-
1 higgledy piggledy
rommelig, verward, wanordelijk, schots en scheef, overhoop -
2 clutter
n. warboel, janboel; rotzooi--------v. rommelig maken, in wanorde brengenclutter1[ kluttə] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————clutter2〈 werkwoord〉1 rommelig maken ⇒ onoverzichtelijk/te vol maken, in wanorde brengen2 (op)vullen ⇒ volproppen, volstoppen♦voorbeelden: -
3 mussy
adj. Is in de war, is rommelig[ mussie] 〈Amerikaans-Engels; informeel〉 -
4 désordre
désordre [deezordr]〈m.〉1 wanorde ⇒ puinhoop, bende, troep2 verwarring ⇒ onsamenhangendheid, ongeordendheid♦voorbeelden:en désordre • in de war, rommelig2 désordre dans l'administration • wanordelijk, ongeorganiseerd beheerdésordre de la pensée • onsamenhangende gedachten1. m1) wanorde, bende2) verwarring3) onrust, onvrede5) stoornis [medisch]2. désordresm ploproer, onlusten -
5 беспорядочный
onsamenhangend, onregelmatig, ordeloos, rommelig -
6 беспорядочный
adjgener. ongeregeld, roezemoezig, wetteloos, onordelijk, onregelmatig, ordeloos, regelloos, roezig, rommelig, wanordelijk -
7 chaotic
-
8 confused
-
9 higgledy-piggledy
-
10 huggermugger
-
11 untidy
adj. rommelig, vuil, goor--------v. rommel maken, puinhoop maken, vies maken[ untajdie] 〈 untidiness〉 -
12 cluttered
adj. rommelig, warboel -
13 littered
adj. vuil, rommelig -
14 mussily
adv. rommelig, in de war, slordig, vuil -
15 mussiness
n. Rommelig zijn, in de war zijn -
16 sloppily
adv. slordig, rommelig -
17 bazar
bazar [baazaar]〈m.〉♦voorbeelden:m1) bazaar, markt2) rommel, zooitje -
18 désordonné
désordonné [deezordonnee]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉1 slordig ⇒ nonchalant, rommelig, nalatig♦voorbeelden:1 un(e) désordonnée • slordevos, sloddervosadj1) slordig, nonchalant2) ongebreideld3) ongeregeld4) wanordelijk -
19 cafouiller
cafouiller [kaafoejee] -
20 en désordre
en désordrein de war, rommelig
Страницы
- 1
- 2
См. также в других словарях:
rommelig — bruya … Woordenlijst Sranan