-
1 haar jurk bleef in de struiken vasthaken
haar jurk bleef in de struiken vasthakenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > haar jurk bleef in de struiken vasthaken
-
2 hij liep tussen de struiken door
hij liep tussen de struiken doorhe walked/went through the bushesVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij liep tussen de struiken door
-
3 struikgewas
-
4 doorlopen
doorlopen1 [lopen door iets] walk/go/pass through2 [verder lopen] keep (on) walking/going/moving ⇒ continue walking/moving/to walk/to move, walk/go/move on3 [met betrekking tot kleuren] run5 [sneller lopen] hurry up♦voorbeelden:1 hij liep tussen de struiken door • he walked/went through the bushes2 doorlopen met een ziekte • keep going/on one's feet despite being illdoorlopen a.u.b.! • move along now, please!————————doorlopen1 [doorkruisen] walk/go/pass through3 [vluchtig lezen] run/glance through♦voorbeelden:2 alle stadia doorlopen • pass through/complete every stage3 zijn aantekeningen nog even doorlopen • run/glance briefly through one's notes again -
5 snoeien
♦voorbeelden: -
6 toppen
♦voorbeelden: -
7 tuinderij
2 [onderneming van een tuinder] market garden 〈 sla, tomaten, bloemen〉; fruit farm 〈 fruit〉; nursery 〈 planten, struiken, bomen〉 -
8 vasthaken
♦voorbeelden: -
9 wirwar
♦voorbeelden:een wirwar van steegjes • a rabbit warren
См. также в других словарях:
Biodiversity — Some of the biodiversity of a coral reef … Wikipedia