-
1 turn sick
misselijk worden/maken -
2 sick
adj. ziek; ziekelijk; misselijk; overgevend; ziek (i. betekenis van "er genoeg van hebbend"); verlangend; besmet (oogst)--------n. zieken (+the)sick1————————sick2♦voorbeelden:a sick mind • een ziekelijke geestII 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉2 wee ⇒ onpasselijk/misselijk makend♦voorbeelden:♦voorbeelden:〈 voornamelijk Brits-Engels〉 be sick • overgeven, brakenturn sick • misselijk worden/makenbe worried sick • doodongerust zijnyou make me sick! • je doet me walgen!I am sick at heart • ik ben diepbedroefdI am sick of the sight of it • ik word misselijk als ik het zie¶ sick to death of someone/something • iemand/iets spuugzat zijnsick with envy • groen van nijd -
3 on
adj. aan--------adv. verder; vooruit; vooruitgaan--------prep. op; aan; over; langson1[ on] 〈zelfstandig naamwoord; the〉————————on2II 〈 bijvoeglijk naamwoord, predicatief〉2 aan de gang ⇒ gaande, te doen3 op 〈 toneel〉♦voorbeelden:what's on tonight? • wat is er vanavond te doen?, welke film draait er vanavond?, wat is er op tv vanavond?5 oil on to \\td16 • olie stijgt tot \\td16¶ I'm on! • okay, ik doe meeyour plan is not on • je plan(netje) gaat niet doorthe wedding is on • het huwelijk gaat dooryou're on • daar houd ik je aan!————————on3〈bijwoord; vaak predicatief〉1 in werking ⇒ aan, in functie4 〈plaats- of richtingaanduidend; ook figuurlijk〉op ⇒ tegen, aan, toe♦voorbeelden:what's going on? • wat is er aan de hand?have you anything on tonight? • heb je plannen voor vanavond?leave the light on • het licht aan latenput a record on • zet een plaat opturn the lights on • steek het licht aanput on your new dress • trek je nieuwe jurk aan3 five years on • vijf jaar na dato/latercome on! • schiet op!get a move on! • maak voort!go on! • ga maar door, toe!all clocks go on an hour tomorrow • morgennacht gaan alle klokken een uur vooruitthe circus is moving on • het circus trekt verderpass the news on • zeg het voortsend on • doorsturen, nazendenspeak on • door blijven pratenthey travelled on • ze reisden verderwalk on • doorlopenlater on • laterand so on • enzovoortwell on into the night • diep in de nachtwell on in years • op gevorderde leeftijd(talk) on and on • alsmaar door/zonder onderbreking (praten)on! • vooruit!from that moment on • vanaf dat ogenblikthey collided head on • ze botsten frontaalshe looked on • ze keek toe¶ on and off • af en toe, (zo) nu en dan————————on41 〈plaats of richting; ook figuurlijk〉op ⇒ in, aan, bovenop5 over ⇒ met betrekking tot, aangaande, betreffende6 ten koste van ⇒ op kosten van, in het nadeel van♦voorbeelden:the sun revolves on its axis • de zon draait om haar aslive on bread and water • leven van water en broodride on a bus • met de bus gaanstand on the chair • op de stoel staanstay on course • koers houdena stain on her dress • een vlek op haar jurkthey marched on the enemy • ze marcheerden op de vijand affate smiled on Jill • het lot was Jill gunstig gezindshe hurt herself on the ledge • zij bezeerde zich aan de randpay off a sum on the loan • een som op de lening afbetalentravel on a plane • met het vliegtuig reizenwar on poverty • oorlog tegen de armoedeannounced on the radio • op de radio aangekondigdon the right road • op de juiste wega shop on the main street • een winkel in de hoofdstraatencounter trial upon trial • de ene beproeving na de andere doorstaanget on the train • instappenhang on the wall • aan de muur hangenI had no money on me • ik had geen geld op zaklean on a friend • steunen op een vriendon your right • aan de rechterkanta house on the river • een huis bij de rivierwinter is upon us • de winter staat voor de deurjust on sixty people • amper zestig mensenarrive on the hour • op het hele uur aankomenpay on receipt of the goods • betaal bij ontvangst van de goederenon the stroke of midnight • klokslag middernachtcome on Tuesday • kom dinsdagon opening the door • bij het openen van de deuron reading the letter she fainted • (net) toen ze de brief gelezen had, viel ze flauwbe on duty • dienst hebbenbe on fire • in brand staanon holiday • met vakantieon sick leave • met ziekteverlofbeer on tap • bier uit het vaton trial • op proefhave a monopoly on shoes • een monopolie hebben van schoenenagree on a solution • tot een akkoord komen over een oplossingthe joke was on Mary • de grap was ten koste van Maryhis work has nothing on Mary's • zijn werk haalt het niet bij dat van Maryshe has a year on her opponents in age • ze is een jaar ouder dan haar tegenkandidatenthe glass fell and broke on me • tot mijn ergernis viel het glas en brakthis round is on me • dit rondje is voor mij→ be on be on/
См. также в других словарях:
Turn-sick — a. Giddy. [Obs.] Bacon. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
Turn-sick — n. (For.) A disease with which sheep are sometimes affected; gid; sturdy. See {Gid}. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
turn-sick — tərn .sik n GID … Medical dictionary
turn-sick — ˈ ̷ ̷ˌ ̷ ̷ noun Etymology: obsolete English turn sick vertigo, from Middle English turnseke, from turnseke, adjective, dizzy, from turn + seke sick : gid … Useful english dictionary
turn — {{11}}turn (n.) mid 13c., action of rotation, from Anglo Fr. tourn (O.Fr. tour), from L. tornus turning lathe; also partly a noun of action from TURN (Cf. turn) (v.). Meaning an act of turning, a single revolution or part of a revolution is… … Etymology dictionary
sick — [sɪk] adjective 1. a sick company, economy etc is one that has financial or other difficulties such as corruption (= dishonest, illegal, or immoral behaviour): • The President lost popularity when his reforms failed to revive a sick economy. • a… … Financial and business terms
Sick building syndrome — (SBS) is a combination of ailments (a syndrome) associated with an individual s place of work (office building) or residence. A 1984 World Health Organization report into the syndrome suggested up to 30% of new and remodelled buildings worldwide… … Wikipedia
turn — [tʉrn] vt. [ME turnen < OE turnian & OFr turner, tourner, both < L tornare, to turn in a lathe, turn < tornus, lathe < Gr tornos, lathe, carpenter s compasses, akin to terein, to bore through: for IE base see THROW] I to cause to… … English World dictionary
turn — [n1] revolution, curving about face, angle, bend, bias, bow, branch, change, changeabout, circle, circuit, circulation, circumvolution, corner, curve, cycle, departure, detour, deviation, direction, drift, flection, flexure, fork, gyration, gyre … New thesaurus
Turn the Page (chanson) — Turn the Page (chanson de Metallica) Turn the Page Single par Metallica extrait de l’album Garage Inc. Sortie 1999 Enregistrement Septembre Octobre 1998 Durée 6:06 Genre(s) … Wikipédia en Français
turn off — [v1] disgust alienate, bore, disenchant, disinterest, displease, irritate, lose one’s interest, make one sick*, nauseate, offend, put off, repel, sicken; concepts 7,19 Ant. appeal, cheer, delight, enchant, fascinate turn off [v2] stop from… … New thesaurus