-
1 weerkeren
1 [terugkomen] 〈 van de spreker weg〉 retourner; 〈 naar de spreker toe〉 revenir; 〈 naar huis〉 rentrer2 [opnieuw gebeuren] revenir -
2 weerkeren
гл.общ. возвращаться -
3 weerkeren
v. return -
4 возвращаться
vgener. weerkeren, inzinken (о болезни), omkeren, retourneren, weerkomen, achteruitrijden, op retour zijn, teruggaan, terugkeren, terugreizen, wederkeren -
5 terugkomen
♦voorbeelden:u hoeft hier niet meer terug te komen • don't bother to come backze kan elk moment terugkomen • she may be back (at) any momentin allerijl terugkomen • hurry backterugkomen van kantoor • come home from the officeop zijn verklaring terugkomen • retract one's statementterugkomen op een onderwerp • come back to a subjectdaar kom ik nog op terug • I'll come back to thatop een beslissing terugkomen • reconsider a decisionsteeds terugkomen op een bepaald onderwerp • keep harping on a (given) subjectweer op een kwestie terugkomen • re-open a questionop/van een belofte terugkomen • go back on a promiseterugkomen van een besluit • reverse/go back on a decisionhij is er van teruggekomen • he changed his mind3 na een slecht seizoen is zij met een nieuw record/een nieuwe show teruggekomen • after a bad season she came back with a new record/with a new show
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский