-
1 bereiden
2 [voor iets geschikt maken] prepare♦voorbeelden:〈figuurlijk; vaak ironisch〉 iemand een hartelijke/warme ontvangst bereiden • give someone a warm welcome〈 figuurlijk〉 voor iemand/iets de weg bereiden • pave the way for someone/something -
2 bereiden
v. prepare, make ready; cook -
3 bereiden
• to make up• to prepare -
4 een maaltijd bereiden
een maaltijd bereidenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een maaltijd bereiden
-
5 iemand een feestelijk/hartelijk welkom bereiden
iemand een feestelijk/hartelijk welkom bereidengive someone a festive/warm welcomeVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand een feestelijk/hartelijk welkom bereiden
-
6 iemand een hartelijke/warme ontvangst bereiden
iemand een hartelijke/warme ontvangst bereidenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand een hartelijke/warme ontvangst bereiden
-
7 iemand een verrassing bereiden
iemand een verrassing bereidenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand een verrassing bereiden
-
8 voor iemand/iets de weg bereiden
voor iemand/iets de weg bereidenpave the way for someone/somethingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > voor iemand/iets de weg bereiden
-
9 de weg bereiden voor
v. pioneer, pave the way, create a path -
10 koken
1 [in/van vloeistof] boil2 [maaltijden bereiden] cook, do the cooking♦voorbeelden:het water staat te koken • the kettle is boilinghet water kookt niet meer • the water has stopped boilingwater kookt bij 100° C • water boils at 100° Ckoken op aardgas • cook with natural gasinwendig koken • be seething insidekoken van woede/verontwaardiging • boil/seethe with rage/indignationII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [in/van vloeistof] boil2 [klaarmaken, bereiden] cook♦voorbeelden:1 aardappels/eieren koken • boil potatoes/eggsgekookte ham • boiled hamiets zachtjes laten koken • let something simmer gently -
11 bakken
1 [met betrekking tot deeg/beslag] bake2 [met betrekking tot spijzen] fry ⇒ 〈 snel met weinig vet〉 sauté, 〈 op een plaat〉 griddle, 〈 frituren〉 deep-fry♦voorbeelden:hij bakt altijd zelf brood • he always bakes his own breadeen omelet bakken • make an omelet1 [deegwaar bereiden] bake3 [informeel] [met betrekking tot school] plough♦voorbeelden: -
12 klaarmaken
3 [presteren] do ⇒ manage♦voorbeelden:iemand klaarmaken voor een examen • prepare someone for an exam2 brood klaarmaken • make some/the sandwicheshet ontbijt klaarmaken • make breakfast, get breakfast readyeen slaatje/drankje klaarmaken • make/mix a salad/drinkniet veel klaarmaken • not be up to much -
13 verrassing
♦voorbeelden:1 onaangename verrassing • shock, bombshelliemand een verrassing bereiden • have a surprise in store for someonehet was voor ons geen verrassing meer • it didn't come as a surprise to usbij verrassing • by surprise2 tot mijn verrassing bemerkte ik … • I was surprised to see that …tot mijn grote verrassing bemerkte ik … • much to my surprise I noticed … -
14 welkom
welkom1〈 het〉1 welcome♦voorbeelden:1 iemand een feestelijk/hartelijk welkom bereiden • give someone a festive/warm welcome————————welkom21 [gelegen komend] welcome2 [aangenaam] welcome♦voorbeelden:iemand hartelijk welkom heten • give someone a hearty/cordial welcomeiemand het gevoel geven dat hij welkom is • make someone welcomeergens niet welkom zijn • be not welcome/unwelcome somewhereiets welkom heten • welcome something————————welkom31 welcome♦voorbeelden:welkom in dit land • welcome to this country -
15 zetten
1 [doen zitten] seat3 [bepalen] set6 [met kracht beginnen] set to7 [opwekken] set9 [zijn vaste vorm krijgen] set♦voorbeelden:zich aan tafel zetten • sit down at tableeruit zetten • eject, evict, throw outalle conventies opzij zetten • set aside all conventions, be unconventionalzet je auto aan de kant • pull up at the sideiemand achter de tralies zetten • put someone behind barseen edelsteen in goud zetten • set a jewel in goldhet eten op tafel zetten • serve dinnereen schip op het land zetten • run a ship ashoreeen ladder tegen de muur zetten • set a ladder against a wallzet dat maar uit je hoofd! • get that out of your headiemand uit een vereniging zetten • drop someone from a clubin elkaar zetten • 〈 machine〉 fit/put together, assemble something; 〈 vlug of slordig〉 knock together; 〈 plannetje〉 contrive, think uphet op een lopen zetten • (make a) run for ithet op een zuipen zetten • hit the bottle10 letters zetten • compose/set typehet zetten • typesetting, composingik zet er vijf pond op (dat) • I bet you five pounds (that)¶ zet de muziek harder/zachter • turn up/down the musicdat kan zij niet zetten • she can't stomach thatzich ergens toe zetten • put one's mind to something
См. также в других словарях:
bereiten — Vsw std. (12. Jh.), mhd. bereiten, mndd. berēden, bereiden, mndl. bereden, bereiden Stammwort. Diese Wortfamilie ist wegen der ungünstigen Beleglage und der Vermischung lautgleicher und ähnlicher Wurzeln nicht mehr genau abzugrenzen.… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Slag om Grolle — Pour les articles homonymes, voir siège de Groenlo. Les troupes hollandaises tirent une salve sur les bateries. Le Slag om Grolle (traduit litt … Wikipédia en Français
bereit — Adj std. (12. Jh.), mhd. bereit(e), mndd. berēde, bereide, mndl. bereet, bereiden Stammwort. Zur Bedeutung des adverbiellen bereits vgl. ne. already zu ready. Abstraktum: Bereitschaft; Kompositum: bereitwillig. bereiten. deutsch iwo … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Gans — 1. Alte Gans und alter Has geben einen Teufelsfrass. – Kobell, 418. 2. Auch eine Gans gleitet wol einmal auf dem Eise aus. 3. Bald (sobald, wenn) de Goas1 z wohl is, steaht s auf un kratzt se (sich). (Innsbruck.) – Frommann, VI, 38, 28. 1) Ueber… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Mahlzeit — 1. Besser eine gespaltene Mahlzeit als gar keine. 2. Besser en gedhelde Molzeck als en verfresse. (Bedburg.) 3. Die Mahlzeit grosser Herren schmeckt lieblich, verdirbt aber den Magen. 4. Es ist eine schlechte Mahlzeit, wenn zuletzt Stockfische… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Speise — 1. Alle Speise schmeckt einem Hungrigen wohl. Bei Tunnicius (340): Alle spysen smaken dem hungergen. (Omnia ieiunae sunt quam dulcissima fauci.) 2. As de Spyse minnert, so mehret de Hungere. – Körte, 5626. 3. Aufgewärmte Speise, Aerzte, die nicht … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
brey — I. ˈbrā noun ( s) Etymology: modification of French broie, from Middle French, probably alteration of braie breeches, from Latin braca more at braccae : barnacle I 1b II. variant of bray IV … Useful english dictionary