-
1 delen
1 [algemeen] partager2 [wiskunde] diviser♦voorbeelden:1 met iemand het bed delen • partager le lit de qn.een opvatting delen • partager les idées (de qn.)de winst delen • partager les bénéficesiemand laten delen in de winst • associer qn. aux bénéficesiemand in zijn vreugde laten delen • associer qn. à sa joieeerlijk delen • partager équitablementin de winst delen • participer aux bénéfices -
2 de buit verdelen
de buit verdelen————————de buit verdelen -
3 verdelen
2 [uitdelen; evenwichtig spreiden] répartir♦voorbeelden:verdeel en heers • diviser pour régnerde rollen verdelen • distribuer les rôlesde taken verdelen • répartir les tâcheseen erfenis onder de erfgenamen verdelen • partager un héritage entre les héritierswe zullen het werk onder elkaar verdelen • nous allons nous partager le travailhet werk over de medewerkers verdelen • répartir le travail entre les employésII 〈wederkerend werkwoord; zich verdelen〉1 [splitsen] se diviser♦voorbeelden: -
4 buit
♦voorbeelden: -
5 deelnemen
1 [meedoen] participer (à)2 [meevoelen] partager (qc.)♦voorbeelden:2 in iemands droefheid deelnemen • partager la douleur de qn. -
6 deelnemen
-
7 delen
-
8 halveren
-
9 de winst delen
de winst delen -
10 dezelfde mening toegedaan zijn
dezelfde mening toegedaan zijn -
11 drie
1 trois♦voorbeelden:hoofdstuk drie • chapitre troisdrie aan drie • trois par troisiets in drieën delen • partager qc. en troiseen auto in z'n drie zetten • passer la troisièmezij waren met hun drieën • ils étaient troishet is tegen drieën • il est près de trois heureseen drie voor wiskunde • un trois (sur dix) en maths -
12 een erfenis onder de erfgenamen verdelen
een erfenis onder de erfgenamen verdelenDeens-Russisch woordenboek > een erfenis onder de erfgenamen verdelen
-
13 een opvatting delen
een opvatting delenpartager les idées (de qn.) -
14 een standpunt onderschrijven
een standpunt onderschrijven -
15 eerlijk delen
eerlijk delen -
16 gedachte
♦voorbeelden:de achterliggende gedachte is dat … • l'idée qui se trouve derrière est que …dit zal je waarschijnlijk op andere gedachten brengen • tu devras sans doute réviser ton point de vueiemands innigste gedachten • les pensées les plus intimes de qn.een gedachte onder woorden brengen • formuler une penséezijn gedachten bij elkaar houden • rassembler ses idéeszijn gedachten bij iets houden • se concentrer sur qc.de gedachte koesteren • caresser l'idéezijn gedachten de vrije loop laten • s'abandonner à ses penséeszijn gedachten over iets laten gaan • réfléchir à qc.iemands gedachten lezen • lire dans la pensée de qn.een gedachte opwekken • susciter une idéezijn gedachten uitdrukken • exprimer sa penséeeen gedachte uiten • exprimer une idéewaar zijn je gedachten? • où as-tu la tête?ik u bedriegen, wat een gedachte! • vous tromper, moi, quelle idée!de gedachte alleen al • rien que d'y penserde gedachte aan zijn vrouw • la pensée de sa femme(diep) in gedachten zijn • être absorbé dans ses penséesiets in gedachten doen • faire qc. sans y penserik zal het in gedachte houden • j'y penseraiin zijn gedachte(n) • dans son espritiets in (zijn) gedachten houden • ne pas perdre qc. de vueiets in zijn gedachten nemen • prendre qc. en considérationer niet bij zijn met zijn gedachten • avoir la tête ailleursop de gedachte komen om • s'aviser denooit uit iemands gedachten zijn • ne jamais sortir de l'esprit de qn.van gedachten wisselen • échanger des points de vuevan gedachten veranderen • changer d'aviszijn eerste gedachte was • sa première pensée fut (de)→ link=wens wensiemand tot andere gedachten brengen • amener qn. à changer d'avisiemand tot betere gedachten brengen • ramener qn. à de meilleures penséesin gedachte(n) met, van iemand verschillen • ne pas partager l'avis de qn.op twee gedachten hinken • ne savoir sur quel pied danservan gedachte zijn dat • être d'avis que -
17 gelijk delen
gelijk delen -
18 gelijk
gelijk1〈 het〉♦voorbeelden:iemand gelijk geven • donner raison à qn.daar heb je gelijk in • tu as raisongelijk heb je • tu as bien raisonhet gelijk aan zijn kant hebben • avoir le droit de son côtéhij heeft gelijk dat hij klaagt • il a raison de se plaindregelijk krijgen • obtenir gain de causezijn gelijk willen halen • vouloir avoir raisonin zijn gelijk staan • être dans son droitiets in het gelijk brengen • arranger qc.iemand in het gelijk stellen • donner gain de cause à qn.————————gelijk21 [algemeen] égal2 [de juiste tijd aanwijzend] à l'heure juste♦voorbeelden:in gelijke mate • au même degréeen schim gelijk • semblable à un spectreop gelijke toon • sur un ton uniformemet gelijke wapenen strijden • combattre à armes égalesop gelijke wijze • de façon identiquehet is mij gelijk • cela m'est égaltwee maal twee is gelijk vier • deux fois deux font quatredie stenen liggen niet gelijk • ces pierres ne sont pas au même niveaugelijk zijn aan • être égal àgelijk aan • égal àgelijk van humeur • d'humeur égalealle burgers zijn voor de wet gelijk • tous les citoyens sont égaux devant la loiII 〈 bijwoord〉2 [gelijkelijk] également3 [op hetzelfde punt] ensemble4 [tegelijk] en même temps♦voorbeelden:5 kom je gelijk even bij me langs? • tu passes tout de suite chez moi?————————gelijk3〈 voegwoord〉2 [Algemeen Zuid-Nederlands][om het even] n'importe♦voorbeelden: -
19 gelijkelijk verdelen
gelijkelijk verdelen -
20 gelijkelijk
См. также в других словарях:
partager — [ partaʒe ] v. tr. <conjug. : 3> • 1398; de partage I ♦ 1 ♦ Diviser (un ensemble) en éléments qu on peut distribuer, employer à des usages différents. Partager un héritage. Partager un domaine, un pays. ⇒ démembrer, morceler. Partager une… … Encyclopédie Universelle
partager — Partager. v. a. Diviser en plusieurs parts. Partager également, inégalement. partager la succession. partager les meubles. partager le butin, les prisonniers. On dit, Partager en freres, pour dire, Partager également & amiablement, sans dispute,… … Dictionnaire de l'Académie française
Partager le sentiment, l'opinion de quelqu'un — ● Partager le sentiment, l opinion de quelqu un éprouver le même sentiment, avoir la même opinion … Encyclopédie Universelle
partager — (par ta jé. Le g prend un e devant a et o ; partageais, partageons) v. a. 1° Diviser une chose en plusieurs parties. Partager un gâteau. Partager le travail entre des ouvriers. • Eux venus, le lion par ses ongles compta, Et dit : nous sommes… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
PARTAGER — v. a. Diviser une chose en plusieurs parties séparées, pour en faire la distribution. Il a partagé également, inégalement son bien entre ses enfants. On a partagé la succession. Partager des immeubles, des meubles. Partager le butin. Partager des … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)
PARTAGER — v. tr. Diviser une chose en plusieurs parties séparées, pour en faire la distribution. On a partagé la succession. Partager des immeubles, des meubles. Partagez cela entre vous. Partager le travail aux ouvriers. Il partage son bien avec les… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 8eme edition (1935)
partager — vt. partadjé (Montagny Bozel), partadyé (Aix.017, Chambéry.025), PARTAZHÎ (Albanais.001, Annecy.003, Leschaux.006, Saxel.002, Thônes) / é(r) (Arvillard.228 | Montendry), partazyé (Giettaz), pp. partadjan m. (Aussois). E. : Ouvrir. A1) prendre le… … Dictionnaire Français-Savoyard
se partager — ● se partager verbe pronominal être partagé verbe passif Se diviser en parties : La feuille est partagée en trois colonnes. En parlant d opinions, être diverses et plus ou moins contradictoires, opposées ; en parlant de personnes, avoir de telles … Encyclopédie Universelle
J'aimerais partager le printemps avec quelqu'un — est un film français réalisé par Joseph Morder, sorti en 2008. Sommaire 1 Synopsis 2 Fiche technique 3 Distribution 4 Liens externes … Wikipédia en Français
Avoir sa part du gâteau, avoir part au gâteau, partager le gâteau — ● Avoir sa part du gâteau, avoir part au gâteau, partager le gâteau partager le profit d une affaire … Encyclopédie Universelle
repartir — ; partager , distribuer , prend un accent aigu sur l e : répartir , v. Répartie , réponse saillante; le premier e est muet; dites, repartie , sans accent, s. f … Dictionnaire grammatical du mauvais langage