:t] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————smart2〈bijvoeglijk naamwoord; smartness〉2 bijdehand ⇒ slim, gevat3 sluw♦voorbeelden:smart talker • vlotte prater4 how smart you look! • wat zie je er mooi uit!don't (you) get smart (with me)! • niet te slim/brutaal worden, hè!look smart! • schiet op!————————smart3〈 werkwoord〉♦voorbeelden:smart over/under an insult • zich gekwetst voelen door een belediging
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Door Number 3 — Type Private Industry Advertising Headquarters Austin, Texas Key people M.P. Mueller, President Prentice Howe: Senior Vice President, Executive Creative Director Suzanne Kyba: Vice President, Brand Strategy Tim Smith: Director of Business Devel … Wikipedia
Bank vault — A bank vault is a secure space where money, valuables, records, and documents can be stored. Vaults protect their contents with armored walls and a tightly fashioned door closed with a complex lock. Vault technology developed in a type of arms… … Wikipedia
Bank Panic — Infobox VG title = Bank Panic caption=Screenshot of Bank Panic developer = Sanritsu publisher = Sega designer = released=1984 (Arcade) 1985 (ZX Spectrum, SG 1000) 1986 (MSX) 1986 (Commodore 64) 1986 (Amstrad CPC) 1987 (Sega Master System)… … Wikipedia
Bank of New Brunswick — The Bank of New Brunswick was established on March 25, 1820 in the pre Confederation Province of New Brunswick, Canada as the first Canadian bank to operate under a charter. Headquartered in a new building on Prince William Street in Saint John,… … Wikipedia
Door — For other uses, see Door (disambiguation). A door is a movable structure used to open and close off an entrance, typically consisting of a panel that swings on hinges or that slides or rotates inside of a space. When open, they admit ventilation… … Wikipedia
Bank — For other uses, see Bank (disambiguation). Banker and Bankers redirect here. For other uses, see Banker (disambiguation). Banking … Wikipedia
Bank of China Building, Shanghai — From left to right: The Peace Hotel, Old Bank of China Building (second building) and Yokohama Specie Bank Building The Bank of China Building is a tower located at No. 23 on the Bund, in Shanghai, People s Republic of China. Previously the… … Wikipedia
Bank — 1. Auf der Bank liegt man sanfter, als auf einem Purpurbett. Engl.: Lowly sit richly warm. 2. Auf einer ungekehrten (ungewischten) Bank ist gut finden. – Eiselein, 53; Simrock, 717. Wenn eine Bank umfällt, so fallen auch die Sachen herunter; aber … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Bank Negara Malaysia — Infobox Central bank bank name = Central Bank of Malaysia bank name in local = Bank Negara Malaysia ms icon image 1 = Central Bank of Malaysia headquarters, Kuala Lumpur.jpg image title 1 = The Central Bank of Malaysia headquarters in Kuala… … Wikipedia
Bank barn — A bank barn or banked barn is a style of barn noted for its accessibility, at ground level, on two separate levels. Often built into the side of a hill, or bank, both the upper and the lower floors area could be accessed from ground level, one… … Wikipedia
Santa Claus Bank Robbery — The Santa Claus Bank RobberyThe Santa Claus Bank Robbery occurred on December 23, 1927 in the Central Texas town of Cisco. Marshall Ratliff, dressed as Santa Claus, along with Henry Helms and Robert Hill, all ex cons, and Louis Davis, a relative… … Wikipedia