-
1 multianode tube
buis met meervoudige anodenmulti-anode buis -
2 shell-jacket
buis, strakke trui (voor evenementen) -
3 cathode ray tube: CRT
buiselektronenbuiskathodestraalbuis -
4 conduit
buiselektriciteitsbuis -
5 parallel-plane tube
buis met parallelle vlakken -
6 tube
buislampleidingslangtube -
7 valve
buisklepkraanlampschuifventielventielafsluiter -
8 zero-bias tube
buis zonder bias -
9 pipe
n. buis; pijp; stengel; fluit; fluitje; gefluit; (in computers) doorverbinden--------v. fluiten; laten vloeienpipe1[ pajp]1 pijp ⇒ buis, leiding(buis); orgelpijp, tabakspijp, pijpje tabak; kraterpijp2 fluit(je) ⇒ bootsmansfluitje; fluitsignaal♦voorbeelden:II 〈 meervoud〉————————pipe21 pijpen ⇒ fluiten, op de doedelzak spelen2 piepen ⇒ kwelen, zingen♦voorbeelden:〈 informeel〉 pipe up • beginnen te zingen/sprekenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 door buizen leiden/aanvoeren2 versieren 〈 bijvoorbeeld gebak, met reepjes suikerglazuur〉 ⇒ zomen 〈 bijvoorbeeld kledingstuk, met biezen〉♦voorbeelden: -
10 Eustachian
adj. gedeelte van samenvoeging "eustachian tube" (in anatomie-buis van Eustachius)[ joesteesjn]♦voorbeelden: -
11 box
n. vat, kist; doos; cel; boks (bij boksen); televisie--------v. boksen; inkisten, inpakkenbox1[ boks] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 doos ⇒ kist, bak; trommel, bus5 kader ⇒ omlijning, omlijnd gebied6 mep ⇒ draai om de oren, oorveeg♦voorbeelden:witness box • getuigenbank————————box2〈zelfstandig naamwoord; meervoud: ook box〉————————box31 boksen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 boksen tegen/met♦voorbeelden:→ box in box in/ -
12 conduit
n. buis, kanaal[ kondit,kondjoe▪it] -
13 duct
-
14 fluorescent lamp
-
15 jerkin
-
16 sewer
n. riool(buis); naaistersewer1[ sooə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 naaister————————sewer2[ s(j)oe:ə] 〈 zelfstandig naamwoord〉 -
17 cucurbit
n. vrucht van de kalebasachtigen, kalebas, pompoen, meloen; (Chemie) pompoenvormige buis voor distillatie, chemische buis gebruikt in een distilleertoestel -
18 tubelike
adj. in vorm van buis, buis- -
19 Eustachian tube
-
20 ampoule
См. также в других словарях:
buis — buis … Dictionnaire des rimes
buis — [ bɥi ] n. m. • 1525; bois XIVe; lat. buxus ♦ Arbuste à feuilles persistantes (buxacées), souvent employé en bordures ou taillé en figurines ornementales dans les jardins. Buis bénit : branche de buis qu on bénit le jour des Rameaux. ♢ Bois… … Encyclopédie Universelle
Buis — bezeichnet: ein Segelschiff, siehe Büse Le Buis, eine Gemeinde im französischen Département Haute Vienne Buis les Baronnies, eine Gemeinde im französischen Département Drôme Buis sur Damville, eine Gemeinde im französischen Département Eure… … Deutsch Wikipedia
Buis — (Le B., spr. Le Büh), Stadt im Arrondissement Nyons des französischen Departements Drôme, am Ouvèze, Seidenspinnerei, Handel mit Wolle u. Tuch; 2100 Ew … Pierer's Universal-Lexikon
Buis — (holländ., spr. beus), s. Büse … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Buis — (spr. beus.), holländ. Fischerfahrzeug zum Heringsfang in der Nordsee … Kleines Konversations-Lexikon
Buis — (holländ. Beus), Büse, ein kleines Schiff zum Heringsfange … Herders Conversations-Lexikon
buis — buis·son; … English syllables
buis — (bui ; l s se lie : le bui z et le chêne ; la prononciation bouis est un provincialisme et contraire au bon usage. C était l inverse du temps de Ménage, qui remarque que bouis est la prononciation de la cour et la bonne, et buis celle de la… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
Buis — Pour l’article homophone, voir Bui. Pour les articles homonymes, voir Buis (homonymie) … Wikipédia en Français
BUIS — s. m. Arbrisseau toujours vert, dont le bois, jaunâtre et très dur, est d un grand usage dans la tabletterie. Grand buis. Buis nain. Bordure de buis. Tondre le buis. Il se dit également Du bois de cet arbrisseau, employé à divers ouvrages.… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)