-
1 stuiten
stòpDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > stuiten
-
2 to arrest
stuitentegengaantegenhouden -
3 treffen
treffen♦voorbeelden:ins Tor treffen • scorengetroffen! • raak!; 〈 figuurlijk vooral〉juist!, goed (zo)!II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 nemen, treffen ⇒ maken, doen, tot stand brengen♦voorbeelden:eine Wahl treffen • een keuze doen, makeneine Feststellung treffen • vaststellen, tot de vaststelling komenMaßnahmen treffen • maatregelen treffen1 samenkomen ⇒ ontmoeten, treffen, zien2 elkaar ontmoeten, treffen, zien♦voorbeelden:¶ wie es sich so trifft • (a) zoals het toeval wil; (b) als het (toevallig) zo uitkomt, als het zo treft -
4 задерживать
vgener. achterhouden, ophouden, oppakken, overhouden, stremmen, aanhouden, achterwege houden, beletten, gevangennemen, houden, in zijn vaart stuiten, inhouden, knippen (преступника и т.п.), ondervangen, opvangen, stuiten, tegenhouden (человека), vasthouden, vatten, vertragen, wederhouden, weerhouden, weren -
5 останавливать
v1) gener. aanhouden, afspannen (машину), afzetten, opstoppen, stilhouden, stoppen, stuiten, tegenhouden, vangen, buiten werking stellen, de voortgang stuiten, laten aflopen (часы, механизм), ophouden, stelpen (кровотечение и т.п.), stilleggen, stilzetten (машину, часы), stopzetten, tot staan brengen, wederhouden, weerhouden2) navy. praaien -
6 catch
n. vangen; grijpen; betrappen; nemen, halen--------v. vangen; grijpen; betrappen; nemen, halencatch1[ kætsj]3 vangbal7 vergrendeling ⇒ pal, k♦voorbeelden:no catch • geen aanwinst————————catch25 klem/vast komen te zitten ⇒ blijven haken/zitten♦voorbeelden:the nut doesn't catch • de moer pakt nietII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (op)vangen ⇒ pakken, grijpen4 inhalen♦voorbeelden:1 catch fish/thieves • vis/dieven vangena nail caught his shirt • hij bleef met zijn overhemd aan een spijker haken/hangenI caught my thumb in the car door • ik ben met mijn duim tussen het portier gekomencatch one's foot on something • met zijn voet ergens achter blijven haken, over iets struikelen〈 ironisch〉 catch me! • ik kijk wel uit!8 catch someone's attention/interest • iemands aandacht trekken/belangstelling wekkencatch oneself • zich plotseling inhouden, opeens stoppen -
7 rebondir
rebondir [rəbõdier]〈 werkwoord〉1 (terug)stuiten ⇒ opspringen, stuiteren2 opleven ⇒ weer actueel worden, een andere wending nemen, weer oplaaienv2) opleven, weer oplaaien -
8 achopper
achopper [aasĵoppee] -
9 buter
buter [buutee]1 〈+ contre〉stoten (tegen, op) ⇒ botsen (tegen), struikelen (over)II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 koppig, bokkig, halsstarrig maken -
10 сталкиваться
botsen ; in botsing komen, geconfronteerd worden ; tegenkomen, stuiten -
11 столкнуться
botsen ; in botsing komen, geconfronteerd worden ; tegenkomen, stuiten -
12 возмущать
vgener. verontwaardigen, stoken, stuiten, in beroering brengen, ontstfchten, opruien, stoten -
13 наталкиваться
vgener. aanlopen, afstuiten, stuiten, tegenkomen (íà), aanstoten, stoten -
14 наткнуться
vgener. stuiten -
15 отскакивать
vgener. afkaatsen, afketsen, afspringen, afstoten, afstuiten, losspringen, stuiten, afbotsen, afstotelijk, terugdeinzen, terugspringen -
16 пресекать
v1) gener. de voortgang stuiten (поступательное движение), paal en perk stellen (что-л.)2) liter. doorkruisen -
17 ударяться
vgener. aanbonzen (tegen-îá), aanslaan, aanstoten, stoten, stuiten -
18 arrest
n. aanhouding, arrestatie; in gevangenhouding--------v. arresteren; vertragen; gevangen nemenarrest1[ ərest] 〈 zelfstandig naamwoord〉3 arrestatie ⇒ aanhouding, (voorlopige) hechtenis♦voorbeelden:under arrest • in arrest→ close close/————————arrest2〈 werkwoord〉1 tegenhouden ⇒ bedwingen, stuiten3 boeien ⇒ frapperen, fascineren♦voorbeelden: -
19 bang
adv. klap, dreun; met lawaai--------interj. boem!--------n. slag; geluid van een explosie; harde slag, dreun; verdovend middel, hennep--------v. slaan, treffen; voortdurend lawaai maken; opzettelijk lawaai maken; een speciale haardracht ("pony") maken waarbij het voorhoofd zichtbaarder wordt; (Agressieve Slang) deelnemen aan geslachtsgemeenschap, een paar vormenbang1[ bæng] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 klap ⇒ dreun, slag2 knal ⇒ ontploffing, schot3 plotselinge inspanning/energie♦voorbeelden:3 start off with a bang • hard aan het werk gaan/van stapel lopen————————bang2♦voorbeelden:bang into someone • iemand toevallig ontmoeten→ bang away bang away/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 stoten ⇒ bonzen, botsen2 dichtgooien/smijten♦voorbeelden:→ bang out bang out/————————bang3〈 bijwoord〉1 precies ⇒ pats, vlak2 plof ⇒ boem, paf♦voorbeelden:〈 informeel〉 bang on • precies goed/raakbang on time • precies op tijdbang went another million • nog een miljoen naar de maancome bang up against (something) • stuiten op (iets)————————bang41 boem! ⇒ pats!, pang! -
20 banns
n. huwelijksafkondiging[ bænz]♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
stuiten — stotu … Woordenlijst Sranan
Patrick Kluivert — Spielerinformationen Voller Name Patrick Stephan Kluivert Geburtstag 1. Juli 1976 … Deutsch Wikipedia
Mädchen — (s. ⇨ Jungfer, ⇨ Jungfrau, ⇨ Mädel und⇨ Meitschi). 1. Alle Mädchen sind Jungfern, so lange der Bauch schweigt. – Eiselein, 354; Simrock, 5328; Braun, I, 1703. Im Plattdeutschen: All Möäkens sind Jumfern, so lang de Bûk schwigt. (Schlingmann,… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
stoit — ˈstōt, ˈstȯit intransitive verb ( ed/ ing/ s) Etymology: perhaps from Dutch stuiten to stop, check, bounce; akin to Old High German stōzan to push, thrust more at stint 1. chiefly Scotland : stagger, lurch 2. dialect England … Useful english dictionary