-
21 report
n. verslag; rapport; bericht; knal--------v. rapporteren, verslag doen; (zich) meldenreport1[ rippo:t]1 rapport ⇒ verslag, bericht2 knal ⇒ slag, schot♦voorbeelden:1 the report goes that …, report has it that … • het gerucht doet de ronde dat …by mere report • alleen van horen zeggen♦voorbeelden:————————report21 verslag uitbrengen ⇒ verslag doen, rapport opstellen♦voorbeelden:report (up)on something • over iets verslag uitbrengen2 report (oneself) to someone for duty/work • zich bij iemand voor de dienst/het werk aanmeldenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 rapporteren ⇒ berichten, melden♦voorbeelden:it is reported that … • naar verluidt …report back something • verslag uitbrengen over iets -
22 resume
n. korte samenvatting, beknopt overzicht--------v. vernieuwen, opnieuw beginnen[ rizjoe:m]1 opnieuw beginnen ⇒ hervatten, hernemen -
23 sum up the evidence
-
24 sum
n. bedrag; berekening; totaal--------v. samenvatten, resumeren, optellen[ sum]1 som ⇒ totaal, geheel3 (reken)som ⇒ berekening, optelling4 samenvatting ⇒ kern, strekking♦voorbeelden:good at sums • goed in rekenen -
25 take notes
-
26 telescope
n. telescoop (toestel met optische mogelijkheden objecten te zien in het heelal over verre afstanden)--------v. ineen schuiven; in elkaar schuiven; samenvatten (v. boek)telescope1[ telliskoop] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————telescope2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 in elkaar schuiven ⇒ ineen/samendrukken2 be/ver/inkorten♦voorbeelden: -
27 unify
-
28 abridger
n. verkorten, samenvatten -
29 abstractive
adj. samenvatten, onttrekken -
30 capsulize
v. samenvatten; sluiten in een capsule -
31 do a sum
v. samenvatten, samenvatting maken -
32 recapitalize
v. Resumeren; Samenvatten; In het kort herhalen -
33 recapitulative
adj. in het kort samenvatten -
34 to sum up
opsommensamenvatten -
35 to summarize
opsommenrecapitulerensamenvatten
Страницы
- 1
- 2