Перевод: со всех языков на нидерландский

с нидерландского на все языки

С нидерландского на:
Все языки
Со всех языков на:
Все языки
Английский
Немецкий
Нидерландский
Русский
Французский

dakloos

Толкование Перевод

1 бездомный

dakloos, zonder dak boven het hoofd, onbehuisd

Русско-Нидерландский словарь > бездомный
2 бесприютный

dakloos, zwervend

Русско-Нидерландский словарь > бесприютный
3 roofless

adj. zonder dak, dakloos

roofless

[ roe:fləs]

I 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉

1 zonder dak

II 〈 bijvoeglijk naamwoord, predicatief〉

1 dakloos ⇒ zonder onderdak

English-Dutch dictionary > roofless
4 clochardiser

clochardiser [klosĵaardiezee]

I 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 dakloos maken ⇒ een zwervend bestaan doen leiden

2 〈 figuurlijk〉 doen verloederen

II se clochardiser 〈 wederkerend werkwoord〉

1 dakloos worden ⇒ een zwervend bestaan gaan leiden

2 verloederen

Dictionnaire français-néerlandais > clochardiser
5 бездомный

adj
1) gener. dakloos, dakloze, onbehuisd

2) fr. clochard ([klos` sjaar] (Frans))

Russisch-Nederlands Universal Dictionary > бездомный
6 be on/walk the streets

be on/walk the streets

dakloos zijn/worden, op straat zwerven (op zoek naar werk); tippelen

English-Dutch dictionary > be on/walk the streets
7 bomb out

bomb out

door bombardement(en) dakloos maken/verdrijven

English-Dutch dictionary > bomb out
8 bomb

n. bom
--------
v. bombarderen

bomb¹

[ bom] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 bom

2 〈 the〉 atoombom

3 〈 informeel〉 bom geld

4 〈Brits-Engels; informeel〉 hit ⇒ klapper, daverend succes

♦voorbeelden:

3   cost a bomb • kapitalen kosten

4   go like a bomb • als een trein lopen

¶ go like a bomb • scheuren 〈 van auto〉

————————

bomb²

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 bommen werpen ⇒ een bombardement uitvoeren

2 razen ⇒ racen

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 bombarderen ⇒ bommen werpen op

♦voorbeelden:

1   bomb out • door bombardement(en) dakloos maken/verdrijven

English-Dutch dictionary > bomb
9 burn out

v. uitbranden, opbranden; doorbranden (v. apparaat); zich over de kop werken

burn out

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 uitbranden ⇒ opbranden 〈 ook figuurlijk〉

2 doorbranden 〈van elektrisch apparaat e.d.〉 ⇒ doorslaan

♦voorbeelden:

1   leave that candle to burn out • laat die kaars maar opbranden

     as a poet he's burnt out • als dichter is hij opgebrand

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 〈 voornamelijk passief〉 uitbranden

2 〈 voornamelijk passief〉 door brand verdrijven uit ⇒ door brand dakloos maken

3 〈 informeel〉 overwerken ⇒ over de kop werken

4 doen doorbranden/doorslaan

♦voorbeelden:

1   the tank was completely burnt out • de tank was volledig uitgebrand

3   burn oneself out • zich over de kop werken

English-Dutch dictionary > burn out
10 burnt-out

burnt-out, burned-out

1 opgebrand ⇒ uitgeblust, versleten

2 uitgebrand

3 dakloos 〈 door brand〉

4 〈 informeel〉 doodmoe ⇒ uitgeput, afgepeigerd

English-Dutch dictionary > burnt-out
11 homeless

adj. iemand die geen huis heeft; homeless (iem. die geen onderdak heeft)

homeless

[ hoomləs]

1 dakloos

English-Dutch dictionary > homeless
12 stray

adj. verdwaald, zwervend
--------
n. (rond)zwerven (mens of dier)
--------
v. (rond)zwerven, (rond-)dwalen, verdwalen, afdwalen

stray¹

[ stree] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 zwerver ⇒ verdwaalde 〈 ook figuurlijk〉; 〈 in het bijzonder〉 zwerfdier

2 dakloos kind

————————

stray²

〈 bijvoeglijk naamwoord〉

1 verdwaald ⇒ zwervend, afgedwaald

2 verspreid ⇒ sporadisch, toevallig

♦voorbeelden:

1   stray bullet • verdwaalde kogel

     stray cats • zwerfkatten

2   a shop with a stray customer coming in • een winkel met zo nu en dan eens een klant

————————

stray³

〈 werkwoord〉

1 dwalen ⇒ dolen, rondzwerven 〈 ook figuurlijk〉

♦voorbeelden:

1   stray from the subject • van het onderwerp afdwalen

English-Dutch dictionary > stray
13 street

n. straat, weg

street

[ strie:t]

1 〈 in straatnamen Street〉 straat ⇒ weg, straatweg

♦voorbeelden:

1   dead-end street • doodlopende straat

     be on/walk the streets • dakloos zijn/worden, op straat zwerven (op zoek naar werk); tippelen

     〈 informeel〉 streets ahead (of) • (mijlen)ver uitstekend boven, veel beter/verder dan

     〈 Brits-Engels〉 in/ 〈 Amerikaans-Engels〉 on the street • op straat

     that's (right) up my street • dat is precies in mijn straatje

     that's not up my street • dat is niets voor mij/mijn vak niet

¶ 〈 informeel〉 not be in the same street as • niet kunnen tippen aan

→ easy easy/, queer queer/

English-Dutch dictionary > street
14 ausbomben

ausbomben

1 door bombardement dakloos maken, verwoesten

♦voorbeelden:

1 ein ausgebombtes Dorf • een door een bombardement verwoest dorp

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > ausbomben
15 heimlos

heimlos

1 dakloos

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > heimlos
16 obdachlos

obdachlos

1 dakloos ⇒ zonder onderdak

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > obdachlos
17 unbehaust

unbehaust

〈 formeel〉

1 dakloos

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > unbehaust

См. также в других словарях:

Luuk Gruwez — (Kortrijk, 9 August 1953) is a Flemish poet. Since 1976, he lives in Hasselt where he worked until 1995 as a teacher.Gruwez attended high school at the Damiaancollege (Kortrijk) and graduated in Germanic philology at the Katholieke Universiteit… … Wikipedia
Tim Haars — (* 6. November 1981 in Maaskantje, Nordbrabant) ist ein niederländischer Schauspieler und Moderator. Er ist der jüngere Bruder von Steffen Haars, der ebenfalls Schauspieler ist. Inhaltsverzeichnis 1 Karriere 2 Filmografie … Deutsch Wikipedia

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: со всех языков на нидерландский

dakloos

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: со всех языков на нидерландский

dakloos

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Прямая ссылка: