-
1 aankoppelen
-
2 aankoppelen
-
3 Aankoppelen
-
4 aankoppelen
v. couple wagons, connect, link -
5 aankoppelen
bağlamak [-ar] v -
6 прицеплять
vgener. Aankoppelen, aanhaken, aaneenhaken, vastklampen -
7 сворить
vgener. Aankoppelen (собак), aaneenkoppelen -
8 сцеплять
vgener. samenkoppelen, Aankoppelen (вагоны и т.п.), aaneenschakelen, koppelen (вагоны и т.п.), schakelen -
9 leash
n. honderiem, koppel, lijn--------v. aankoppelen, koppelen[ lie:sj]♦voorbeelden:strain at the leash • trappelen van ongeduld -
10 прицеплять
vgener. Aankoppelen, aanhaken, aaneenhaken, vastklampen -
11 сворить
vgener. Aankoppelen (собак), aaneenkoppelen -
12 сцеплять
vgener. samenkoppelen, Aankoppelen (вагоны и т.п.), aaneenschakelen, koppelen (вагоны и т.п.), schakelen -
13 anschließen
anschließenI 〈onovergankelijk werkwoord; haben〉1 aansluiten ⇒ aanknopen, volgen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 aansluiten ⇒ aankoppelen, verbinden♦voorbeelden:1 zich aansluiten ⇒ zich voegen, instemmen♦voorbeelden:darf ich mich anschließen? • mag ik meedoen? -
14 beistellen
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Турецкий
- Французский