-
81 interrupt
n. pauze; een opdracht die aan de computer processor wordt gegeven om een bepaald proces te onderbreken ten gunste van een ander proces--------v. hinderen, storen; ophouden,interpelleren; afsluiten; in de rede vallen[ intərupt]1 storen ⇒ onderbreken, in de rede vallenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 onderbreken ⇒ afbreken, belemmeren2 interrumperen ⇒ in de rede vallen, storen -
82 lift a tent
-
83 lift
n. lift; het meeliften met iemand; verhoging; steun; het omhoogtillen--------v. verhogen; omhoogtillen; opkomen, omhoog komen; optrekken; onthullen; stelen (spreektaal)lift1[ lift]1 〈 voornamelijk Brits-Engels〉(goederen/personen)lift3 (ver)heffing ⇒ hijs(ing), optrekking♦voorbeelden:1 lift ⇒ opwaartse druk, draagkracht————————lift21 (op)stijgen ⇒ opgaan/komen, omhooggaan/komen♦voorbeelden:1 this window won't lift • dit raam gaat/wil niet omhoog/open〈 luchtvaart, ruimtevaart〉 lift off • opstijgen, startenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (omhoog/op)tillen ⇒ omhoog/optrekken, (op)hijsen♦voorbeelden:not lift a hand/finger • geen hand/vinger/poot uitstekenlift down • aftillen, neerlatenlift a tent • een tent afbreken -
84 mine
n. mijn; goudmijn; rijke bron (v. informatie)--------pron. mijn--------v. afbreken; (af)graven; mijnen leggenmine1[ majn] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————mine2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:————————mine3♦voorbeelden: -
85 pull down
vernielen, vernietigen, naar beneden halenpull down♦voorbeelden: -
86 run down
uitgeput raken; verlopen; omverlopen, overrijden; opsporen; uitputten (onderwerp); afbreken, afgeven op; verminderenrun down2 uitgeput raken ⇒ verzwakken, op raken♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉3 opsporen ⇒ vinden, te pakken krijgen♦voorbeelden:4 how dare you run her down? • hoe durf je haar te kleineren? -
87 tear down a building
tear down a building -
88 tear
n. traan; scheur; vrolijk maken--------v. rennen, stormen; scheuren, stuk gaan; rukken, trekken; verscheurentear1[ tiə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 traan♦voorbeelden:move someone to tears • iemand aan het huilen brengen————————tear2[ teə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 scheur2 flard————————tear3————————tear4♦voorbeelden:3 tear at something • aan iets rukken/trekken→ tear into tear into/II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:tear across • doormidden scheurentear in half/two • in tweeën scheuren -
89 throw down
-
90 abruption
n. het plotseling afbreken -
91 breaking off
eindigen,pauze,afbreken -
92 by means of an abortion
door een abortie (een zwangerschap opzettelijk afbreken) -
93 cut the painter
contacten afbreken -
94 decartelization
n. dekartelisatie, afbreken van een kartel -
95 decartelize
v. afbreken van kartel -
96 depolymerize
v. (Chemie) afbreken van polymeer in monomeren, depolymeriseren -
97 disarticulate
v. verbreken; afbreken -
98 disengagement
n. (het) losmaken, (het) afkoppelen, (het) afsnijden, (het) afbreken -
99 dismantle a settlement
een nederzetting afbreken -
100 hamza
n. Arabisch teken gebruikt in Arabische orthografie dat het afbreken met de stembanden aanduidt (in het Engels meestal aangegeven door een apostrof
См. также в других словарях:
afbreken — Hamburg • abbrechen, abnehmen, abnehmender Mond … Plattdeutsch-Hochdeutsch
afbreken — broko … Woordenlijst Sranan
Brekendorf — Wappen Deutschlandkarte … Deutsch Wikipedia
Unglück — 1. Allein vnglück vnd armut ist vor den Neidhard gut. – Gruter, III, 4; Lehmann, II, 33, 21; Simrock, 7478. 2. Alles Vnglück fahet sich in Gottes namen an (in nomine Domini). – Gruter, III, 4; Henisch, 1697, 30; Petri, II, 8; Blum, 2; Eiselein,… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Wagenrunge — *1. Denne kast n Waogenrung im Hinnersten afbrêken. (Pommern.) So derb, drall, stämmig ist er. *2. Hä lätt sich iehr ne êken Wa nrung in n Oars enttweibriäken, iehr r n Groschen gevt. – Schlingmann, 532 … Deutsches Sprichwörter-Lexikon