Перевод: со всех языков на все языки

со всех языков на все языки

be'denken/de

  • 1 denken

    [het verstand gebruiken] think consider, reflect, ponder
    [van plan zijn] think of/about intend (to), plan (to)
    voorbeelden:
    1   het doet denken aan it reminds one of …
         dit doet sterk aan omkoperij denken this savours strongly of bribery
         ik zat net te denken I was just thinking
         waar zit je aan te denken? what's on your mind?
         er anders over gaan denken change one's mind (about it)
         denk er nog eens over give it some more thought, think it over
         ik denk er niet aan I wouldn't dream of it
         ik moet er niet aan denken I can't bear to think about it
         denk er (maar eens) om! don't forget!
         ik denk er net zo over I feel just the same about it
         ik zal eraan denken I'll bear it in mind
         nu ik eraan denk (now I) come to think of it
         denk erom dat het niet weer gebeurt mind that it doesn't occur again
         even denken, hoor let me see
         hardop denken think aloud
         min denken over take a dim view of
         aan iets/iemand denken think/be thinking of something/someone
         ik probeer er niet aan te denken I try to put it out of my mind
         laten we er niet meer aan denken let's forget about it
         ik moest er steeds maar aan denken I couldn't get it out of my head
         zonder te denken aan het gevaar without realizing the danger
         daar heb ik geen moment aan gedacht that never (even) crossed my mind; vergeten I forgot all about it
         jij kan alleen maar aan geld denken all you can think of is money
         daar denken wij in de verste verte niet aan nothing could be further from our thoughts
         hij dacht nooit aan zichzelf he never thought of himself
         iemand aan het denken zetten set someone thinking
         ik dacht bij mezelf I thought/said to myself
         denken in geld think in terms of money
         denk om je hoofd mind your head
         als je er goed over denkt, dan … when one comes to think of it, (then) …
         er verschillend/anders over denken take a different view (of the matter)
         zij denkt er nu anders over she feels differently (now)
         stof tot denken geven give (someone) food for thought
         dat had ik niet van hem gedacht I should never have thought it of him
         dat geeft te denken that makes you think
    2   ik denk erover met roken te stoppen I'm thinking of giving up smoking
         wat denk je ervan? hoe denk je erover? well, what do you think?
         ik denk er ernstig over om … I'm seriously thinking of …
    ¶   geen denken aan! it's out of the question!
    [vermoeden] think suppose, expect, imagine
    [in aanmerking nemen] think understand, imagine, appreciate, consider
    [van plan zijn] think of/about intend, be going (to), plan
    voorbeelden:
    1   ik weet niet wat ik ervan moet denken I don't know what to think
         zou je (dat) denken? (do) you (really) think so?
         wat denk je ervan? what do you think (about/of it)?
         het zijne ervan denken have one's own ideas about it
         wat dacht je van een ijsje? what would you say to an ice cream?
         dat dacht je maar, dat had je maar gedacht that's what you think! 〈klemtoon op ‘you’〉
         ik dacht van wel/van niet I thought it was/wasn't
         wie denk je wel dat je bent? (just) who do you think you are?
         wat denk je (eigenlijk) wel! who do you think you are?
    2   wat denk je daarmee te bereiken? what do you hope to achieve by that?
         wie had dat kunnen denken who would have thought it?
         u moet niet denken (dat) … you mustn't suppose/think (that) …
         hij denkt te slagen he expects to/thinks he'll pass
         dat dacht ik al I thought so
         denk dat maar niet don't you believe it
         ik heb het altijd wel gedacht I always thought so
         ik zou denken dat I'm inclined to think that
         dacht ik het niet! just as I thought!
         …, denk ik …, I think/suppose
    3   ik had Peter gedacht voor de hoofdrol I had Peter in mind for the principal part
         de beste arts die men zich maar kan denken the best (possible) doctor
         je moet maar denken dat het slechts voor heel kort is try to remember it is only for a short period
         dat laat zich denken I can imagine
         denk eens (aan) imagine!, just think of it!
         ik dacht bij mezelf dat … I thougt/said to myself that …
         ik had zo gedacht … als jij morgen eens naar B. ging I was thinking … if you went to B. tomorrow
    4   wat denk je nu te doen? what do you intend to do now?
    III 〈wederkerend werkwoord; zich denken; met een bepaling van gesteldheid〉
    [peinzen] think (oneself), imagine
    voorbeelden:
    1   zich suf denken rack one's brains
         denkt u zich eens in mijn positie put yourself in my position

    Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > denken

  • 2 denken

    penser
    voorbeelden:
    1   zo kun je er ook over denken c'est une opinion qui se défend
         daar kun je verschillend over denken sur ce point, les divergences d'opinion sont permises
         dat kun je (net) denken! je t'en fiche!
         zou je (dat) denken? tu crois?
         dat zou ik denken! tu parles!
         wat zullen de mensen niet denken? que vont (en) dire les gens?
         ik denk het niet je ne (le) pense pas
         dacht ik het niet! je m'en doutais!
         dat dacht ik al je m'en doutais
         ik denk er niet aan! (il n'en est) pas question!
         denk er nog eens over prenez le temps d'y réfléchir
         ik moet er niet aan denken j'en suis malade rien que d'y penser
         denk er (maar eens) om! réfléchissez!
         ik denk er ook zo over c'est aussi mon avis
         ik denk erover met roken te stoppen j'envisage d'arrêter de fumer
         wat denk je ervan? hoe denk je erover? qu'en penses-tu?
         wat denk je ervan? qu'en dis-tu?
         het zijne ervan denken avoir sa petite idée là-dessus
         hardop denken penser tout haut
         logisch denken avoir l'esprit logique
         aan iets, iemand denken penser à qc., à qn.
         hij deed mij aan een aap denken il me faisait penser à un singe
         om iets denken faire attention à qc.
         hoe denkt u over dit voorstel? que pensez-vous de cette proposition?
         het denken la pensée
         iemand aan het denken zetten faire réfléchir qn.
         dat dacht je maar, dat had je maar gedacht! penses-tu!
         ik dacht van wel je croyais que oui
         hij zegt niets, maar hij denkt er het zijne van il ne dit rien, mais il n'en pense pas moins
         denk vooral niet dat n'allez surtout pas croire que
         wat denk je wel! non, mais des fois!
         wie denk je wel dat je bent? pour qui te prends-tu?
         te denken geven donner à penser
         ik dacht bij mezelf dat je me disais que
    ¶   zich suf denken se creuser la cervelle
         denkt u zich eens in mijn positie mettez-vous à ma place

    Deens-Russisch woordenboek > denken

  • 3 denken

    denken
    voorbeelden:
    1    informeelDenken ist Glückssache! dat had je gedacht!
          informeelgedacht, getan zo gezegd, zo gedaan
          solange ich denken kann zo lang ik me kan herinneren
          informeeldenkste! dat had je gedacht!
          erst denken, dann handeln bezint eer ge begint, eerst denken, dan doen
          er denkt nur an seinen eigenen Vorteil hij is alleen op eigen voordeel bedacht
    1 denkengeloven, vermoeden
    voorbeelden:
    1    nichts Böses denken niets kwaads vermoeden
    1 denkenzich voorstellen, vermoeden
    voorbeelden:
    1    informeelich denke mir mein Teil dabei ik denk er het mijne van
          ich hätte es mir denken können ik had het kunnen weten
          denke dich in meine Lage! verplaats je eens in mijn situatie!
    2    informeelwas denken Sie sich eigentlich? wat verbeeldt u zich eigenlijk?

    Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > denken

  • 4 denken

    'denken <dachte, gedacht> <po>myslet, <po>myslit (an A na A);
    zu denken geben <po>myslit na to;
    an die Zukunft denken pamatovat na budoucnost;
    von jemandem schlecht denken smýšlet o kom špatně;
    sich (D) sein Teil denken myslit si své;
    das lässt sich denken! to si myslím!;
    wer hätte das gedacht? kdo by si to pomyslel?;
    wie denken Sie darüber? co si o tom myslíte?;
    ich denke nicht daran! ani mě to nenapadne!;
    was denken Sie zu tun? co zamýšlíte?;
    Sie können sich (D) denken, dass … můžete si představit, že …;
    an nichts Böses dabei denken nemyslet přitom na nic zlého;
    wo denken Sie hin! fam co si myslíte?;
    denkste! fam omyl!, mýlíš se!

    Deutsch-Tschechisch Wörterbuch > denken

  • 5 denken

    denken, I) eig., Vorstellungen mit Bewußtsein haben: a) absol.: cogitare. – intellegere (deutliche Vorstellungen haben). – notiones rerum informare (sich Begriffe von den Dingen bilden können). – in rerum contemplatione studia ponere (sich auf die Betrach tung und Erkenntnis des Wesens der Dinge legen, vom philos. Forscher). – b) mit Objekt, sich etwas denken: cogitare (in animo, cum animo, secum). cogitatione comprehendere oder percipere oder complecti. cogitatione et mente complecti. mente concipere (im Gedanken zusammenfassen, auffassen). – cogitatione oder animo fingere. cogitatione depingere (sich im Gedanken ein Bild von etwas machen). – alqd coniecturā informare (sich mutmaßlich vorstellen). – intellegere (vermittelst des Erkenntnisvermögens innewerden, sich deutlich vorstellen, z.B. animum sine corpore intellegere non posse) – sentire (eine gewisse [579] Meinung, Ansicht haben). – meditari (secum) alqd od. dealqa re (nachsinnen, vorbereitend denken). – putare (nach angestellter Erwägung annehmen, z.B. puta venisse te Athenas, denke dich nach A.). – iudicare (nach gebildetem Urteil annehmen, z.B. divitias bonum, als ein G.). – sich etwas nur d. (es aber nicht sehen etc.), tantum cogitare alqd; cogitatione tantum et mente complecti alqd. – sich jmd. d., cogitare alqm. – das läßt sich nicht einmal d. daß etc., ne in cogitationem quidem cadit, ut etc.: denke direinmal, du seist ich, eum te esse finge, qui ego sum; fac, qui ego sum, esse te: sich jmd. als einen solchen etc. d., alqm sentire, intellegere talem. – an jmd. d., cogitare de alqo (noch lebhafter, acrius): ich dachte nur an dich, totus eram tecum. – an etwas d., cogitare alqd od. de alqa re: oft an etwas denken (etwas sich vorstellen), frequenti cogitatione pertractare alqd. – ich dachte so, sic cogitabam m. folg. direkter oder indirekter Rede; coepi egomet mecum sie cogitare mit folg. direkter Rede. II) uneig.: 1) glauben, vermuten: opinari. putare. credere. arbitrari (s. »glauben« die Synon.). – wer hätte das gedacht, quis putarat; quis hoc exspectaverät: das habe, hatte (hätte) ich nicht gedacht, non putavi; non putaram: ich habe mir's so gedacht, aliquid tale putavi fore: geschwinder, als man denkt, opinione citius, celerius: ich denke (doch), censeo: denke ich (als Parenthese), credo; puto od. ut puto; opinor od. ut opinor. – 2) im Sinne haben, s. gedenken no. IV. – 3) an etwas d. = einer Sache sich erinnern, w. s. – nicht mehr an etwas d., alcis rei memoriam deponere. alqd ex memoria deponere (mit Willen nicht mehr gedenken); alcis rei esse immemorem od. non memorem (einer Sache uneingedenk sein, aus Vergessenheit, Undankbarkeit etc.). – denke an deinen Tod, memento mortis (vgl Mart. 2, 59, 4). – 4) auf oder an etwas denken, d. i. bedacht sein od. Rücksicht nehmen auf etwas: cogitare de alqa re. – meditari alqd od. de alqa re (auf etwas sinnen) – consulere, prospicere alci rei (für etwas sorgen). – alqd respicere. alcis rei rationem habere od. ducere (etw. berücksichtigen, auf etw. Rücksicht nehmen). – nicht an etw. d., nullam alcis rei cogitationem habere (keinen Gedanken hegen an etw, z.B. petendi consulatum); auch alcis rei oblivisci od. immemorem esse (etw. vergessen, einer Sache uneingedenk sein, z.B. periculorum: u. sui, an sich). – jmd. an etwas nicht denken lassen, alqm immemorem facere mit Genet. Gerund. (z.B. an die Verfolgung der F., sequendi hostes). – nicht weiter, nicht mehr an etw. d., desistere velle m. Infin. (davon abstehen, etw. tun zu wollen, z.B. auctionem velle facere desistit); omittere alqd (etw. aufgeben, z.B. deditionem). – in allem Ernste auf etw. d., toto pectore cogitare de alqa re: bloß an sich d., de se cogitare (übh., an seinen Vorteil, an seine Rettung); de salute sua cogitare (an seine eigene Rettung): auf oder an Krieg, an Mittel zum Krieg d., belli consilia tractare. – ohne an sich zu denken, sine respectu sui (ohne Rücksicht auf [580] sich); oblitus sui (sich selbst [seine eigene Gefahr etc.] vergessend): ohne an die Gefahr zu denken, sine respectu periculorum; oblitus periculorum. – 5) gesinnt sein auf eine gewisse Art: cogitare; sentire. – schlecht, niedrig d., male cogitare; humiliter sentire: liebevoll gegen jmd. d., amabiliter cogitare in alqm: schlecht von jmd. d., male od. durius opinari de alqo; male existimare de alqo (urteilen): gut, bene existimare de alqo. – anders denken, anders reden, aliter sentire, aliter loqui; aliud clausum in pectore, aliud promptum in lingua habere: laßt uns so d., simus eā mente. – 6) meinen, urteilen: sentire (die und die Meinung haben). – iudicare (das und das Urteil fällen); verb. sentire et iudicare. – existimare (nach Abwägung der Gründe sich das und das Urteil bilden, erachten). – statuere (festsetzen, bestimmen). – selbst d., suum iudicium adhibere. – über dieselben Dinge bald so, bald anders d., alias aliud iisdem de rebus et sentire et iudicare: ebenso d., idem sentire; idem mihi videtur; als jmd., alcis sententiam sequi: anders d., aliter sentire; über jmd., aliter est apud me de alqo: über etwas nicht viel anders d., non multo aliud de re sentire: ganz anders d., longe dissentire: ich denke ganz anders, longe alia mihi mens est.

    deutsch-lateinisches > denken

  • 6 denken

    denken <denkt, dachte, gedacht> ['dɛŋkən]
    I vi
    1) ( überlegen) düşünmek (an -) (über/von -);
    laut \denken ( fam) içinden konuşmak;
    das gibt mir zu \denken bu beni düşündürüyor;
    solange ich \denken kann bildim bileli;
    ich denke nicht daran, das zu tun! bunu yapmayı düşünmüyorum!;
    ich darf gar nicht daran \denken onu hiç düşünmek [o aklıma getirmek] istemiyorum;
    wie denkst du darüber? sen buna [o bu işe] ne diyorsun?
    2) ( sich erinnern) düşünmek (an -), aklından geçirmek (an -);
    denk daran! hatırında tut!, unutma onu!, aklından çıkarma!;
    wenn ich so an früher denke eski günleri aklımdan geçirdiğim zaman
    3) ( annehmen)
    wer hätte das gedacht kim düşünürdü bunu, kimin aklına gelirdi bu;
    ich denke schon olabilir;
    denkste! ( fam) sen öyle zannet!
    4) ( wollen) istemek;
    ganz wie Sie \denken nasıl isterseniz!;
    wo \denken Sie hin! bir düşünsenize!
    II vt ( sich vorstellen) düşünmek, aklından geçirmek, göz önüne getirmek;
    was denkst du gerade? şu anda ne düşünüyorsun?;
    das hätte ich nicht von ihm gedacht! bunu ondan beklemezdim!, onun bunu yapacağını aklımdan geçirmezdim!;
    wie hast du dir das gedacht? bunu nasıl düşünüyorsun?;
    das kann ich mir \denken bunu düşünebiliyorum, bunu gözümün önüne getirebiliyorum;
    ich habe mir nichts Böses dabei gedacht onu yaparken hiçbir kötülük düşünmedim;
    für jdn/etw gedacht sein bir kimse/şey için düşünülmüş olmak

    Wörterbuch Deutsch-Türkisch Kompakt > denken

  • 7 denken

    denken v/t und v/i <dachte, gedacht, h> (an A, über A -i hakkında) düşünmek;
    das kann ich mir denken tahmin ederim;
    das habe ich mir gedacht böyle (olacağını) düşünmüştüm;
    denk daran zu … -meyi unutma;
    jemandem zu denken geben b-ni düşündürmek;
    solange ich denken kann aklım ereli (beri);
    ich dachte mir nichts dabei aklıma kötü bir şey gelmedi;
    daran ist nicht zu denken dünyada olmaz;
    ich denke nicht daran! aklımın ucundan bile geçmez!;
    fam denkste! sana öyle geliyor!, nerde (o bolluk)?

    Deutsch-Türkisch Wörterbuch > denken

  • 8 Denken

    Denken <-s> nt
    1) (Nach\Denken) düşünme
    2) (logisches \Denken) mantıksal düşünme;
    positives \Denken olumlu düşünme

    Wörterbuch Deutsch-Türkisch Kompakt > Denken

  • 9 Denken

    Denken n GEN thinking
    * * *
    n < Geschäft> thinking
    * * *
    Denken, genossenschaftliches
    cooperative spirit;
    unternehmerisches Denken management philosophy.

    Business german-english dictionary > Denken

  • 10 Denken [2]

    Denken, das, cogitatio. – ratio (Überrechnung, Überlegung und dah. auch = Denkvermögen). – opinio (die auf Voraussetzungen beruhende Ansicht, das Meinen, Ggstz. scientia, das Wissen). – mens (das Denkende in Menschen und die Art zu denken, die Gesinnung) – memoria. recordatio (Erinnerung). – animus (Gesinnung). – sein D., quae quisque sentit. zum D. und Handeln bestimmt sein, ad intellegendum et agendum natum esse.

    deutsch-lateinisches > Denken [2]

  • 11 denken

    denken (an etw.) ду́мать (о чём-л)
    das kann ich mir denken могу́ себе́ предста́вить

    Allgemeines Lexikon > denken

  • 12 denken

    denken

    Niederländisch-Deutsch Wörterbuch > denken

  • 13 denken in geld

    denken in geld

    Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > denken in geld

  • 14 Denken

    'Denken n < Denkens> myšlení n

    Deutsch-Tschechisch Wörterbuch > Denken

  • 15 Denken

    Denken n gondolkodás

    Deutsch-Ungarisch-Wörterbuch > Denken

  • 16 denken

    denken (an A -re) gondol; gondolkodik

    Deutsch-Ungarisch-Wörterbuch > denken

  • 17 Denken ist Glückssache

    Denken ist Glückssache!
    dat had je gedacht!

    Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Denken ist Glückssache

  • 18 denken

    n; -s, kein Pl. thinking, thought; (logisches Denken) reasoning; (Denkart) way of thinking; Denken ist Glücksache umg. well you thought wrong; das Denken soll man den Pferden überlassen umg. don’t think too hard, you might hurt yourself ( oder pull a muscle)
    * * *
    das Denken
    thinking
    * * *
    Dẹn|ken
    nt -s,
    no pl
    1) (= Gedankenwelt) thought; (= Denkweise) thinking

    ich kann seinem Denken nicht folgenI can't follow his thinking or his train of thought

    im Denken Goethesin Goethe's thought

    abstraktes Denkenabstract thought or thinking

    klares Denken — clear thinking, clarity of thought

    2) (= Gedanken) thoughts pl, thinking
    3) (= Denkvermögen) mind
    * * *
    1) ((especially American) to suppose: I guess I'll have to leave now.) guess
    2) (to (be able to) think, form opinions and judgements etc: Man alone has the ability to reason.) reason
    3) ((often with about) to have or form ideas in one's mind: Can babies think?; I was thinking about my mother.) think
    * * *
    Den·ken
    <-s>
    [ˈdɛŋkn̩]
    1. (das Überlegen) thinking no pl
    2. (Denkweise) [way of] thinking, reasoning, thought, train of thought
    3. (Gedanken) thoughts pl
    positives \Denken positive thinking
    4. (Denkvermögen) understanding
    zu klarem \Denken kommen to start thinking clearly
    * * *
    das; Denkens thinking; (Denkweise) thought
    * * *
    denken; denkt, dachte, hat gedacht
    A. v/t & v/i
    1. think; (nachsinnen) reflect; logisch: reason;
    für sich denken think to o.s.;
    das war nur laut gedacht I was just thinking aloud ( oder out loud);
    es gibt einem zu denken it makes you think;
    Schwanz his heart rules his head/he lets his willy ( oder cock oder dick) do the thinking;
    ich denke, also bin ich I think, therefore I am;
    der Mensch denkt, (und) Gott lenkt sprichw man proposes, God disposes
    2. (vermuten) think, imagine;
    ich denke schon I (should) think so;
    ich dachte schon, du wolltest nicht mitkommen I was beginning to think ( oder for a minute I thought) you didn’t want to come;
    wer hätte das gedacht! who would have thought it;
    das hättest du dir denken können you should have known (that);
    dachte ich’s mir doch! I knew it!, I thought so ( oder as much)!
    3. eine Meinung haben: think (
    über +akk about;
    von of);
    sich (dat)
    sein Teil denken have thoughts ( oder opinions) of one’s own, think for o.s.;
    ich kann mir auch mein Teil denken I can put two and two together;
    wie denkst du darüber? what do you think about ( oder of) it?, how do you see it?;
    von jemandem denken think ill ( oder badly) of sb, have a low opinion of sb;
    das hätte ich von ihr gar nicht gedacht I wouldn’t have thought it of her, I didn’t think she was like that
    4.
    sich (dat) etwas
    denken (vorstellen) imagine;
    denken Sie nur! just imagine!;
    den Wein musst du dir denken umg you’ll just have to imagine ( oder pretend) there’s wine;
    das kann ich mir denken I can well ( oder just) imagine;
    beinahe gedacht I thought ( oder suspected) as much;
    das habe ich mir gleich gedacht I almost thought as much from the start;
    das hätte ich mir doch denken können I should have realized;
    ich habe mir das so gedacht: … this is what I had in mind, I imagined it like this;
    ich habe mir nichts Böses dabei gedacht I didn’t mean anything ( oder any harm) by it;
    das hast du dir so gedacht! umg denkste; dabei 8
    B. v/i
    fortschrittlich/konservativ denken think progressively/conservatively;
    großzügig/kleinlich denken be generous of spirit/pettyminded;
    anders/ähnlich denkend of different/similar opinions;
    anders Denkende pl people of differing viewpoints ( oder opinions); POL, REL dissenters pl
    2.
    denken an (+akk) think of; (sich erinnern an, nicht vergessen) remember;
    so lange ich denken kann as long ( oder as far back as) as I can remember;
    denk daran! don’t forget!;
    daran habe ich gar nicht mehr gedacht! I completely forgot about that!;
    ich darf gar nicht daran denken! it doesn’t bear thinking about!;
    wenn ich bloß daran denke! if I just think about it!;
    der wird noch an mich denken! drohend: I’ll give him something to remember me by!, he’ll have me to reckon with!
    3. (im Sinn haben) have in mind, think of;
    es war für dich gedacht it was meant ( oder intended) for you;
    ans Heiraten denken think of marrying ( oder getting married);
    er denkt daran zu (+inf) he’s thinking of (+ger)
    er denkt gar nicht daran zu (+inf) he has no intention of (+ger)
    er denkt nicht im Geringsten daran zu (+inf) he hasn’t the least intention of (+ger)
    ich denke nicht daran! I wouldn’t dream of it, no way! umg, not on your life umg, not in a million years umg;
    ich muss an meine Karriere denken I have to consider ( oder think of) my career;
    daran ist (zur Zeit) gar nicht zu denken that’s completely out of the question (at the moment);
    du denkst immer nur an dich (selbst)/deinen Vorteil you only ever think about yourself ( oder number one)/about what’s in it for you
    …denken n im subst oft pej
    1. Wert legend auf: attitude, way of thinking;
    Autarkiedenken independent attitude;
    Erfolgsdenken success-oriented attitude; pej worship of success;
    Nützlichkeitsdenken utilitarian thinking
    2. in Kategorien: way of looking at things;
    Analogiedenken lateral thinking;
    Freund-Feind-Denken “friend or foe” way of dealing with people, us-and-them attitude;
    Schwarz-Weiß-Denken black and white view of the world
    3. typisch für: mentality, mind set;
    Beamtendenken bureaucratic mentality ( oder logic);
    Behördendenken way of thinking typical of authorities
    * * *
    das; Denkens thinking; (Denkweise) thought
    * * *
    (an) v.
    to think (of) v. v.
    (§ p.,pp.: dachte, gedacht)
    = to think v.
    (§ p.,p.p.: thought)

    Deutsch-Englisch Wörterbuch > denken

  • 19 Denken

    den·ken
    1. den·ken <dachte, gedacht> [ʼdɛŋkn̩]
    vi
    1) ( überlegen) to think;
    wo \Denken Sie hin! whatever are you thinking of?;
    ich denke, also bin ich I think, therefore I am;
    hin und her \Denken ( unschlüssig) to go over and over sth in one's mind;
    ( angestrengt) to rack one's brains;
    langsam/schnell \Denken to be a slow/quick thinker;
    laut \Denken to think aloud [or out loud];
    jdm zu \Denken geben to give sb food for thought [or something to think about];
    das gab mir zu \Denken that made me think
    2) ( meinen) to think, to reckon ( fam)
    was denkst du? what do you say [or think] [or ( fam) reckon] ?;
    ich denke nicht I don't think so [or ( fam) reckon];
    ich denke schon I think [or ( fam) reckon] so;
    an wie viel hatten Sie denn gedacht? how much were you thinking of?;
    bei sich \Denken [, dass...] to think to oneself [that...]
    3) ( urteilen)
    [über jdn/ etw [o von jdm/ etw]] \Denken to think [about/of sb/sth];
    wie \Denken Sie darüber? what's your view [of it] [or opinion [of [or on] it]] ?, what do you think [of [or about] it]?;
    anders über etw \Denken to hold a different view of sth, to think differently about sth;
    ich denke genauso darüber that's exactly what I think, I think exactly the same;
    gut/ schlecht/ das Beste/ das Schlechteste über jdn [o von jdm] \Denken to think well/ill/the best/the worst of sb;
    denk nicht immer so negativ! don't be so negative about everything!
    edel/ engstirnig/ kleinlich/liberal \Denken to be noble-/narrow-/petty-/liberal-minded
    an jdn/etw \Denken to think of sb/sth;
    die viele Arbeit, ich darf gar nicht daran \Denken all that work, it doesn't bear thinking about;
    daran \Denken, was... to think of what...
    6) ( sich erinnern) to think;
    solange ich \Denken kann [for] as long as I can remember;
    an jdn/etw \Denken to think of sb/sth;
    denk an die Telefonrechnung! remember [or don't forget] [to pay] the telephone bill!;
    die wird noch an mich \Denken! she won't forget me in a hurry!;
    wenn ich so an früher denke when I think [or cast my mind] back;
    daran \Denken, was... to think of what...;
    ich denke mit Entsetzen daran, was damals war I shudder to think what it was like then
    7) ( beachten)
    an etw \Denken to bear in mind sth, to think of sth
    an etw akk \Denken to think of [or consider] [or contemplate] sth;
    daran ist gar nicht zu \Denken that's [quite] out of the question;
    ich denke [gar] nicht daran! [I'll be] damned if I will!, not on your life! ( fam), no way [José ( hum) ]! ( fam)
    daran \Denken, etw zu tun to think of [or consider] [or contemplate] doing sth;
    ich denke [gar] nicht daran, es zu tun I don't have the least intention of doing that/it;
    ( nicht im Traum) I wouldn't dream of doing that
    [nur] an jdn/ etw/ sich akk \Denken to [only] think of sb/sth/oneself, to only have sb/sth/oneself in mind;
    nur an seinen Vorteil \Denken to always look out for number one
    vt
    etw \Denken to think [or conceive] of sth;
    was denkst du jetzt? what are you thinking [of]?; (nachgrüblerisch a.) a penny for your thoughts?;
    es ist kaum zu \Denken it's hard to imagine;
    das wage ich kaum zu \Denken I dare think [about it];
    das habe ich [mir] schon lange gedacht I've suspected as much for quite some time
    2) (annehmen, glauben) to think;
    wer hätte das [von ihr] gedacht! who'd have thought [or believed] it [of her]?;
    was sollen bloß die Leute \Denken! what will people think!;
    ich habe das ja gleich gedacht! I [just] knew it!;
    da weiß man nicht, was man \Denken soll what is one supposed to make of it?;
    denkste! ( fam) that's what you think!;
    Gutes/ Schlechtes/ das Beste/das Schlechteste von jdm \Denken to think well/ill/the best/the worst of sb
    3) ( bestimmen)
    für jdn/ etw gedacht sein to be meant [or intended] for sb/sth;
    so war das [aber] nicht gedacht that wasn't what I/he/she etc. had in mind
    sich dat etw \Denken to imagine sth;
    das kann ich mir \Denken[, dass...] I can imagine [that...];
    den Käse musst du dir \Denken! ( hum) ( fam) cheese would go down well with that, but we'll have to do without;
    ich habe mir das so gedacht:... this is what I had in mind:...;
    das habe ich mir gleich gedacht! I thought as much [from the start]!;
    dachte ich mir's doch! I [just] knew it!, I thought as much!;
    das hast du dir [so] gedacht! that's what you think!;
    wie denkst du dir das [eigentlich]? what's the big idea?; s. a. Teil
    sich dat etw bei etw \Denken to mean sth by sth;
    ich habe mir nichts Böses dabei gedacht[, als...] I meant no harm [when...];
    sie denkt sich nichts dabei she doesn't think anything of it
    2. Den·ken <-s> [ʼdɛŋkn̩] nt
    1) ( das Überlegen) thinking no pl
    2) ( Denkweise) [way of] thinking, reasoning, thought, train of thought
    3) ( Gedanken) thoughts pl;
    positives \Denken positive thinking
    4) ( Denkvermögen) understanding;
    zu klarem \Denken kommen to start thinking clearly

    Deutsch-Englisch Wörterbuch für Studenten > Denken

  • 20 denken

    den·ken
    1. den·ken <dachte, gedacht> [ʼdɛŋkn̩]
    vi
    1) ( überlegen) to think;
    wo \denken Sie hin! whatever are you thinking of?;
    ich denke, also bin ich I think, therefore I am;
    hin und her \denken ( unschlüssig) to go over and over sth in one's mind;
    ( angestrengt) to rack one's brains;
    langsam/schnell \denken to be a slow/quick thinker;
    laut \denken to think aloud [or out loud];
    jdm zu \denken geben to give sb food for thought [or something to think about];
    das gab mir zu \denken that made me think
    2) ( meinen) to think, to reckon ( fam)
    was denkst du? what do you say [or think] [or ( fam) reckon] ?;
    ich denke nicht I don't think so [or ( fam) reckon];
    ich denke schon I think [or ( fam) reckon] so;
    an wie viel hatten Sie denn gedacht? how much were you thinking of?;
    bei sich \denken [, dass...] to think to oneself [that...]
    3) ( urteilen)
    [über jdn/ etw [o von jdm/ etw]] \denken to think [about/of sb/sth];
    wie \denken Sie darüber? what's your view [of it] [or opinion [of [or on] it]] ?, what do you think [of [or about] it]?;
    anders über etw \denken to hold a different view of sth, to think differently about sth;
    ich denke genauso darüber that's exactly what I think, I think exactly the same;
    gut/ schlecht/ das Beste/ das Schlechteste über jdn [o von jdm] \denken to think well/ill/the best/the worst of sb;
    denk nicht immer so negativ! don't be so negative about everything!
    edel/ engstirnig/ kleinlich/liberal \denken to be noble-/narrow-/petty-/liberal-minded
    an jdn/etw \denken to think of sb/sth;
    die viele Arbeit, ich darf gar nicht daran \denken all that work, it doesn't bear thinking about;
    daran \denken, was... to think of what...
    6) ( sich erinnern) to think;
    solange ich \denken kann [for] as long as I can remember;
    an jdn/etw \denken to think of sb/sth;
    denk an die Telefonrechnung! remember [or don't forget] [to pay] the telephone bill!;
    die wird noch an mich \denken! she won't forget me in a hurry!;
    wenn ich so an früher denke when I think [or cast my mind] back;
    daran \denken, was... to think of what...;
    ich denke mit Entsetzen daran, was damals war I shudder to think what it was like then
    7) ( beachten)
    an etw \denken to bear in mind sth, to think of sth
    an etw akk \denken to think of [or consider] [or contemplate] sth;
    daran ist gar nicht zu \denken that's [quite] out of the question;
    ich denke [gar] nicht daran! [I'll be] damned if I will!, not on your life! ( fam), no way [José ( hum) ]! ( fam)
    daran \denken, etw zu tun to think of [or consider] [or contemplate] doing sth;
    ich denke [gar] nicht daran, es zu tun I don't have the least intention of doing that/it;
    ( nicht im Traum) I wouldn't dream of doing that
    [nur] an jdn/ etw/ sich akk \denken to [only] think of sb/sth/oneself, to only have sb/sth/oneself in mind;
    nur an seinen Vorteil \denken to always look out for number one
    vt
    etw \denken to think [or conceive] of sth;
    was denkst du jetzt? what are you thinking [of]?; (nachgrüblerisch a.) a penny for your thoughts?;
    es ist kaum zu \denken it's hard to imagine;
    das wage ich kaum zu \denken I dare think [about it];
    das habe ich [mir] schon lange gedacht I've suspected as much for quite some time
    2) (annehmen, glauben) to think;
    wer hätte das [von ihr] gedacht! who'd have thought [or believed] it [of her]?;
    was sollen bloß die Leute \denken! what will people think!;
    ich habe das ja gleich gedacht! I [just] knew it!;
    da weiß man nicht, was man \denken soll what is one supposed to make of it?;
    denkste! ( fam) that's what you think!;
    Gutes/ Schlechtes/ das Beste/das Schlechteste von jdm \denken to think well/ill/the best/the worst of sb
    3) ( bestimmen)
    für jdn/ etw gedacht sein to be meant [or intended] for sb/sth;
    so war das [aber] nicht gedacht that wasn't what I/he/she etc. had in mind
    sich dat etw \denken to imagine sth;
    das kann ich mir \denken[, dass...] I can imagine [that...];
    den Käse musst du dir \denken! ( hum) ( fam) cheese would go down well with that, but we'll have to do without;
    ich habe mir das so gedacht:... this is what I had in mind:...;
    das habe ich mir gleich gedacht! I thought as much [from the start]!;
    dachte ich mir's doch! I [just] knew it!, I thought as much!;
    das hast du dir [so] gedacht! that's what you think!;
    wie denkst du dir das [eigentlich]? what's the big idea?; s. a. Teil
    sich dat etw bei etw \denken to mean sth by sth;
    ich habe mir nichts Böses dabei gedacht[, als...] I meant no harm [when...];
    sie denkt sich nichts dabei she doesn't think anything of it
    2. Den·ken <-s> [ʼdɛŋkn̩] nt
    1) ( das Überlegen) thinking no pl
    2) ( Denkweise) [way of] thinking, reasoning, thought, train of thought
    3) ( Gedanken) thoughts pl;
    positives \denken positive thinking
    4) ( Denkvermögen) understanding;
    zu klarem \denken kommen to start thinking clearly

    Deutsch-Englisch Wörterbuch für Studenten > denken

См. также в других словарях:

  • Denken: Wahrnehmen, Erinnern, Wollen und Handeln —   Theodor Elsenhans schrieb in dem 1912 erschienenen, damals repräsentativen »Lehrbuch der Psychologie« über das Denken: »Beim Denken beobachtet man erscheinungsmäßig immer wiederkehrende Bezüge. Man nennt den Inhalt eines Gedankens im jeweiligen …   Universal-Lexikon

  • Denken — Dênken, verb. irreg. act. et neutr. im letzten Falle mit haben. Imperf. ich dáchte; Conj. dchte; Mittelwort gedácht. 1. Eigentlich, Vorstellungen mit Bewußtseyn haben, und zwar, 1) absolute, in der weitesten Bedeutung. Ich bin oder existire,… …   Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart

  • denken — denken: Das gemeingerm. Verb mhd., ahd. denken, got. Þagkjan, engl. to think (aengl. đencan), schwed. tänka gehört mit der Sippe von ↑ dünken zu der idg. Wurzel *teng »empfinden, denken«, vgl. z. B. alat. tongere »kennen, wissen«. Die alten… …   Das Herkunftswörterbuch

  • denken — Vsw std. (8. Jh.), mhd. denken, ahd. denken, as. thenkjan Stammwort. Aus g. * þank (i)ja V(sw.) denken , auch in gt. þagkjan, anord. þekkja, ae. þencan, afr. thanka, thenza, Kausativum (oder allenfalls Primärverb) zu einer zunächst nicht klaren… …   Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache

  • denken — V. (Grundstufe) seinen Verstand gebrauchen Beispiele: Sie dachte oft an die Vergangenheit. Woran denkst du? denken V. (Aufbaustufe) eine bestimmte Meinung über jmdn. oder etw. haben Synonyme: beurteilen, halten von, urteilen Beispiele: Was denkst …   Extremes Deutsch

  • denken — denken, denkt, dachte, hat gedacht 1. Was denkst du gerade? 2. Ich denke, dass du recht hast. 3. Wir diskutieren gerade über das Rauchen. Wie denken Sie darüber? 4. Denk bitte daran, die Heizung auszumachen. 5. Es ist mir ganz gleich, was die… …   Deutsch-Test für Zuwanderer

  • Denken — Denken, 1) die Thätigkeit des Verstandes od. der Vernunft (Denkkraft, Denkvermögen) wodurch wir Begriffe bilden u. verbinden u. so Vorstellungen von etwas bekommen. Das D. setzt Anschauen u. Empfinden voraus, da nur so unsre Gedanken einen… …   Pierer's Universal-Lexikon

  • Denken und Raten — Denken und Raten: Zeitschrift für Rätselfreunde; Rätsel, Schach, Skat, Bridge war eine Wochenschrift aus dem Zeitungsverlag von August Scherl. Das erste Heft erschien am 7. Oktober 1928[1]. Mit der Nr. 13 vom 27. März 1935 stellte die Zeitschrift …   Deutsch Wikipedia

  • Denken ist Glückssache (aber du hast kein Glück) — Denken ist Glückssache [aber du hast kein Glück]   Mit der Redensart kommentiert man kritisch jemandes Begriffsstutzigkeit, jemandes unüberlegtes Verhalten oder Ton: Zwei Mann können doch nicht den Öltank transportieren. Na ja, Denken ist… …   Universal-Lexikon

  • denken — [Basiswortschatz (Rating 1 1500)] Auch: • nachdenken • glauben • meinen Bsp.: • Ich glaube nein. • Du wirst noch an mich denken! • …   Deutsch Wörterbuch

  • Denken — Denken, die geistige Tätigkeit, durch welche Vorstellungsobjekte in Beziehung zueinander gesetzt werden. Von den auf unwillkürlichen psychischen Prozessen (z. B. Ideenassoziation) beruhenden Vorstellungsverbindungen unterscheidet sich die durch D …   Meyers Großes Konversations-Lexikon

Поделиться ссылкой на выделенное

Прямая ссылка:
Нажмите правой клавишей мыши и выберите «Копировать ссылку»