-
1 abdominal belt
buikriem -
2 girth
n. buikriem, singel (v. paard); gordel; omvang[ gə:θ]1 buikriem ⇒ buikgordel, koppel(riem)♦voorbeelden:one metre in girth • met een omtrek van één meter -
3 им приходится затянуть ремень потуже
Russisch-Nederlands Universal Dictionary > им приходится затянуть ремень потуже
-
4 подпруга
ngener. singel, buikriem, zadelriem -
5 belt
n. riem; ketting; gebied--------v. omgorden, aangorden; een rammel gevenbelt1[ belt] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 gordel ⇒ (broek)riem, ceintuur♦voorbeelden:hit below the belt • onder de gordel slaan/treffenunder one's belt • in zijn bezit, binnen————————belt2〈 werkwoord〉2 een pak slaag/rammel geven (met een riem)3 van een riem/gordel/band voorzien♦voorbeelden:¶ belt out • brullen, bulken→ belt up belt up/ -
6 cinch
n. zadelriem; greep, houvast; iets dat zeker is--------v. zadel riemen; stevig vastgrijpen[ sintsj] 〈 Amerikaans-Engels〉♦voorbeelden: -
7 draw/pull in one's horns
draw/pull in one's horns -
8 girdle
n. gordel; riem; buikriem--------v. omringen; vastmaken van een gordelgirdle1[ gə:dl] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————girdle2〈 werkwoord〉1 omgorden ⇒ insluiten, omringen♦voorbeelden: -
9 horn
n. hoorn; toeter--------v. stoten[ ho:n]♦voorbeelden:blow one's own horn • zijn eigen loftrompet steken→ English English/ -
10 purse strings
purse strings♦voorbeelden:loosen the purse strings • de uitgaven vergrotentighten the purse strings • bezuinigen, de buikriem aanhalen -
11 tighten one's belt
-
12 tighten the purse strings
bezuinigen, de buikriem aanhalen -
13 tighten
v. aansnoeren, insnoeren[ tajtn]II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 aanhalen ⇒ spannen, vastsnoeren♦voorbeelden: -
14 tighten the belt
de buikriem aanhalen -
15 ceinture
ceinture [sẽtuur]〈v.〉3 omsluiting ⇒ omheining, ring♦voorbeelden:ceinture de sécurité • veiligheidsgordel〈 luchtvaart〉 attachez vos ceintures! • maak uw veiligheidsgordel vast!; 〈 figuurlijk〉wees voorzichtig!desserrer sa ceinture • zijn riem een gaatje verzetten¶ ceinture! • helemaal niets!f1) gordel, riem, ceintuur2) kring, omheining -
16 tringle
tringle [trẽgl]〈v.〉♦voorbeelden:se mettre la tringle • de buikriem aanhalenf1) stang2) lijst3) gebrek4) penis -
17 se mettre, se serrer la ceinture, faire ceinture
se mettre, se serrer la ceinture, faire ceintureDictionnaire français-néerlandais > se mettre, se serrer la ceinture, faire ceinture
-
18 se mettre la tringle
se mettre la tringle -
19 sous-ventrière
-
20 ventrière
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Schmachtriemen — * Den Schmachtriemen anlegen. Sich gegen das Darben, gegen den Hunger waffnen. Holl.: Den smachtriem aandoen. (Harrebomée, II, 219b.) – Zij zullen den buikriem wat moeten aanhalen. (Harrebomée, I, 103a.) … Deutsches Sprichwörter-Lexikon