-
1 quick fire
snelvuur -
2 rapid fire
-
3 rapid-fire
-
4 rapid
adj. snel--------n. stroomversnellingrapid1[ ræpid] 〈zelfstandig naamwoord; voornamelijk meervoud〉————————rapid2♦voorbeelden:in rapid succession • snel achter elkaar〈 voornamelijk Amerikaans-Engels〉 rapid transit • snelverkeer 〈 in het bijzonder trein, tram, metro〉he is sinking rapidly • hij gaat zienderogen achteruit -
5 running fire
-
6 running
adj. rennend; wegvluchtend, vluchtend; deelnemend aan (bv verkiezingen); vloeibaar--------n. hardlopen; wedstrijd; deelnemer zijn; beweging; vloeibaarrunning1[ running] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 out of/in the running • kansloos/met een goede kans (om te winnen)————————running21 hardlopend ⇒ rennend, hollend3 (door)lopend ⇒ continu, opeenvolgend♦voorbeelden:〈 boekwezen〉 running head(line) • hoofdregel, kopregelrunning stitch • rijgsteekfive times running • vijf keer achter elkaarin running order • goed werkend〈 slang〉 take a running jump • maak dat je weg komt! -
7 quick firing
snelvurend, met repeteermechanisme, snelvuur-
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский