-
61 tow-boat
sleepboot -
62 tug boat
sleepboot -
63 adrift
adv. word meegesleept, is aan zijn lot overgelaten[ ədrift]♦voorbeelden:the project went adrift • het project ging de mist in -
64 afloat
adj. drijvend; overstroomd; de ronde doende (gerucht)[ əfloot]1 vlot(tend) ⇒ drijvend, varend♦voorbeelden:1 get a boat afloat • een boot vlot maken/krijgenspend a long time afloat • lange tijd op zee doorbrengen3 keep afloat • het hoofd boven water houden, rondkomenget something afloat • iets van de grond krijgen -
65 belly
n. buik--------v. buik; uitsteken; opgeblazen[ bellie] 〈meervoud: bellies〉4 → belly laugh belly laugh/♦voorbeelden:3 the belly of an aeroplane • de buik/onderkant van een vliegtuig -
66 bob
n. Bob (voornaam, afkort. v. Robert)bob1[ bob] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 〈 benaming voor〉 hangend voorwerp ⇒ (slinger)gewicht, lens 〈 van uurwerk〉; gewicht, strik 〈 aan vlieger〉; lood 〈 van dieplood〉; dobber, waker; aaskluwen 〈 van peur〉3 refrein ⇒ slotregel, keervers6 bob(bed kapsel) ⇒ kort geknipte kop, jongenskop♦voorbeelden:¶ 〈Brits-Engels; informeel〉 Bob's your uncle • klaar is Kees, voor mekaar————————bob2〈zelfstandig naamwoord; meervoud: bob〉 〈Brits-Engels; informeel〉1 shilling ⇒ 5 pence, poen, geld♦voorbeelden:————————bob3〈 bobbed〉1 bobben ⇒ rodelen, bobsleeën2 (zich) op en neer/heen en weer bewegen ⇒ (op)springen, dobberen3 buigen ⇒ een (knie)buiging/knix maken♦voorbeelden:bob up • (plotseling) te voorschijn komen, komen boven drijven, opduikenII 〈 overgankelijk werkwoord〉3 heen en weer/op en neer bewegen ⇒ doen dansen, laten dobberen, knikken♦voorbeelden: -
67 chafe
n. (warm)wrijven, schuren, schaven (de huid); ergeren, sarren--------v. wrijven, schuren, schaven (de huid); irriteren, ergeren; zich wrijven, zich ergeren, zich opwindenchafe1[ tsjeef] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 pijnlijke/ruwe plek ⇒ schaafwond2 ergernis♦voorbeelden:————————chafe21 schuren3 zich ergeren ⇒ ongeduldig zijn/worden, inwendig koken♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉3 ergeren ⇒ sarren, irriteren♦voorbeelden:2 his collar chafed his neck • zijn boord schuurde om/rond zijn nek -
68 chance
adj. toeval; onverwacht--------n. kans; toeval; zaak; gevaar--------v. toevallige gebeurtenis; kans; risicochance1[ tsja:ns] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 kans ⇒ mogelijkheid, waarschijnlijkheid4 risico♦voorbeelden:1 stand a (good/fair) chance • een (goede/redelijke) kans makennot a chance • geen schijn van kans, geen denken aanif, by any chance/some chance or other • mocht het zo zijn data chance of success • een kans op succes(the) chances are that • het is waarschijnlijk datleap at a chance • een kans (met beide handen) aangrijpenI never miss a chance • ik laat geen gelegenheid voorbijgaanleave to chance • aan het toeval overlatenby (any) chance • toevallig→ fighting fighting/————————chance2♦voorbeelden:————————chance3♦voorbeelden:if it should chance to snow • mocht het gaan sneeuwen¶ chance (up)on • (toevallig) vinden/aantreffenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
69 change
n. verandering, wijziging; wisselgeld, kleingeld--------v. wijzigen, veranderen; wisselen; zich verkleden; overstappenchange1[ tsjeendzj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 verandering ⇒ ver/afwisseling, overgang, variatie♦voorbeelden:1 a change for the better/worse • een verandering ten goede/kwadechange of heart • bekering, verandering van ideeënthe change of seasons • de wisseling der seizoenenfor a change • voor de verandering/afwisseling4 I had a change between L. and M. • tussen L. en M. moest ik overstappen5 keep the change! • laat maar zitten!ring the changes on something • iets op alle mogelijke manieren aanpakken; niet uitgepraat raken over iets〈Brits-Engels; informeel〉 ring the changes • veranderen, het anders aanpakkenthe change • overgang(sjaren)————————change21 veranderen ⇒ anders worden, wisselen2 zich verkleden ⇒ andere/schone kleren aantrekken♦voorbeelden:1 his voice is changing • zijn stem is aan het wisselen/brekenchange back into • weer veranderen inchange from a child into a man • van een kind een man wordenchange up • (naar een hogere versnelling) schakelenchange into second gear • in zijn twee zetten→ change over change over/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 veranderen ⇒ anders maken, transformeren2 (om/ver)ruilen ⇒ (om/ver)wisselen♦voorbeelden:change gear • (over)schakelenchange oil • olie verversenchange something for something else • iets (om)ruilen (voor iets anders)change the bed • het beddengoed verschonen -
70 folding
adj. opvouwbaar, opklapbaar--------n. plooiing[ foolding]1 vouw- ⇒ opvouwbaar, opklapbaar, klap-♦voorbeelden: -
71 lively
adj. levendig, energiek; uitgelaten--------adv. levendug, vrolijk; vitaal, energiek; vlug, druk[ lajvlie] 〈 liveliness〉1 levendig♦voorbeelden:lively description • levendige beschrijving -
72 paddle steamer
→ paddle boat paddle boat/ -
73 ply
n. laag (van hout of dubbele stof)--------v. een bep. route regelmatig afleggen; regelmatig beoefenenply1[ plaj] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: plies〉♦voorbeelden:2 what ply is this wool? • hoeveel draads wol is dit?————————ply2〈 plied〉1 〈+between〉 een bepaalde route regelmatig afleggen 〈 van bus, schip e.d.〉 ⇒ pendelen (tussen), geregeld heen en weer rijden/varen (tussen)♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 〈 formeel〉ijverig/regelmatig beoefenen ⇒ zich toeleggen op, (hard) werken aan♦voorbeelden:→ ply with ply with/ -
74 thumping
adj. kolossaal; grootsthumping1[ θumping] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉1 bonzend♦voorbeelden:————————thumping2
См. также в других словарях:
Boat people — is a term that usually refers to illegal immigrants or asylum seekers who emigrate en masse in boats that are sometimes old and crudely made rendering them unseaworthy and unsafe. The term came into common use during the late 1970s with the mass… … Wikipedia
Boat — (b[=o]t), n. [OE. boot, bat, AS. b[=a]t; akin to Icel. b[=a]tr, Sw. b[*a]t, Dan. baad, D. & G. boot. Cf. {Bateau}.] [1913 Webster] 1. A small open vessel, or water craft, usually moved by cars or paddles, but often by a sail. [1913 Webster] Note … The Collaborative International Dictionary of English
Boat hook — Boat Boat (b[=o]t), n. [OE. boot, bat, AS. b[=a]t; akin to Icel. b[=a]tr, Sw. b[*a]t, Dan. baad, D. & G. boot. Cf. {Bateau}.] [1913 Webster] 1. A small open vessel, or water craft, usually moved by cars or paddles, but often by a sail. [1913… … The Collaborative International Dictionary of English
Boat rope — Boat Boat (b[=o]t), n. [OE. boot, bat, AS. b[=a]t; akin to Icel. b[=a]tr, Sw. b[*a]t, Dan. baad, D. & G. boot. Cf. {Bateau}.] [1913 Webster] 1. A small open vessel, or water craft, usually moved by cars or paddles, but often by a sail. [1913… … The Collaborative International Dictionary of English
Boat building — Boat building, one of the oldest branches of engineering, is concerned with constructing the hulls of boats and, for sailboats, the masts, spars and rigging.Parts* Bow the front and generally sharp end of the hull. It is designed to reduce the… … Wikipedia
boat — W2S1 [bəut US bout] n [: Old English; Origin: bat] 1.) a vehicle that travels across water ▪ If we had a boat, we could row across to the island. ▪ a fishing boat on/in a boat ▪ MacKay said he would sleep on his boat. by boat ▪ … Dictionary of contemporary English
Boat boy — or boat bearer are terms used for a junior Acolyte position found in Roman Catholic and Anglican churches. The role of a boat boy is to assist the thurifer (the senior Acolyte who carries the thurible) during services in which incense is used.… … Wikipedia
Boat racing — is the racing of boats on water.Types* Drag boat racing * Dragon boat racing * Snake Boat Race * Hydroplane racing * Jet sprint boat racing * Offshore powerboat racing * Outrigger canoe racing * Sport rowing * Yacht racing * Match race * Team… … Wikipedia
Boat people — 132 boat people haïtiens entassés sur une petite embarcation et interceptés par un navire américain. Les boat people (construit à partir des mots anglais « bateau » et « gens ») sont des migrants qui fuient leur pays pour des… … Wikipédia en Français
Boat Lake — ist der Name mehrerer Seen in den Vereinigten Staaten: Boat Lake (Alaska) Boat Lake (Dixie County, Florida) Boat Lake (Hillsborough County, Florida) Boat Lake (Seminole County, Florida) Boat Lake (Washington County, Florida) Boat Lake (Indiana)… … Deutsch Wikipedia
boat — [bōt] n. [ME bot < OE bat (akin to Ger & Du boot) < IE base * bheid , to split (in the sense “hollowed out tree trunk”) > FISSION] 1. a small, open water vehicle propelled by oars, sails, engine, etc. 2. a large such vehicle for use in… … English World dictionary