-
1 to map
afbeelden -
2 to depict
afbeeldenuitbeelden -
3 to display
afbeeldenetalerententoonspreidententoonstellentonenuitstallen -
4 to project
afbeeldenprojecterenuitkomenuitspringen -
5 depict
v. (af)schilderen, afbeelden1 (af)schilderen ⇒ beschrijven, afbeelden -
6 picture
n. plaat; foto; film; schilderij; toonbeeld, beeld--------v. afbeelden, schilderen; zich voorstellenpicture1[ piktsjə]♦voorbeelden:(as) pretty as a picture • beeldschoonfit into the picture • bij het geheel passenput someone in the picture • iemand op de hoogte brengen(be) in the picture • op de hoogte (zijn)→ clinical clinical/1 bios————————picture2〈 werkwoord〉♦voorbeelden: -
7 delineate
-
8 depicture
-
9 image
n. beeld; evenbeeld; idee; beeltenis--------v. Beeld, afbeelding; voorstelling; evenbeeldimage1[ immidzj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 beeld ⇒ afbeelding, voorstelling♦voorbeelden:3 he's the (very/spitting) image of his father • hij lijkt (sprekend/als twee druppels water) op zijn vader————————image2〈 werkwoord〉 -
10 map
n. kaart (bij geografie), landkaart, plattegrond--------v. inkaarten; plannenmap1[ mæp] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 kaart♦voorbeelden:put on the map • de aandacht vestigen op————————map2〈werkwoord; mapped〉♦voorbeelden:I've got my whole future mapped out for me • mijn hele toekomst is al uitgestippeld -
11 project
n. programma; projekt--------v. uitspringen; slingeren; projecteren (film); ontwerpen, plannen; voorstellen (beeld)project1[ prodzjekt] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————project2[ prədzjekt]♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:project one's voice • zijn stem richten -
12 represent
v. vertegenwoordigen; symboliseren; beschrijven[ reprizzent]1 voorstellen ⇒ weergeven, afbeelden3 aanvoeren ⇒ beweren, voorgeven, meedelen4 verklaren ⇒ uitleggen, duidelijk maken5 symboliseren ⇒ staan voor, betekenen♦voorbeelden: -
13 delineated
adj. tekenen, afbeelden
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский