-
1 abundance
volheid -
2 body of wine
volheid -
3 fullness
volheid -
4 repletion
-
5 amplitude
n. afmeting, formaat, grootte; overvloed, overdaad[ æmplitjoe:d] -
6 swell
adj. voortreffelijk, prima--------n. zwellen, aan, opzwellen, uitzetten, uitdijen; aangroeien, toenemen; zich opblazen; doen zwellen; opblazen, hovaardig maken; doen aangroeien of toenemen, verhogen, doen aan-, opzwellen; vergroten--------v. zwellen, opzetten, dik worden; opblazenswell1[ swel] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 zwelling ⇒ het zwellen, volheid2 deining————————swell2♦voorbeelden:————————swell3〈ook swollen [swoolən]〉♦voorbeelden:swell up • (op)zwellenswell with pride • zwellen van trotsII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
7 orotundity
n. indrukwekkendheid; bombastheid; volheid (v. klank)
См. также в других словарях:
Frans Geysen — (born 29 July 1936) is a Belgian composer and writer on music.BiographyFrans Geysen was born in Oostham, and studied music at the Lemmens Institute in Mechelen, and at the conservatories of Antwerp and Ghent. In 1962 he became professor of… … Wikipedia
Rudolf van Reest — (1897 ndash;1979) is the pseudonym of Karel Cornelis van Spronsen, a Dutch writer born in the province of Zeeland, Netherlands. He also wrote for the Dutch newspaper, originally a resistance periodical, Trouw. Themes of his oeuvre include… … Wikipedia